Cursus Morfologie van de tanden

16 belangrijke vragen over Cursus Morfologie van de tanden

Wat is het alveolair bot?

Het botdeel dat alle tanden van een kaak omgeeft en ondersteunt.

Welke bot is het grootste en sterkste bot in de schedel en is het enige beweegbare botstuk van de schedel?

De mandibula

Wat is de synoniem van een bindweefselvezels en wat houd het in?

Parodontaal ligament, zorgt ervoor dat tanden in alveole blijven. Ook zorgt ervoor dat de verbinding verend is waardoor een schok dempende werking optreedt.
Verbinding tussen het wortelcement en het alveolair bot.
  • Hogere cijfers + sneller leren
  • Niets twee keer studeren
  • 100% zeker alles onthouden
Ontdek Study Smart

Hoe heet het gewrichtskopje van de mandibula wat in de gewrichtskom past?

Condylus

Wat is een tong en waar bestaat de tong uit?

  • De tong is een spier die bekleed is met een meerlagig licht verhoornd plaveiselepitheel.
  • Tongbasis en een tonglichaam eindigend in de tongpunt.

Wat is de afkorting CEJ en geef ook de synoniem?

Cemento-enamel junctione, glazuur-cement grens

Waar zorgt de vloeistof in de dentinetubuli voor?

Wanneer prikkels zoals temperatuur, zuur, zoet, bacteriële toxines, in contact komen
met de tubuli, wordt een alarmsignaal doorgegeven naar het zeuwstelsel in de
tandpulpa

Wat is een schuine kam? Benoem ook de synoniemen.

Linea oblique, oblique kam,
bestaat uit een samenkomen van de mesiopalatale driehoekige kam en de distobuccale driehoekige kam. Ze staan diagonaal tegenover elkaar.

Door welke zenuw wordt alle tanden en hun omgeving bezenuwd?

De Nervus trigeminus

Welke standaard 5 vragen stel je bij het determineren van een gebitselement?

  1. Tot welke dentitie of set behoort het element? Melk- of  blijvendgebit.
  2. Welke groep behoort het? Snijtand, hoektand, premolaar en melkmolaar.
  3. Tot welke tandboog?
  4. Welke plaats neemt dit element op in de groep (volgnummer, type, soort)?
  5. Staat dit element in de rechterkaakhelft of linkerkaakhelft?

Noem verschillen van de uiterlijk van elementen (blijvende elementen en melkelementen)

  1. Kroon melkelementen is witter dan blijvende element.
  2. Glazuur melkelement minder doorzichtig
  3. Glazuur melkelementen (0,5-1,0mm) zijn iets dunner dan de blijvende elementen (2,5mm)
  4. Bij de blijvende element loopt de glazuurkap geleidelijk uit dun naar de glazuur-cementgrens
  5. De kroon van de melkelement is boller (vooral bucco-cervicaal) dan die van blijvende elementen
  6. Knobbels van pas doorgebroken melkelementen zijn ''scherper''. Melkelementen slijten makkelijk af.
  7. De wortels zijn ten opzichte van de kroon groter dan bij een blijvende element

''........ hebben een dunne dentinelaag, waardoor de
pulpakamer relatief groot is.''
Wat hoort op de puntjes

Melkelementen

Wat is de verschil tussen de premolaar boven en onderkaak?

Onderkaak: vierkantig occlusaal vlak
Bovenkaak: rechthoekig occlusaalvlak

Hoeveel wortels hebben de molaren BK en OK?

OK: 2 wortels m en d
BK:  3 wortels 2 buccale en 1 palatale wortel

Wat is de Askenmerk of ''kronenflucht'' en welke elementen hebben dit?

Premolaren en molaren van de onderkaak vertonen het askenmerk : De kroonas
staat naar linguaal gekipt ten opzichte van de wortelas.

Welke verschillen hebben de centrale en laterale incisief in de bovenkaak?

- De centrale incisief is groter dan de laterale
- Laterale incisief loopt de incisale rand schuin af naar distaal

De vragen op deze pagina komen uit de samenvatting van het volgende studiemateriaal:

  • Een unieke studie- en oefentool
  • Nooit meer iets twee keer studeren
  • Haal de cijfers waar je op hoopt
  • 100% zeker alles onthouden
Onthoud sneller, leer beter. Wetenschappelijk bewezen.
Trustpilot-logo