Samenvatting: Latijn Catullus P2

Lees hier de samenvatting en de meest belangrijke oefenvragen van latijn catullus p2

• 1 Inhoudelijke vragen

• 1.2 Carmen 2 - Musje van mijn meisje

• Wat wordt er beschreven in Carmen 2 van Catullus?

  In Carmen 2 beschrijft de spreker een musje dat het favoriete speelgoed is van zijn geliefde.

• Hoe speelt de geliefde met het musje?

  De geliefde speelt regelmatig met het musje, houdt het op haar schoot, voedt het met haar vinger en plaagt het liefdevol met kleine beetjes.

• Wat lijkt het musje te doen voor de geliefde?

  Het musje lijkt dienst te doen als bron van vermaak en vertroosting voor de geliefde.

• Wat suggereert het gedicht over de geliefde?

  Het gedicht suggereert dat het musje mogelijk een afleiding is voor het verdriet van de geliefde.

• Wat is de wens van de spreker in het gedicht?

  De spreker uit zijn verlangen om op dezelfde manier met het musje te kunnen spelen als zijn geliefde dat doet.

• Wat hoopt de spreker te kunnen bereiken door met het musje te spelen?

  Hij wenst dat hij met het musje ook zijn eigen zorgen en droeve gedachten kan verlichten.

• Wat lijkt het gedicht uit te drukken?

  Het gedicht lijkt de wens uit te drukken om dezelfde vreugde en troost te kunnen bieden als het musje aan de geliefde doet.

• 2 Grammaticale vragen

• 2.1 Carmen 51 - Verliefd

  Dit is een preview. Er zijn 5 andere flashcards beschikbaar voor hoofdstuk 2.1
  Laat hier meer flashcards zien

• Wat is een ellips in een Latijnse tekst?

  Een ellips is een weglating van woorden of zinsdelen in een Latijnse tekst.

• Wat is interessant aan de woordvolgorde in deze tekst?

  Een woord dat een zin inleidt zoals een voegwoord of een betrekkelijk voornaamwoord, hoeft in poëzie niet per se vooraan te staan.

• 2.2 Carmen 2 - Musje van mijn meisje

  Dit is een preview. Er zijn 6 andere flashcards beschikbaar voor hoofdstuk 2.2
  Laat hier meer flashcards zien

• Wat is de genetivus objectivus?

  De genitivus objectivus is een grammaticale constructie die aangeeft dat een zelfstandig naamwoord het object is van een handeling.