Vertering en verteringproducten
4 belangrijke vragen over Vertering en verteringproducten
Benoem de galgang, leverader, leverslagader en poortader in figuur 2.2.
Leverader: niet in dit preparaat (ligt niet in portaal gebied maar centraal in leverlobje, zie fig 2.1 practicumhandleiding) •
Leverslagader: 5 •
Poortader: 6 •
Hepatocyten/levercellen: 1 en 7 •
Lymfevaten: 3 en 4
Hoe is de lever verbonden met het maagdarmkanaal?
via poortader: een bloedvatensysteem dat energie/nutriënten van orgaan naar orgaan transporteert (dus niet van/naar hart). met aan beide uiteinden een haarvaten-netwerk
Wat is de functie van slijmbekercellen, plexus van Meissner, plexus van Auerbach in de delen van de darmwand?
Plexus v Auerbach (in muscularis, zie afbeelding onder): zorgt middels prikkeling spiervezels voor de peristaltiek •
Plexus v. Meissner (in submucosa): regulatie afgifte maag-darmsappen, bloedstroom naar darm, werkt vooral in op glad spierweefsel en epitheel in de Mucosa
- Hogere cijfers + sneller leren
- Niets twee keer studeren
- 100% zeker alles onthouden
Welke onderdelen van het urineonderzoek geven informatie over de spijsvertering en de daaropvolgende stofwisseling?
•
hoeveelheid in combi met soortelijk gewicht in combi met kleur, zegt iets over: concentratievermogen nier, braken/diarree; het lichaam raakt veel vocht kwijt, en uitdroging leidt tot een hoog s.g. van de urine suikerziekte ; een metabolische stoornis, die leidt tot glucose in de urine, veel urine en een lichte kleur •
Geur: afwijkende vetstofwisseling acetonemie
Clinistix: glucose •
Ketostix: ketonen •
Bilirubine /urobiligeen: stoornissen in lever (deze stoffen horen in mest)
De vragen op deze pagina komen uit de samenvatting van het volgende studiemateriaal:
- Een unieke studie- en oefentool
- Nooit meer iets twee keer studeren
- Haal de cijfers waar je op hoopt
- 100% zeker alles onthouden