Fictie - Literatuuranalyse - 17 vragen
5 belangrijke vragen over Fictie - Literatuuranalyse - 17 vragen
'En het eind dat ik wilde ontvluchten'
(J.C. Bloem)
wat is het metrum van deze dichtregel?
De metrische patronen worden gevormd door de kleinste eenheid: de versvoet. Dit zijn:
- jambe
- trochee
- dactylus
- anapest
- amfibrachys· –
– ·
– · ·
· · –
· – ·
Voorbeeldzinnen met bovengenoemde metrums (of metra):
jambe (zwak-sterk):
Een nieuwe lente en een nieuw geluid
trochee (sterk-zwak):
Jantje zag eens pruimen hangen
dactylus (sterk-zwak-zwak):
Grauw is uw hemel en stormig uw strand
anapest (zwak-zwak-sterk):
Kan het zijn dat de lier, die sinds lang niet meer ruiste
amfibrachus (zwak-sterk-zwak):
Er stond in het bos een klein huisje te koop
'Waar was Eiso? Eiso was naar de Turftorenstraat gelopen, naar het huis met de klimop, waar hij aanbelde. Maar niemand die opendeed. Waar was Linda? Liep die soms naar Eiso te zoeken? Nee, Linda zocht Eiso niet. Ze was met de blauwe jas om haar schouders en de sjaal als een vaantje achter zich aan nog naar de Korreweg gelopen, naar de Eyssoniusstraat, naar een vriendin van haar om te kunnen vertellen hoe vreemd gelukkig ze was.'
Gerrit Krol, Een ongenode gast
welke vertelsituatie herken je in deze tekst?
Zij liep als een gazelle over de atletiekbaan.
Gevraagd
Welke stijlfiguur staat er in deze zin?
synesthesie
bijzondere vorm van metafoor
heeft te maken met je zintuigen
- schreeuwende kleuren (heeft betrekking op gehoor en gezichtsvermogen)
- bittere woorden (heeft betrekking op smaakzin en gehoor)
- warme stem (heeft betrekking op temperatuurzin en gehoor)
- scherpe blik (heeft betrekking op tastzin en gezichtsvermogen)
- kil blauw (heeft betrekking op thermoceptie en gezichtsvermogen)
- scherpe geur (heeft betrekking op tastzin en reukzin)
- bittere verwijten (heeft betrekking op smaakzin en gehoor)
- Hogere cijfers + sneller leren
- Niets twee keer studeren
- 100% zeker alles onthouden
Iemand zegt: 'Heel knap hoe de dichter mij met dit gedicht aan het denken heeft gezet over leven en dood.'
Van wat voor soort argument is hier sprake?
- Esthetische argumenten (Is het verhaal mooi of verrassend geschreven?)
- Morele argumenten (Handelen de personages goed of slecht?)
- Structurele argumenten(Zit het verhaal logisch in elkaar?)
- Literair-historische argumenten (Zorgt het verhaal voor vernieuwing?)
- Emotionele/emotieve argumenten (Raakt het verhaal mij?)
- Realistische argumenten (Is het verhaal geloofwaardig?)
- Intentionele argumenten (Wat is de boodschap?)
- Stilistische argumenten (Is de stijl en formulering bijzonder/goed?)
Hoe heet het literaire subgenre waarin de schrijver de maatschappij op humoristische wijze bekritiseert?
De vragen op deze pagina komen uit de samenvatting van het volgende studiemateriaal:
- Een unieke studie- en oefentool
- Nooit meer iets twee keer studeren
- Haal de cijfers waar je op hoopt
- 100% zeker alles onthouden