Samenvatting: Leerplan Secundair Onderwijs | Vlaams Verbond van het Katholiek secundair onderwijs
- Deze + 400k samenvattingen
- Een unieke studie- en oefentool
- Nooit meer iets twee keer studeren
- Haal de cijfers waar je op hoopt
- 100% zeker alles onthouden
Lees hier de samenvatting en de meest belangrijke oefenvragen van leerplan secundair onderwijs | Vlaams Verbond van het Katholiek secundair onderwijs
-
1.1 Inleiding
Dit is een preview. Er zijn 2 andere flashcards beschikbaar voor hoofdstuk 1.1
Laat hier meer flashcards zien -
er bestaat een geografische dualiteit tussen fysische en sociale geografie. Leg uit
Fysische aardrijkskunde : natuurwetenschappelijke wetten vormen de basis om de vormen van het aardoppervlak te bestuderen
Sociale economische aardrijkskunde: bestudeert de wisselwerking tussen mens en natuur. -
De geografische dualiteit is ingewikkeld. Hoe verduidelijk je je de onderwerpen voor de leerlingen?
Schoolaardrijkskunde is in dienst van de samenleving en moet daarom de relatie tussen mens en natuur verduidelijken
-
Wat hebben leerlingen aan het vak aardrijkskunde voor hun persoonlijke ontwikkeling en hun maatschappelijk functioneren?
leerlingen leren ruimtelijk denken, leerlingen leren probleemoplossend denken over problemen in de wereld en eigen gebied, leerlingen leren andere culturen beter begrijpen. leerlingen leren ak fenomenen beter begrijpen, leerlingen leren de duurzaamheid van de wereld beter begrijpen
-
2 Algemene doelstellingen.
-
2.1 domein van de kennis
-
wat houdt het domein kennis in?
verwerven wetenschappelijke termonologie, verwoorden van processen, basis leggen voor verdere studies, bronnen en technieken kennen
-
2.2 domein van vaardigheden
Dit is een preview. Er zijn 1 andere flashcards beschikbaar voor hoofdstuk 2.2
Laat hier meer flashcards zien -
welke vaardigeheden moeten de leerlingen beheersen?
Nauwgezet en bewust observeren, zelf ontdekken, zelf doen, zelf ontleden, zelf verwoorden zijn belangrijke opdrachten voor leerlingen in probleemoplossend denken.
-
2.3 domein van attitudes
-
Welke attitudes beoogt de aardrijkskunde?
nteresse voor de eigen omgeving en voor de ruimtelijke verscheidenheid in de wereld;
– waardering voor de schoonheid van de fysische wereld;
– kritisch staan tegenover aangeboden informatie;
– positief participeren in beleidsbeslissingen die een ruimtelijke impact hebben;
– engagement bij het zoeken naar oplossingen voor lokale, regionale, nationale en internationale problemen.
-
3 Pedagogisch-didactische wenken
-
3.1 algemeen
Dit is een preview. Er zijn 1 andere flashcards beschikbaar voor hoofdstuk 3.1
Laat hier meer flashcards zien -
Welke vaardigheden hebben de leerlingen in de eerste twee graden opgedaan?
de leerlingen hebben kennisgemaakt met een uitgebreidarsenaal aan geografische verschijnselen en hun onderlinge relaties.
Ze hebben er ook een aantal geografische vaardigheden uitgebreid kunnen inoefenen.Er is continu aandacht besteed aan het werken met kaarten, waardoor op die manier elke leerling progressief
een mentale kaart van de wereld heeft opgebouwd.
-
Geef 4 voorbeelden van het pedagogisch didactisch wenken in de eerste twee graden.
Er is continu aandacht besteed aan het werken met kaarten, waardoor op die manier elke leerling progressief
een mentale kaart van de wereld heeft opgebouwd.
Inzicht in de grote landschappelijke differentiatie, maar ook inzicht in ecologischesystemen, in welvaartsverschillen, in levenswijzen en culturen... Hoewel de kennis, het gebruikte bronmateriaal
en het denkwerk geleidelijk aan complexer werden
-
Hoe word de derde graad pedagogisch didactisch ingevuld?
uitdieping van de inzichten en de processen
die leiden tot landschapsvorming en regionale differentiatie.
-
Geef voorbeelden van thema's die in de derde graad betudeert worden?
In de derde graad dienen leerlingen
ook geografische informatie uit een brede waaier aan bronmateriaal te destilleren: landschapsbeelden, tekeningen,
blokdiagrammen, profielen, grafieken, kaarten, monsters van gesteentes, statistische tabellen, videoprogramma’s,
... Deze media zijn onontbeerlijk als ordenings-, voorstellings- en synthesemiddel van de complexe en
soms abstracte fenomenen.
- Hogere cijfers + sneller leren
- Niets twee keer studeren
- 100% zeker alles onthouden