Samenvatting: Kwantitatief Onderzoek

Studiemateriaal generieke omslagafbeelding
  • Deze + 400k samenvattingen
  • Een unieke studie- en oefentool
  • Nooit meer iets twee keer studeren
  • Haal de cijfers waar je op hoopt
  • 100% zeker alles onthouden
LET OP!!! Er zijn slechts 70 flashcards en notities beschikbaar voor dit materiaal. Deze samenvatting is mogelijk niet volledig. Zoek a.u.b. soortgelijke of andere samenvattingen.
Gebruik deze samenvatting
Onthoud sneller, leer beter. Wetenschappelijk bewezen.
Trustpilot-logo

Lees hier de samenvatting en de meest belangrijke oefenvragen van Kwantitatief onderzoek

  • 1 Inleiding tot de epidemiologie

    Dit is een preview. Er zijn 1 andere flashcards beschikbaar voor hoofdstuk 1
    Laat hier meer flashcards zien

  • 1.1 Methode van het epidemiologisch onderzoek

    Dit is een preview. Er zijn 1 andere flashcards beschikbaar voor hoofdstuk 1.1
    Laat hier meer flashcards zien

  • - Wat houdt epidemiologie in?- Wat doet men bij het epidemiologisch onderzoek?- Wat wordt er per individu vastgesteld?

    Epidemiologie
    - bestudeert men --> voorkomen van de ziekte
    - en variabelen --> die hiermee verband houden
    - in menselijke populaties

    In epidemiologisch onderzoek:
    - berekent + vergelijkt men --> ziektefrequenties
    - in groepen mensen --> met verschillende kenmerken

    Per individu wordt vastgesteld
    - of ziekte al dan niet aanwezig is --> + vervolgens geteld
    --> hvl individuen in de totale groep --> de ziekte hebben
  • - Welke epidemiologische broek is de basis voor alle epidemiologische frequentiematen?- Ligt toe wat de ziekte frequentie inhoudt die door deze breuk wordt opgelost.

    Ziektefrequentie =

    Aantal zieke individuen :
    -----------------------------------------------
    Totaal aantal personen in de groep
    - waarin deze zieke individuen afkomstig zijn

    Hoewel men metingen meestal bij individuele personen uitvoert
    - resultaten altijd betrekking --> op groep van mensen
     = ziektefrequenties 

    Deze ziektefrequenties kunnen voor groep geïnterpreteerd worden 
    - als (gemiddelde) ziektekans 
    --> voor elk lid van de groep 
  • 1.2 Determinanten van de ziektefrequentie

  • - Wat is de definitie van een determinant van de ziektefrequentie?- Benoem de 3 verschillende soorten determinanten- Welke van deze 2 determinanten aan men telkens in 3 categorieën indelen en wat zijn deze?

    Determinant van de ziektefrequentie = een factor
    - die gerelateerd is aan --> het voorkomen van de ziekte

    1. Etiologische factoren
    - hebben betrekking op --> ontstaan van de ziekte
    - bv bij parodontitis is het = tandplaque

    2. Prognostische factoren
    - hebben betrekking op --> verloop van de ziekte
    - dus bv parodontitis --> met roken

    3. Diagnostische factoren
    - zo maakt men onderscheid in personen
    - die ziekte wel of niet hebben
    - minder belangrijk, bv: gingivitis index, bop.

    Etiologische + prognostische factoren
    - kan men telkens indelen in 3 categorieën:
    - genen, gedrag, omgeving
  • Bij iedere ziekte en elke ziektefase zijn altijd meerdere determinanten van belang:- Met welke notatie in symbolen kan dit worden weergegeven?- Wat houdt het in?

    Notatie in symbolen --> determinanten van belang
    = P(Z) = f(Di) (met i = 1, ...,k)

    = Epidemiologische functie
    - stelt dat --> de kans (P) --> op voorkomen van ziekte (Z)
    - een wiskundige functie is van
    - een serie van (k) determinanten

    (Z) = afhankelijke variabele
    - kun je niet manipuleren/heb je niet in de hand

    Di = onafhankelijke variabelen
    - heb je zelf in de hand/zijn te manipuleren
    - bv roken, plaque
  • 2 Frequentie

  • - Waarvoor wordt de epidemiologische breuk gebruikt en wat is de breuk zelf?- Welke 2 vormen kan de epidemiologische breuk aannemen? En hoe wordt het berekent?

