Behaviorisme & Instructie

19 belangrijke vragen over Behaviorisme & Instructie

Welke persoon is gekoppeld aan de geprogrammeerde instructie?

Skinner

Noem de kenmerken van de geprogrammeerde instructie


  • Beloning ipv straffen
  • Eigen tempo
  • Directe feedback (respons!)
  • Voortgang gebaseerd op beheersing
  • Leerstof opgedeeld in kleine eenheden
  • Moeilijkheidsgraad wordt opgevoerd

Wat houdt het Personalized System of Instruction in?

Keller: jaren 60

• De leerstof opgesplitst in eenheden.
• Elke eenheid specifieke doelstellingen
• Student eigen tempo.
• Testen - dan onmiddellijk feedback door proctor
• Minimum 80% van de doelstellingen
• Lezingen en demonstraties voor de motivatie
  • Hogere cijfers + sneller leren
  • Niets twee keer studeren
  • 100% zeker alles onthouden
Ontdek Study Smart

Benoem de kritieken op het directe-instructiemodel en het Behaviorisme.


  • Rol van de instructieverantwoordelijke wordt teveel geminimaliseerd
  • De onderwijssituatie is te koel, te mechanisch:
  • Leerstof kan niet altijd opgesplitst worden tot op het niveau waarin het programmeerbaar is;
  • Belangrijke leerdoelen (bijv. attitude) zijn niet altijd zo makkelijk meetbaar;
  • Veelal geschikt voor eenvoudige redeneringen, complexe vaardigheden, hogere orde denken moeilijker te bereiken
  • Geen aandacht voor samenwerken, sociale aspecten van leren, enkel cognitief

Wat was het verschil tussen de visie van Skinner en die van Watson?

Skinner ging er vanuit dat gedrag volledig begrepen kan worden in termen van omgevingsfactoren en resultaten.

Tussen welke twee soorten gedragingen maakte Skinner onderscheid? Welke van deze twee gedragingen trok zijn gedrag?

Tussen respondent en operant gedrag. Respondent; gedrag wat onvrijwillig wordt opgewekt in een reactie op een prikkel. Operant; gedrag dat wordt geuit door een organisme.
Skinner was vooral geïnteresseerd in het operante gedrag.

Wat wordt er gedaan bij response cost?

Een bekrachtiger die het gedrag voorheen in stand hield wordt gestopt/weggenomen (net als bij extinctie), maar ook een verdiende bekrachtiger wordt ingenomen.

Wat is een time-out en wat is het nadeel van een time-out?

Bij een time-out wordt een lerende voor beperkte tijd uit de omstandigheden verwijderd die het ongewenste gedrag bekrachtigen. Het nadeel hiervan is dat de time-out zo als bekrachtiging kan werken.

Wat voor vorm van bekrachtigen is het handigst wanneer het aan te leren gedrag complex is en de lerende al bekend is met eenvoudig en discreet gedrag?

Chaining - forward en backward.

Hoe heet het wanneer het gewenste gedrag telkens weer wordt bekrachtigd, terwijl de cues geleidelijk aan worden verminderd of de intervallen verlengd?

Fading.

Noem drie manieren waarop je gewenst gedrag kan aanleren.

  1. Shaping; bekrachtigen van opeenvolgende benaderingen van doelgedrag
  2. Chaining; complex gedrag aanleren
  3. Fading; gewenste gedrag bekrachtigen , cues verminderen of intervallen verlengen

Wat werkt beter om gedrag te behouden; continuous reinforcement of interemittent reinforcement?

Intermittent reinforcement waarbij je af en toe een beloning geeft.

Waar staan Fixed, Variable, Ratio en Interval voor?

  • Fixed: regelmatig, dus na een vaste tijd of responses.
  • Variable: onregelmatig, na een variabele tijd of aantal responses.
  • Ratio: aantal responses
  • Interval: aantal minuten (tijd).

Noem de 5 stappen die moeten worden ondernomen om gedrag te veranderen.

  1. gedragsdoelen opstellen
  2. passende beloningen bepalen
  3. procedures stellen voor het veranderen van het gedrag
  4. de procedures uitvoeren en de resultaten beschrijven
  5. de vooruitgang evalueren en dit herzien wanneer dit noodzakelijk is

Wat houdt de drie componenten-doelstelling van Mager (1962) in?

Hierin staan de volgende dingen beschreven:
  1. het gedrag dat verworven moet worden
  2. de voorwaarden/condities waaronder het gedrag vertoont moet worden
  3. de criteria voor hoe goed het gedrag moet worden uitgevoerd

Wat houdt PSI in en aan welke persoon is dit verbonden?

PSI staat voor Personalized System of Instruction en hoort bij Keller (1968).

Wat zijn unieke kenmerken van PSI?

1. Nadruk op individuele studie, de leerkracht begeleid waar nodig
2. Werken op eigen tempo
3. Het is een eis dat alle leerstof voldoende wordt beheerst
4. Gebruik van proctors (studenten die bepaalde leerstof al beheersen geven feedback), zo wordt werk van de leerkracht verlicht
5. Aanvullende didactische technieken

Wat zijn de voor- en nadelen van PSI?

VOOR:
  • Studenten vonden het over het algemeen leuker, de cijfers waren hoger en het percentage behaalde examens was hoger.

NADELEN:
  • Tijdrovend
  • Kost veel bronnen
  • werken op eigen tempo verliep niet goed

Hoe zegt Skinner dat intrinsieke motivatie werkt? Welke wetenschapper was het hier niet mee eens?

Eerst was er sprake van reinforcement door bijvoorbeeld ouders bij lezen, vervolgens is deze externe reinforcement intern geworden.
Bates (1979)

De vragen op deze pagina komen uit de samenvatting van het volgende studiemateriaal:

  • Een unieke studie- en oefentool
  • Nooit meer iets twee keer studeren
  • Haal de cijfers waar je op hoopt
  • 100% zeker alles onthouden
Onthoud sneller, leer beter. Wetenschappelijk bewezen.
Trustpilot-logo