Samenvatting: Leerboek Oncologie | 9789036804417

Lees hier de samenvatting en de meest belangrijke oefenvragen van Leerboek oncologie | 9789036804417

• 1 Fundamentele aspecten van kanker

  Dit is een preview. Er zijn 24 andere flashcards beschikbaar voor hoofdstuk 1
  Laat hier meer flashcards zien

• Wat is de naam van tumoren die moeilijk te differentiëren zijn in maligne of benigne

  Borderlinelaesie tumor of low grade malignant

• Hoe heet het meegegroeide bindweefsel dat mee is gegroeid met een carcinoom.

  Tumorstroma

• Wanneer spreekt men van een carcinoom in situ?

  wanneer de tumorcellen individueel kenmerken vertoont die bij maligniteit worden gezien, zoals veelvormigheid(polymorfie) en hyperchromasie ( cellen die veranderen celkern, kleur en vorm), maar nog geen infiltrerende groei

• Hoe heeft het als de tumorcellen uit epitheel bestaat?

  dan wordt een goedaardigproces papiloom of adenoom genoemd
  En een kwaadaardig--> carcinoom

• Hoe wordt een kwaardaardig bind-of steunweefsel gezwel genoemd?

  Een Sarcoom

• Hoe heet het als tumoren zowel uit epitheel weefsel en mesenchymale kenmerken (embyro) bestaat.

  bifasisch--> voorbeeld mesoltherlioom

• Welke twee vragen worden er gesteld om een tumor te classificeren

  1- goed aardig/kwaad aardig
  2. van welke type tumor is er sprake?

• Leg uit hoe gewichtsverlies zowel lokaal als een systemisch effect op kan treden

  Systemisch effect van tumorcelgroei maar door de afgifte van actieve stoffen aan de circulatie door tumorcellen.   
  
  Lokaal effect: door bijvoorbeeld afsluiting van de oesofagus.

• Normaal bestaat een evenwicht tussen celaanmaak en celverlies. Celverlies vindt vooral plaats door programmeerde celdood. Hoe heet deze geprogrammeerde celdood?

  apoptose 
  
  
  Bij chemotherapie/radiotherapie  treed ook apoptose op

• Hoe is het celevenwicht bij een tumor?

  Het evenwicht tussen celafbraak en celaanmaak is gestoord: er worden meer cellen gevormd dan er te gronde gaan. Dat kan het geval zijn als gevolg van vermeerderde celaanmaak of door verminderde apoptose (geprogrammeerde celdood)