Samenvatting: Lf 2

Studiemateriaal generieke omslagafbeelding
  • Deze + 400k samenvattingen
  • Een unieke studie- en oefentool
  • Nooit meer iets twee keer studeren
  • Haal de cijfers waar je op hoopt
  • 100% zeker alles onthouden
Gebruik deze samenvatting
Onthoud sneller, leer beter. Wetenschappelijk bewezen.
Trustpilot-logo

Lees hier de samenvatting en de meest belangrijke oefenvragen van LF 2

  • 1 Urologisch systeem

    Dit is een preview. Er zijn 18 andere flashcards beschikbaar voor hoofdstuk 1
    Laat hier meer flashcards zien

  • Waarom kan wandelde nieren gevaarlijk zijn?

    De ureters en de bloedvaten van de nier kunnen draaien of knikken tijdens het bewegen van het lichaam.
  • Welke belangrijke homeastatische functies heeft het urinaire stelsel?1.2.3.

    1. Het verwijderen van metabole afvalstoffen die door de cellen van het lichaam zijn gevormd (vooral de stikstofhoudende afvalstoffen ureum en urizuur)
    2. Het reguleren van het bloedvolume en de bloeddruk (door het volume van het water aan te passen dat met de urine verloren gaat.
    3. Het reguleren van de concentratie van natrium, kalium, chloride en andere ionen
  • 1.1 PowerPoint Nieren en urine wegen contactdag 3

    Dit is een preview. Er zijn 6 andere flashcards beschikbaar voor hoofdstuk 1.1
    Laat hier meer flashcards zien

  • Anatomie van de nieren: a, b, c, d, e, f.

    A. Nierkapsel
    b. Nierschors
    c. Nierpyramide (merg) net nierpapil
    d. Nierbekken
    e. A. Renalis en v. Renalis
    f. Ureter
  • Wat doen de nieren simpel gezegd?

    De nieren zuiveren het bloed van alle schadelijke stoffen waar het lichaam van af wil. Een deel van deze schadelijke stoffen worden gevormd in de lever.
  • Wat wordt er in het nefron onder invloed van ..............  geproduceert?

    Onder invloed van bloeddruk wordt voorurine geproduceerd.
  • Wat is ultrafiltratie? Hoe ontstaat dit filtratie proces?

    Door de bloeddruk ontstaat er een duwkracht die het bloedplasma uit de glomerulus in het kapsel van Bowman drukt. De opgevangen vloeistof in het kapsel van Bowman heet dan voorurine. Dit filtratieproces heet ultrafiltratie.
  • 2 Juf Danielle:

  • 2.1 Urinewegen

    Dit is een preview. Er zijn 8 andere flashcards beschikbaar voor hoofdstuk 2.1
    Laat hier meer flashcards zien

  • Macroanatomie: Benoem 1, 2, 3, 4 en benoem organen urinestelsel

    nieren, ureters, blaas, urethra, cortex, medulla, pyelum, nierhilus en teken de bloedvaten erbij
  • 2.1.1 oefenvragen

    Dit is een preview. Er zijn 6 andere flashcards beschikbaar voor hoofdstuk 2.1.1
    Laat hier meer flashcards zien

  • Waarbij spelen de nieren GEEN rol? Aanmaak van rode bloedcellen Bloeddrukregulatie Elektrolyten- en zuurbasehuishouding Aanmaak van adrenaline

    Adrenaline wordt gemaakt door de bijnieren (ad = bij, renes = nier). De nier heeft zelf drie hoofdfuncties:
    1. het zorgt voor de vorming van urine, waardoor de elektrolytenbalans en zuurbasebalans in stand kunnen worden gehouden en afvalstoffen kunnen worden uitgescheiden,
    2. productie van EPO, van belang voor de aanmaak van rode bloedcellen,
    3. productie van renine, van belang bij de bloeddrukregulatie
  • Waarin verschillen de vaatwanden in de glomerulus van vaatwanden in andere capillairen in het lichaam, en wat is het nut hiervan?

    Vaatwanden in de glomerulus zijn meer permeabel, zodat afvalstoffen gemakkelijk uit het bloed in de urine terecht kunnen komen
    In de wand van de glomerulaire haarvaatjes zitten relatief grote openingen, waardoor afvalstoffen gemakkelijk in de urine gefilterd kunnen worden. Terugresorptie van nuttige stoffen gebeurt in de tubulus en lis van Henle, NIET in de glomerulus.
  • Hoe volgen de bloedvaten in de nier elkaar op, als zuurstofrijk bloed vanuit de aorta de nier binnen komt?

    A. renalis – Afferente arteriole – Glomerulus – Efferente arteriole – Peritubulaire capillairen – V. renalis

    (Bloed komt de nier binnen vanuit de a. renalis (nierslagader), uit de aorta. Het gaat dan via de afferente arteriole eerst door de glomerulus heen, en komt weer in de efferente arteriole terecht. Het stroomt dan door het peritubulaire capillaire netwerk en dan de v. renalis (nierader) in. De v. renalis mondt vervolgens uit op de v. cava inferior (onderste holle ader). )

Om verder te lezen, klik hier:

Lees volledige samenvatting
Deze samenvatting +380.000 andere samenvattingen Een unieke studietool Een oefentool voor deze samenvatting Studiecoaching met filmpjes
  • Hogere cijfers + sneller leren
  • Niets twee keer studeren
  • 100% zeker alles onthouden
Ontdek Study Smart