    Prevalentie (P) (aantal personen die op dat moment ziek is)
    - aantal personen met ziekte
    ---------------------------------------------------------------------------
    - aantal personen in risicopopulatie
    --> OP OGENBLIK T

    2. Incidentie (I) (aantal nieuwe zieken die erbij komt in bepaalde periode)
    - aantal personen met nieuwe ziekte
    -----------------------------------------------------------
    aantal personen in risicopopulatie
    --> IN PERIODE T1-T2
  • 2.1 Prevalentie

    Dit is een preview. Er zijn 1 andere flashcards beschikbaar voor hoofdstuk 2.1
    Laat hier meer flashcards zien

  • Welke 3 bijzondere vormen van prevalentie zijn er en wat houden zij in?

    1. Puntprevalentie
    = aantal gevallen --> van een gezondheidsgebeurtenis
    -  op een bepaald moment 

    2. Periodeprevalentie
    = aantal gevallen --> van een gezondheidsgebeurtenis 
    - in relatie tot --> een periode (vaak 12 maanden)

    3. Levensprevalentie 
    - aantal gevallen --> van de gezondheidsgebeurtenis 
    - in relatie tot --> totale levensduur
  • 2.2 Incidentie

  • - Wat is incidentie?- Op welke 2 manieren kan je het berekenen?

    Incidentie
    = aantal personen --> dat ziek wordt in een bepaalde periode
    = nieuwe zieken = dynamisch
    --> 2:5 x 100 = 40%

    Of: met gezonde jaren
    - aantal nieuwe gevallen (2)
    - totaal aantal gezonde jaren (17)
    --> waarin personen risico lopen om ziekte te krijgen
    --> 2:17 x 1000 = 117,6
  • Wat houdt CI of te wel cumulatieve incidentie of risico in?

    CI =
    = gemiddelde risico voor individuen --> uit risicopopulatie
    - om ziekte gedurende deze periode te ontwikkelen
  • 2.3 Cohort en dynamische populatie

  • - Welke 2 soorten populaties hebben we en beschrijf hun karakter?- Vertel wat over hun lidmaatschap

    1. Cohort = gesloten populatie
    - lidmaatschap bepaald --> door specifieke gebeurtenis
    - lidmaatschap --> is van onbepaalde duur
    --> hierbij kunnen geen mensen bijkomen en afvallen

    2. Dynamische populatie
    - open karakter: mensen komen erbij en vallen af (bv inwoners v stad)
    - lidmaatschap hangt samen --> met specifieke toestand (loss-to follow up)
    - eindigt --> wnr individu niet meer in deze toestand verkeert 
    - duur is --> variabel
  • 3 Onderzoeksvraag

    Dit is een preview. Er zijn 1 andere flashcards beschikbaar voor hoofdstuk 3
    Laat hier meer flashcards zien

  • Bij elk soort onderzoek hoort een specifiek vraagtype, je wilt een centrale onderzoeksvraag formuleren:In je onderzoek ga je dan een antwoord op de centrale vraag proberen te formuleren:- Welke 4 dingen bespreek je in je onderzoeksopzet?

    1. Soort onderzoek
    - of je kwantitatief en/of kwalitatief onderzoek doet

    2. Dataverzameling
    - of je fieldresearch of deskresearch doet

    3. Dataomschrijving
    - welke data je gaat analyseren

    4. Analysemethode
    - hoe je data analyseert
    - oftewel je methode van onderzoek
LET OP!!! Er zijn slechts 70 flashcards en notities beschikbaar voor dit materiaal. Deze samenvatting is mogelijk niet volledig. Zoek a.u.b. soortgelijke of andere samenvattingen.

Om verder te lezen, klik hier:

Lees volledige samenvatting
Deze samenvatting +380.000 andere samenvattingen Een unieke studietool Een oefentool voor deze samenvatting Studiecoaching met filmpjes
  • Hogere cijfers + sneller leren
  • Niets twee keer studeren
  • 100% zeker alles onthouden
Ontdek Study Smart

Onderwerpen gerelateerd aan Samenvatting: Kwantitatief Onderzoek