Rontgenapparaat - Eigenschappen van röntgenstraling - interactie x-stralen met materie

4 belangrijke vragen over Rontgenapparaat - Eigenschappen van röntgenstraling - interactie x-stralen met materie

Als röntgenstralen een bepaald materiaal raken (zoals weefsel van mens) dan kunnen er 4 interacties ontstaan:


- Wat zijn deze interacties?

- Welke van deze interacties is in de tandheelkunde enkel van belang?

1. Verstrooiing = fotonen kunnen verstrooid raken
- waarbij ze van richting veranderen
- met of zonder energie verlies

2. Absorptie = fotonen kunnen volledig absorberen
- en dus hun energie afzetten
- of onveranderd uitgezonden worden

3. Attenuatie = intensiteit van rontgenstraal vermindert
- owv die verstrooiing of absorptie

4. Elektron kan uit neutraal atoom verwijderd worden
- zo ontstaat --> negatief ion (elektron)
- en positief ion (overblijvend atoom)

In tandheelkunde van belang enkel:
- absorptie en attenuatie

- Wat is de eis als wij willen dat het foto-elektrisch effect optreedt?

- Welke rol speelt densiteit van weefsel bij de kans vergroten op een foto-elektrisch effect? Leg uit.

Eis
- energie van röntgenfoto minstens hoger of gelijk
- aan energie van elektron op binnenste schil
- anders kan deze niet uitgestoten worden

Densiteit weefsel --> overeenkomstig met atoomnummer
- densiteit verhogen --> aantal gebonden elektron op binnenste schil verhoogt
- hierdoor grotere kans op foto-elektrisch effect

- Leg uit waarom lood gebruikt kan worden voor bescherming en waarom de kans op het foto-elektrisch effect evenredig mee is.

- Hoe komen foto-elektrische interacties toch uit bij zacht weefsel; en bot?

- Waar moet alsnog op gelet worden en wat blijft het eindresultaat alsnog?

Kans op foto-elektrisch effect is
- evenredig met de 3de macht --> van atoomnummer Z3
- lood = AN 82 --> röntgenstralen goed absorberen --> bescherming

Zacht weefsel en bot --> atoomnummer veel lager
- dus minder kans foto-elektrisch effect
- kans foto-elektrisch interacties hierbij omgekeerd evenredig met spanning (1/kV3)

Daarom zal rontgenapparatuur met lage spanning resulteren in
- hoge absorptie van fotonen in weefselvan patient
- en goed contract van weefsel --> op röntgenfoto

Eindresultaat blijft wel --> ionisatie van weefsels
- dus mogelijk optreden van schade door stralen
  • Hogere cijfers + sneller leren
  • Niets twee keer studeren
  • 100% zeker alles onthouden
Ontdek Study Smart

- Wat is de eis om het Compton effect op te laten treden?

- Wat is er mis gegaan wanneer er een verstrooide foton veroorzaakt wordt.

- Welke soort verstrooiing veroorzaken hoge energie fotonen en lage energie fotonen?

- Wat blijft het eindresultaat bij dit effect?

Eisen
- energie van inkomende foton --> moet veel groter zijn dan
- energie van elektron op buitenste schil --> van weefselatoom

Verstrooide fotonen
- energie hiervan lager dan --> energie inkomende foton
- afh v energie die aan --> Compton recoil elektron wordt gegeven

- hoge energie fotonen --> forward scatter (meer verstrooiing)
- lage energie fotonen --> back scatter (minder verstrooiing)

Ook hierbij ionisatie van weefsel blijf optreden en dus schade

De vragen op deze pagina komen uit de samenvatting van het volgende studiemateriaal:

  • Een unieke studie- en oefentool
  • Nooit meer iets twee keer studeren
  • Haal de cijfers waar je op hoopt
  • 100% zeker alles onthouden
Onthoud sneller, leer beter. Wetenschappelijk bewezen.
Trustpilot-logo