De psychologische betekenis van macht en onmacht - (on)macht door instrumenteel leren

14 belangrijke vragen over De psychologische betekenis van macht en onmacht - (on)macht door instrumenteel leren

Wat is een bekende theorie die ons leert hoe we macht kunnen uitoefenen op onze omgeving?

De operante conditionering van Skinner. Skinner wordt vaak gezien als de vader van de theorieën die ons leert over macht en hoe we macht kunnen uitoefenen op onze omgeving. Hij baseerde zijn werk op het principe van Thorndike's (Law of effect). Dit principe stelt dat gedrag dat zorgt voor leuke gevolgen zich meer zal herhalen dan gedrag dat voor stomme/negatieve gevolgen zorgt.

Wat is de kern van instrumenteel leren?

Gedragingen kunnen zorgen voor een:

1. Appetitieve uitkomst (aangenaam) => gedrag zal toenemen = een versterker/bekrachtiger

2. Aversieve uitkomst (onaangenaam) => gedrag neemt af = straf

Wat is een voorbeeld van een negatieve versterker/bekrachtiger? (appetitieve gevolgen)

gedraging: goed studeren
resultaat: Ouders minder bezorgd
      • negatieve versterker/bekrachtiger =>aversieve prikkels/stimuli nemen af
  • Hogere cijfers + sneller leren
  • Niets twee keer studeren
  • 100% zeker alles onthouden
Ontdek Study Smart

Wat is een voorbeeld van een negatieve straf? (aversieve gevolgen)

Gedraging: alcohol drinken
resultaat: relatie kapot = negatieve prikkel
      • appetitieve prikkel/stimuli neemt af

Wat zijn secundaire versterkers/straffen?

Een versterker/straf heeft niets te maken met een natuurlijke behoeftetoestand en impliceert dus geen biologische meerwaarde of bedreiging, maar heeft betekenis gekregen door eerder leerproces.

Wat is de betekenis van contiguïteit en contingentie gedrag?

  • contiguïteit: hoe dicht tijd en ruimte op elkaar volgen of bij elkaar optreden
  • contingentie: gedrag: gevolg kan onmiddellijk of eerder uitgesteld zijn

Wat is de betekenis van contingentie en contingentie gedrag?

  • Contingentie: of 2 zaken vaker samen wel of niet optreden als ze afzonderlijk optreden (betreft logische samenhang)
  • contingentie gedrag: 'gevolg'
    • perfect = continu schema
          • gedrag wordt altijd gevolgd door versterker/straf + versterker of straf treedt nooit op zinder dat gedrag
          • instrumenteel leren gebeurt vaak sneller
    • niet perfect = partieel schema
        • het gedrag heeft niet altijd een gevolg + soms treedt gevolg op zonder gedrag
        • instrumenteel leren verloopt trager

Wat is de samenhang tussen de begrippen contiguïteit en contingentie?

Contiguïteit kan een rol spelen bij perceptie van contingentie
  • gemakkelijker een logisch verband tussen gedrag en verandering in de situatie waar te nemen als die verandering snel op het gedrag volgt
    • vb: rokers moeilijk te overtuigen dat hun rookgedrag nu invloed zal zijn op ziekte 20 jaar later

Waarom is het effect van een straf minder sterk dan dat van een versterker?

  1. Versterkers bevatten meer informatie: je weet nu hoe het wel moet, bij een straf leer je alleen hoe het niet moet
  2. negatieve emotionele reacties zijn vaak intenser dan positieve (verstoren het leerproces)
  3. sociale versterkers volgen vaak sneller op gedrag dan sociale straffen

Wat houdt het experiment (1) van Mulder (2008) in?

De studie van Mulder tracht spanning tussen individuele en groepsbelang te onderzoeken. Elk groepje van 4 krijgt een beslissingstaak. Voor het begin van het onderzoek krijgt elke deelnemer 10 euro. Daarna zullen ze moeten beslissen hoeveel euro ze inleggen in de gezamenlijke pot. Elke euro zou 1,5 euro waard zijn als de euro werd ingelegd in de gezamenlijke pot. Nadien zou deze pot over alle deelnemers verdeeld worden.

Welke verschillende condities waren er in het experiment (1) van Mulder (2008)?

Er waren 3 verschillende condities:

1. strafconditie
  • een groep beslist soms om leden die weinig bijdroegen aan de gemeenschappelijke pot te straffen
  • onderzoekers hebben besloten dit niet mogelijk te maken

2. beloningsconditie
  • een groep beslist soms om leden die veel bijdragen daarvoor te belonen
  • onderzoekers hebben besloten dit niet mogelijk te maken


3. controle conditie

Welke afhankelijke variabelen zijn aanwezig in het experiment (1) van Mulder (2008)?

  • AV1: hoeveel euro geven ze aan de gezamenlijke pot: bijdrage
  • AV2: in hoeverre zagen ze bijdragen als hun morele plicht: morele waarde (gecombineerde score uit 12 items op 7-puntschaal)
  • AV3: op welke gronden hebben ze beslist: sociaal motief

Wat zijn de resultaten van het experiment (1) van Mulder (2008)?

  • bijdrage: Mensen in de strafconditie gingen meer in de pot steken dan mensen in de beloningsconditie.
  • morele waarde: mensen in de strafconditie gingen meer in de pot steken omdat ze het moreler vonden dan de beloningsconditie
  • sociaal motief: mensen in de strafconditie gingen meer in de pot steken dan mensen uit de beloningsconditie


=> de reminder aan straf heeft een duidelijke invloed

Wat moet je doen om uitdoving te voorkomen?

Gedrag bestraffen en belonen tot het eigen versterkers met zich mee brengt of een gewoonte wordt, anders kan het zorgen voor uitdoving (vermindering van positief gedrag)

De vragen op deze pagina komen uit de samenvatting van het volgende studiemateriaal:

  • Een unieke studie- en oefentool
  • Nooit meer iets twee keer studeren
  • Haal de cijfers waar je op hoopt
  • 100% zeker alles onthouden
Onthoud sneller, leer beter. Wetenschappelijk bewezen.
Trustpilot-logo