Samenvatting: Landelijke Kennistoets Taal
- Deze + 400k samenvattingen
- Een unieke studie- en oefentool
- Nooit meer iets twee keer studeren
- Haal de cijfers waar je op hoopt
- 100% zeker alles onthouden
Lees hier de samenvatting en de meest belangrijke oefenvragen van Landelijke kennistoets taal
-
1 500 vragen
-
1.1 mondelinge communicatie
Dit is een preview. Er zijn 1 andere flashcards beschikbaar voor hoofdstuk 1.1
Laat hier meer flashcards zien -
1. Loes zegt het volgende: Ik ga eerst op zoek naar het brood en ga daarna naar de groente-afdeling”. Van welke taalfunctie is hier sprake?a)Zelfhandhavingb)Rapporterenc)Zelfsturing
c)Zelfsturing -
- 2. Welke zin hoort bij de interactionele benadering?a) Taal leren door taalleervermogen en taalaanbodb) Taal leren door taalleervermogenc) Taal leren door imitatie, bekrachtiging en conditionering
a) Taal leren door taalleervermogen en taalaanbod -
3. Wanneer een kind een tweede taalontwikkeling doorgaat en hierbij woorden uit demoedertaal vertaald is er sprake van:a) Interferentietheorieb) Tweetalige opvoedingc) Universalistische theorie
a) Interferentietheorie -
4. Onder welk onderdeel van mondelinge communicatie valt “sturing van anderen”?A. Sociale taalfunctiesB. Cognitieve taalfunctiesC. Gesprekssituaties
A. Sociale taalfuncties -
5. Welk van de onderstaande antwoorden is geen spreekdoel?A. AmuserenB. Overtuigen
C. Sturing van anderen -
6. Sociale taalfuncties (zelfhandhaving – zelfsturing – sturing van anderen – structurering vanhet gesprek) hebben betrekking op de interactie tussen mensen. Naar welke functie van taalverwijzen deze functies nog meer?A. Cognitieve taalfunctiesB. Communicatieve taalfunctiesC. Geen van beide
B. Communicatieve taalfuncties -
7. In welke fase van taalontwikkeling ontwikkelt een kind het symbool bewustzijn?A. DifferentiatiefaseB. PrelingualefaseC. Vroeglinguale fase
C. Vroeglinguale fase -
- 8. Wat wordt er bedoeld met simultane tweetaligheid?A. Beginnen voor dat ze drie jaar zijn al met het leren van een tweede moedertaalB. Leert de tweede moedertaal nadat hij de eerste taal al kentC. De fouten die ontstaan door de verschillen in twee moedertalen
A. Beginnen voor dat ze drie jaar zijn al met het leren van een tweede moedertaal -
- 10. In groep 6 van de Mariaschool staat woordenschat standaard elke week drie keer op hetprogramma. Er wordt aandacht besteed aan aanbod van nieuwe woorden en de koppeling aanhet bestaande woordnetwerk. Hierbij wordt een methode gebruikt en gevolgd.Welke vorm van woordenschatonderwijs wordt hier aangeboden?A.) Incidenteel woordenschatonderwijsB.) Intentioneel woordenschatonderwijsC.) Semi-intentioneel woordenschatonderwijs
B.) Intentioneel woordenschatonderwijs -
11. Alicia zegt tegen haar moeder: oto boem. In welke fase van de taalverwerving zit zij?a. vroeg linguale faseb. prelingguale fasec. differentiatie fase
a. vroeg linguale fase
- Hogere cijfers + sneller leren
- Niets twee keer studeren
- 100% zeker alles onthouden