Introductie (Rozema) - Pijn en farmacologie
52 belangrijke vragen over Introductie (Rozema) - Pijn en farmacologie
Uit welke zintuigen bestaan de exterosensoren?
In welke 3 groepen worden sensoren in gedeeld? (op basis van de herkomst van de prikkel)
2. Propriosensoren
3. Interosensoren
Waar zijn mechanosensoren gevoelig voor?
- Hogere cijfers + sneller leren
- Niets twee keer studeren
- 100% zeker alles onthouden
Waar zijn thermosensoren gevoelig voor?
Waar zijn fotosensoren gevoelig voor?
Waar zijn nocisensoren gevoelig voor?
Hoe noem je de laagste prikkelsterkte die een depolarisatie veroorzaakt in een sensorische zenuwcel?
Wat is het sensorpotentiaal/receptorpotentiaal?
Specifieke gewaarwording
Door welk gebied van het zenuwstelsel wordt de specifieke gewaarwording bepaald?
Wat houdt adaptatie in? (eigenschap sensoren)
Door welke twee factoren wordt de intensiteit van pijn bepaald?
2. Aantal geprikkelde zenuwvezels
Fysiologische sensoren kunnen ook pijn ervaren. Wanneer zal dit plaatsvinden?
Wanneer er weefselschade optreedt zal er afgifte van moleculen plaatsvinden (o.a. Histamine en prostaglandine E2). Welk effect hebben deze moleculen op de nociceptoren?
Hoewel er bij nociceptoren geen adaptatie plaatsvindt, kan de drempelwaarde bij nociceptoren wel verlaagd worden. Echter wordt de verlaging van de drempel niet bepaald door de prikkelfrequentie. Waardoor wordt de verlaging van de drempelwaarde dan wel veroorzaakt?
Hoe wordt de verlaging van de prikkeldrempel genoemd die wordt veroorzaakt door moleculen die vrijkomen bij weefselschade?
Pijnprikkels worden via sensorische zenuwen naar het centrale zenuwstelsel geleid. Dit kunnen twee soorten vezels zijn, welke?
2. C-vezels
Waar in de hersenen komen de prikkels van nociceptoren terecht?
Wanneer pijnprikkels terecht komen in de primaire sensorische cortex wordt pijn waargenomen en wordt een fysiologische respons opgewekt. De fysiologische respons bestaat uit het vrijkomen van hormonen (cortisol en catecholaminen). Welke effecten hebben deze hormonen?
2. Toename ademhaling en bloedsomloop
Pijn in gebitselementen wordt veroorzaakt door prikkeling van polymodale nociceptoren in de pulpa en het dentine. Op wat voor soort activatie (twee) reageren deze nociceptoren?
Pijn in gebitselementen
Thermische activitatie zorgt voor onmiddellijke pijnprikkels. Via welke zenuwvezels verlopen deze prikkels?
Pijn in gebitselementen
Bij mechanische prikkeling beweegt vloeistof in de pulpa en in kanaaltjes in het dentine, waardoor de vorm van de zenuwmembraan verandert. Is dit een langzame of snelle opwekking van de pijnprikkel? En via welke zenuwvezels verloopt dit?
Waarom verloopt de geleiding van pijnprikkels via C-vezels langzamer dan via alfa-beta vezels?
Wat is hypoalgesie bij angst?
Wat is de definitie van anesthesie?
Ether is een van de eerste middelen die gebruikt werden voor algehele narcose. Inmiddels wordt het amper meer gebruikt, soms nog wel in ontwikkelingslanden. Wat zijn de 3 kenmerken van ether?
2. Kenmerkende geur
3. Goedkoop
Vlak na ether werd chloroform geïntroduceerd als narcosemiddel. Voordeel was dat chloroform niet zo brandbaar was als ether en beter rook. Wat is een nadeel van chloroform?
Een bekend kenmerk van lokaal-anesthica is dat ze zorgen voor vasodilatatie. Welk effect heeft dit op de werkingstijd van de verdoving?
