Startpagina / Samenvattingen / M&N / landen-periferie-wereldsysteem

Globalisering - Anders

10 belangrijke vragen over Globalisering - Anders

123. Leg uit wat regionale ongelijkheid is en waarom die toen zo groot was tussen het centrum en de periferie

Ongelijkheid in welvaart tussen gebieden.

Door kolonisatie en uitbuiting over de jaren heen werden de verschillen alleen maar groter.

124 Leg uit waarom de TV een versterkend effect had op deze beeldvorming.

Armoede in koloniën kreeg nu letterlijk een beeld bij rijken.

125. In de inleiding praat Simon met zijn opa uit Indonesië, waar hij deze zomer weer naartoe gaat. Leg uit hoe de relatieve afstand naar Indonesië is afgenomen, maar de absolute afstand niet. Leg daarbij de betekenis van de twee begrippen uit.

Relatieve afstand: Afstand uitgedrukt in tijd en moeite.

Absolute afstand. Afstand in werkelijke kilometers.

De absolute afstand blijft gelijk, maar de relatieve afstand wordt steeds kleiner omdat we sneller contact hebben met de andere lknt van de wereld, maar er ook sneller heen reizen door nieuwe transportmiddelen.

126. Benoem wat de drie aandrijvers van globalisering zijn

Ontwikkelingen transport en communicatie
Opkomst MNO’s
Groei van de welvaart

127. Leg uit welke drie soorten landen er in het wereldsysteem zijn en leg per land uit wat hun grootste ‘rol’ is in het productieproces. Teken daarnaast hoe deze landen over de wereldkaart ongeveer verdeeld zijn.

Centrumlanden: grondstoffen leveren
Semi-periferielanden: producten produceren in fabrieken
Periferielanden: verkoop en diensten

128 Dekolonisatie – kolonialisme – Internationale arbeidsdeling – globalisering – regionale ongelijkheid

Kolonialisme – dekolonisatie – regionale ongelijkheid – globalisering – internationale arbeidsdeling.

129. Critici zeggen dat ‘de rijke landen schuldig zijn aan de onderontwikkeling van de periferie en semiperiferie’. Benoem een argument voor en een argument tegen deze stelling.

Voor: rijke landen hebben periferieland kaalgeplukt

Tegen: periferieland hebben genoeg tijd gehad om zich erna te ontwikkelen

130 Leg uit hoe de internationale arbeidsdeling in deze bron terug te zien is. Delen van de productie zijn verdeeld over de wereld.

Grondstoffen uit Afrika (periferie) industrie in Azië (semi-periferie) verkoop in Europa (centrum)

131. Leg uit welke landen volgens deze gegevens bij het centrum lijken te zitten, de semiperiferie en de periferie. 1: perfierie 2,3,4,5 semi-periferie 6 centrum

1: perfierie
2,3,4,5 semi-periferie
6 centrum

132 Door het wereldsysteem ontstond er een wereldwijde verdeling van beroepssectoren. Schrijf bij elk
wereldsysteem de overheersende beroepssector.
Kies uit: landbouwsector, industriesector en dienstensector.
b.Noem bij elke sector twee beroepen die behoren tot deze sector.

              a: - Centrumland: dienstensector
                  - Semi-periferie: industriesector
                  - Periferie: landbouwsector

:b

                 - Landbouwsector: vb visser, boer, mijnbouwer
                 - Industriesector: vb timmerman, fabrieksarbeider, bakker
                 - Dienstensector: vb chauffeur, kapper, bankmedewerker

De vragen op deze pagina komen uit de samenvatting van het volgende studiemateriaal:

M&N

Bekijk samenvatting

Een unieke studie- en oefentool
Nooit meer iets twee keer studeren
Haal de cijfers waar je op hoopt
100% zeker alles onthouden

Onthoud sneller, leer beter. Wetenschappelijk bewezen.

Studiemateriaal generieke omslagafbeelding

Globalisering - Anders

10 belangrijke vragen over Globalisering - Anders

123. Leg uit wat regionale ongelijkheid is en waarom die toen zo groot was tussen het centrum en de periferie

124 Leg uit waarom de TV een versterkend effect had op deze beeldvorming.

125. In de inleiding praat Simon met zijn opa uit Indonesië, waar hij deze zomer weer naartoe gaat. Leg uit hoe de relatieve afstand naar Indonesië is afgenomen, maar de absolute afstand niet. Leg daarbij de betekenis van de twee begrippen uit.

126. Benoem wat de drie aandrijvers van globalisering zijn

127. Leg uit welke drie soorten landen er in het wereldsysteem zijn en leg per land uit wat hun grootste ‘rol’ is in het productieproces. Teken daarnaast hoe deze landen over de wereldkaart ongeveer verdeeld zijn.

128 Dekolonisatie – kolonialisme – Internationale arbeidsdeling – globalisering – regionale ongelijkheid

129. Critici zeggen dat ‘de rijke landen schuldig zijn aan de onderontwikkeling van de periferie en semiperiferie’. Benoem een argument voor en een argument tegen deze stelling.

130 Leg uit hoe de internationale arbeidsdeling in deze bron terug te zien is. Delen van de productie zijn verdeeld over de wereld.

131. Leg uit welke landen volgens deze gegevens bij het centrum lijken te zitten, de semiperiferie en de periferie. 1: perfierie 2,3,4,5 semi-periferie 6 centrum

132 Door het wereldsysteem ontstond er een wereldwijde verdeling van beroepssectoren. Schrijf bij elk wereldsysteem de overheersende beroepssector. Kies uit: landbouwsector, industriesector en dienstensector. b.Noem bij elke sector twee beroepen die behoren tot deze sector.

Samenvattingen die gerelateerd zijn aan Koloniën voor de fabrieken - verschillende eters

M&N

MEMO geschiedenis 3VWO

Praktische economie 3VWO

bvj

BVJ 3VWO B

overal natuurkunde

Memo VWO Gymnasium geschiedenis leerjaar 3

Het Resultaat

chemie overal

voeding

Memo 3 VWO

Chemie overal VwO3

132 Door het wereldsysteem ontstond er een wereldwijde verdeling van beroepssectoren. Schrijf bij elk
wereldsysteem de overheersende beroepssector.
Kies uit: landbouwsector, industriesector en dienstensector.
b.Noem bij elke sector twee beroepen die behoren tot deze sector.