Samenvatting: Kunstboek

Lees hier de samenvatting en de meest belangrijke oefenvragen van kunstboek

• 1 oudheid

  Dit is een preview. Er zijn 24 andere flashcards beschikbaar voor hoofdstuk 1
  Laat hier meer flashcards zien

• 1.1 oudheid

• Wat symboliseert de Venus van Milo en hoe herken je haar in beeld?

  De Venus van Milo symboliseert:
  

  • Griekse godin van schoonheid en vruchtbaarheid.
  • Romeinse naam: Venus.
  • Meestal afgebeeld als gedeeltelijk naakte vrouw.
  • Ontbreken van haar armen toont hoe oude beelden beschadigd kunnen raken.
  • Beeld is van marmer en 208 cm hoog, dateert uit 150 v.Chr.

• Wat wordt besproken in het tekstgedeelte over feit of fictie in de archeologie?

  In archeologie komt het volgende aan bod:
  

  • Regelmatige twijfel aan de betrouwbaarheid van historische bronnen.
  • Ontbreken van schriftelijke bronnen voor prehistorische en vroege Griekse periode.
  • Hergebruikte materialen maken het moeilijker om geschiedenis te reconstrueren.
  • Archeologen moeten voorzichtig zijn met conclusies.
  • Nieuwe technieken verbeteren oude interpretaties.

• Wat is de betekenis van het prehistorisch halsnoer en wat zegt het over de maatschappij?

  Het prehistorisch halsnoer toont het volgende:
  

  • Gemaakt van barnsteen, dateert tussen 2000-1000 v.Chr.
  • Bewijst gebruik en zicht op voorwerpen duizenden jaren geleden.
  • Aandacht voor waardevolle kunstwerken in oude samenlevingen.
  • Blok richt zich op mogelijke antwoorden betreffende prehistorische maatschappijen.

• Wat wordt besproken in het hoofdstuk "Oudheid" met betrekking tot kunst en cultuur?

  • Belang van de oude Grieken als grondleggers van de westerse kunst en cultuur.
  • Kunst vindt haar oorsprong in de prehistorie en klassieke oudheid.
  • Geschreven bronnen en archeologische vondsten geven inzicht in oude samenlevingen.
  • Grieken legden nadruk op evenwichtigheid en anatomisch perfecte beelden.
  • Romeinen gebruikten kunst voor propaganda.
  • Overgang naar het christendom en de start van de middeleeuwen.

• Hoe beïnvloeden externe invloeden de westerse kunst volgens het tekstblok "Van ver"?

  • Westerse kunst beïnvloed door factoren buiten Europa.
  • Invloeden van Mesopotamië, Egypte, Afrika en Midden-Amerika.
  • Elementen zoals piramides en mummies duiden op oude beschavingen.
  • Klassieke kunst is plaatsafhankelijk; stijlen kunnen tegelijkertijd bestaan.
  • Europese stijlen ontwikkelden zich gelijkmatig en kunnen parallellen vertonen met andere primitieve culturen.

• 1.2 prehistorie

  Dit is een preview. Er zijn 7 andere flashcards beschikbaar voor hoofdstuk 1.2
  Laat hier meer flashcards zien

• Wat weten we over de prehistorie en hoe onderzoeken archeologen dit tijdperk?

  • Prehistorie loopt tot ca. 800 v.Chr.
  • Weinig over teruggevonden door vergankelijke materialen (hout, natuurlijke materialen).
  • Mensen leefden als nomaden in grotten, afhankelijk van jacht en verzamelen.
  • Archeologen bestuderen vondsten vanwege gebrek aan schriftelijke bronnen.
  • Tegenwoordig gebruikt men technieken zoals radiokoolstofdatering.
  • Voorbeelden van vroeg beeldend wer

• Welke kenmerken en ontwikkelingen kenmerken de Oude Steentijd, Jonge Steentijd en Bronstijd?

  • Oude Steentijd (tot ca. 6000 v.Chr.):
  • - Eerste mensachtigen.
  • - Gebruik van stenen werktuigen.
  • - Kunst met Venusbeeldjes.
  • Jonge Steentijd (ca. 6000-2000 v.Chr.):
  • - Menselijke vestiging en landbouw.
  • - Gespecialiseerd gereedschap.
  • - Megalithische bouwwerken zoals Stonehenge.
  • Bronstijd (ca. 2000-800 v.Chr.):
  • - Ontwikkeling van bronsgieterijen.
  • - Complexere woonstructuren.
  • - Introductie van schrift en geavanceerd wapentuig.

• Wat is de betekenis van de Venus van Willendorf en hoe werd zij ontdekt?

  • De Venus van Willendorf is een prehistorisch beeldje, ongeveer 24.000-22.000 v.Chr.
  • Gevonden in het Oostenrijkse Willendorf.
  • Ze symboliseert vruchtbaarheid en vrouwelijkheid.
  • Het beeldje, van kalksteen, is 11 cm hoog.
  • Kenmerkend door haar weelderige vormen en afwezigheid van gezicht.
  • Wordt gezien als een toonbeeld van prehistorische schoonheid.

• Wat symboliseert de grottekening uit Gua Tewet en welke techniek werd gebruikt?

  • Gua Tewet (ca. 8000 v.Chr.) bevindt zich op Borneo, Indonesië.
  • Toont stempelvormen van handen met stippen en strepen.
  • Kan een stamboom voorstellen.
  • Gemaakt met natuurlijke kleurstoffen zoals rode en bruine aarde, aangevuld met zwart en wit.
  • Binnenvallers zoals speeksel en bloed werden als bindmiddelen gebruikt.
  • Beeldt vroege symbolische communicatie uit.

• Wat zijn enkele kenmerken van de grot schilderingen in Chauvet?

  • Gefossiliseerde grotschilderingen van Chauvet dateren van ca. 30.000 v.Chr.
  • Afbeeldingen tonen neushoorns, oerosen en leeuwen.
  • Figuren zijn vaak gestileerd en gedeeltelijk afgebeeld.
  • Gebruik van blazen, vingers, sjablonen om afbeeldingen te maken.
  • Technieken omvatten schilderen, tekenen, kerven en krassen.
  • Figuren in beweging (zoals dieren die rennen) zijn typisch.