Lokaal anesthetica zijn zwakke basen, instabiel en matig oplosbaar in water. Wat is hier een oplossing voor?
In welke twee vormen komt lokaal-anesthetica voor?
2. Vetoplosbare ongeladen vorm
Extracellulair ligt de pH relatief hoog. Bij een hoge pH is het percentage vetoplosbare vorm groter. Waarom is dit gunstig?
In ontstoken weefsel is er sprake van een zuur milieu (lage pH). Hier is dus minder vetoplosbare vorm aanwezig. Wat heeft dit als gevolg voor de werking van het lokaal anestheticum?
Ontstoken weefsel is veel meer doorbloed. Wat heeft dit als gevolg voor de werking van het lokaal-anestheticum?
Is het bijspuiten van lokaal-anestheticum nuttig in ontstoken weefsel als de verdoving niet aanslaat? En waarom?
Stelling: Hoe sterker de binding aan (plasma-) eiwitten, hoe langer het anestheticum werkzaam is. Waar of niet waar?
Benoem 4 belangrijke factoren voor het effect van lokaal-anestheticum.
2. Entreetijd
3. Concentratie
4, Diffusie + eredistributie over weefsels
Welke twee factoren hebben invloed op de intreetijd van het lokaal-anestheticum
2. Totale dosis
Systemische eliminatie (verwijdering van lokaal-anestheticum uit het lichaam) vindt plaats door omzetting door enzymen in het bloed en door omzetting van enzymen in de lever. Wat gebeurt er wanneer het lokaal-anestheticum niet wordt omgezet door enzymen?
Hoe worden ester anesthetica gemetaboliseerd?
Bij patiënten met ernstige leverinsufficiëntie wordt de kans op een toxisch effect verhoogd bij de toediening van amine-anesthetica. Hoe kan dit?
Welk effecten heeft de vasoconstrictiva (vaatvernauwend middel) in het lokaal-anestheticum?
- Lokaal-anestheticum wordt minder snel afgevoerd door het bloed
- Minder bloeding van de wond
Wat is het effect van zoutzuur (HCl) in lokaal-anestheticum?
Er worden ook conserveermiddelen toegevoegd aan lokaal-anestheticum. Methyl- en propylparabeen zorgt frequent voor allergische reacties en wordt vrijwel nooit meer toegevoegd. Bisulfiet (anti-oxidant) wordt nog wel toegevoegd. Wat is het effect van bisulfiet in het lokaal-anestheticum?
Hoe lang is de werkingsduur van oppervlakteanesthetica?
Welke stof wordt toegevoegd aan de gel- en zalf vorm van oppervlakteanesthetica wat de aanhechting aan het mondslijmvlies bevordert>
Noem 3 verschillende veelvoorkomende pijnstillers (analgeticum)
2. NSAIDs
3. Opiaten en opioïden
Waarom is het belangrijk dat paracetamol op vaste tijdstippen de juiste dosering van paracetamol inneemt?
NSAIDs werken pijnstillend, als koortsverlader en zijn ontstekingsremmend. Bij wat voor soort aandoeningen worden NSAIDs ingezet?
Bij sommige patiënten wordt het risico op gastro-intestinale bloeding verhoogd bij het innemen van NSAIDs. Welk medicijn is nodig om voor te schrijven?
NSAIDs remt COX enzymen dat prostaglandines produceert. Noem 3 functies van prostaglandines.
2. Verhogen lichaamstemperatuur (koorts)
3. Vasodilatator (openen bloedvaten --> roodheid bij ontsteking)
Morfinomimetica kan worden worden verdeeld in twee groepen. Welke?
2. Opioïden
Wat is de werking van morfinomimetlica?
Wat is een groot risico van morfimomimetica?
De vragen op deze pagina komen uit de samenvatting van het volgende studiemateriaal:
- Een unieke studie- en oefentool
- Nooit meer iets twee keer studeren
- Haal de cijfers waar je op hoopt
- 100% zeker alles onthouden