Samenvatting: Loi Leerstof - Grafische Kennis

Lees hier de samenvatting en de meest belangrijke oefenvragen van LOI leerstof - Grafische kennis

• 1 Druktechnieken I

  Dit is een preview. Er zijn 3 andere flashcards beschikbaar voor hoofdstuk 1
  Laat hier meer flashcards zien

• Waar wordt het grafische product vervaardigd?

  In een grafisch bedrijf.

• Wat vormen grafische bedrijven tezamen?

  De grafische industrie.

• 1.1 Geschiedenis

  Dit is een preview. Er zijn 1 andere flashcards beschikbaar voor hoofdstuk 1.1
  Laat hier meer flashcards zien

• Hoe legde men vroeger woorden en teksten vast d.m.v een wastafel?

  Romeinse tijd - 19e eeuw:
  Wastafel was het notitieboekje van de kooplieden.
  Tussen een plankje met opstaande randen bevond zich een dun laagje was, waarin letters met een stokje of een speciale stift gegrift konden worden.
  
  Voor het vervoer plaatste men twee plankjes met de waskant op elkaar, waarna ze werden samengebonden. Door de opstaande rand werd de waslaag niet beschadigd.

• 1.1.1 Houtblokken

• Hoe legde men vroeger woorden en teksten vast d.m.v houtblokken?

  Nieuwe uitvinding in Europa (begin 14e eeuw):
  Het drukken met houtblokken.
  
  Voordeel:
  Eén model, meer exemplaren.
  
  Nadeel:
  Arbeidsintensief. De tekst moest letter voor letter in spiegelbeeld worden uitgesneden.

• Welke twee gebeurtenissen samen noemen we de uitvinding van de boekdrukkunst?

  Uitvinding van de boekdrukkunst (1450):
  

  1. Het gieten van losse letters in lood.
  2. Houten hoogdrukpers.

  
  Voordeel:
  De letters konden opnieuw gebruikt worden.
  Johannes Gutenberg (Mainz, Duitsland) heeft de boekdrukkunst uitgevonden.

• De alom bekende houtsnede leverde een tamelijk grof lijnenspel op. Welke oplossing werd hiervoor bedacht?

  1500:
  Het graveren in koper (het drukken vond plaats op een mangel).
  Bedacht door Albert Dürer.
  
  1800:
  Vlakdruk.
  
  1925:
  Zeefdruk.
  
  Kortgeleden:
  Digitale druk- en printtechnieken.

• 1.1.2 Vijf druktechnieken

  Dit is een preview. Er zijn 3 andere flashcards beschikbaar voor hoofdstuk 1.1.2
  Laat hier meer flashcards zien

• Wat verstaan we onder druktechnieken en welke vijf druktechnieken onderscheiden we?

  Onder druktechnieken verstaan we de vijf gemechaniseerde toepassingen van de drukprincipes, namelijk hoogdruk, diepdruk, vlakdruk, zeefdruk en drukken zonder beelddrager.
  
  Hoogdruk:
  Het te drukken beeld is verhoogd.
  
  Diepdruk:
  Het te drukken beeld ligt verdiept.
  
  Vlakdruk:
  Het te drukken beeld is vlak.
  
  Zeefdruk:
  Het te drukken beeld is uitgespaard uit een sjabloon dat bevestigd is op een zeefdoek.
  
  Drukken zonder beelddrager (digitale druk):
  Er is geen beelddrager. De druktechniek berust op een elektrostatisch procedé.

• Geef een uitgebreide uitleg over het drukken zonder beelddrager (digitale druk):

  De druktechniek berust op een elektrostatisch procedé. De toner of speciale inkt wordt middels elektrostatische lading direct op het papier aangebracht en in het geval van toner (een poeder van kunststof deeltjes met pigment) door de hitte tot één geheel gesmolten.

• 1.2 Hoogdruk

  Dit is een preview. Er zijn 2 andere flashcards beschikbaar voor hoofdstuk 1.2
  Laat hier meer flashcards zien

• Is hoogdruk nog steeds de meest toegepaste druktechniek?

  Deels. De mogelijkheden van flexografie, een hoogdruktechniek met een flexibele drukvorm, hebben ertoe geleid dat de hoogdruk in een aangepaste techniek toch weer in de belangstelling is gekomen (verpakkingsindustrie).

• 1.2.1 Indirecte druk

  Dit is een preview. Er zijn 5 andere flashcards beschikbaar voor hoofdstuk 1.2.1
  Laat hier meer flashcards zien

• Welke twee varianten van hoogdruk zijn er te onderscheiden?

  1. Directe hoogdruk.
  2. Indirecte hoogdruk.