Startpagina / Samenvattingen / Macht, meningen en na-apers / inhibitie-gedrag-experiment

Sociale invloed - sociale facilitatie en inhibitie

21 belangrijke vragen over Sociale invloed - sociale facilitatie en inhibitie

Wat is de opzet van de studie van Ader en Tatum (1963) in?

Situatie

studenten (2x12) komen naar labo
ze krijgen electrodes aan kuit
gedurende 1u30 uur om 10 sec krijgen ze een schok
binnen bereik: plankje met drukknop
knop induwen: schok 10 sec uitstellen

AV: tijd nodig voor oplossing
OV: sociale situatie: alleen vs 2e student aanwezig
NOOT: 5 (van de 24) deelnemers lopen weg

Wat zijn de resultaten van de studie van Ader en Tatum (1963)?

1. Alleensituatie

8/10 leren redden gedrag
wie 1x drukte leerde reddend gedrag
drukken ongeveer om die 10 seconden

2. Sociale situatie

2/9 leren redden gedrag
van 5 die 1x drukken, leren er 2 reddend gedrag
drukken vaker

Wat is de opzet van de studie van Allport (1920)

Situatie

15 master- en doctoraalstudenten doen vrije associatietaken

AV: aantal woorden genoteerd binnen tijdslimiet
OV: sociale situatie: alleen vs samen met 4 andere deelnemers

within subjects design: elke deelnemer 2x alleen, 2x samen
volgorde en tijd tussen sessies gevarieerd

Wat was een kritiek na het tweede experiment van Allport (1920)?

Het was moeilijk om uit te maken wat nu precies bevorderd werd. Zo was het niet helemaal duidelijk of het bedenken van associaties of de snelheid van het schrijven bevorderd werd. Om dit uit te maken deden ze een derde experiment.

Wat was een kritiek na het tweede experiment van Allport (1920)?

Wat houdt experiment 3 van Allport (1920) in?

De studenten moesten de taak in gedachten doen en enkel het vierde woord waar ze aan dachten moesten ze noteren (dus 4,8,12,etc...). Op deze manier werd het aantal woorden minder beperkt door hoe snel ze schreven.

Wat zijn geen geldige oorzaken voor het voorkomen van inhibitie en van facilitatie?

Het komt in ieder geval niet door erg cognitieve processen of door de cultuur en tijdgeest. Dit konden ze stellen doordat dit niet alleen werd aangetoond bij mensen, maar ook bij dieren.

Wat is een voorbeeld van sociale inhibitie bij dieren?

In een donker doolhof moesten parkieten naar het licht vliegen. Wanneer ze alleen waren vlogen ze sneller naar het licht dan wanneer ze met twee waren.

Wat is een voorbeeld van sociale facilitatie bij dieren?

Er zaten mieren in een fles met fijn zand. Onderzoekers zagen dat mieren sneller zand gingen verplaatsen dan wanneer ze alleen waren.

Wat zal er gebeuren met het gedrag van iemand wanneer de sociale andere eerder passief is? (studie van Pessin)

In de studie van Pessin kregen studenten twee keer een lijst van zeven woorden van drie letters om uit het hoofd te leren. Ze waren altijd alleen maar in de sociale situatie stond Pessin zichtbaar toe te kijken en in de alleen conditie niet. Uit deze studie resulteerde dat studenten die 'echt' alleen waren de lijst 9,8 keer de lijst moesten herhalen en wanneer ze met een toeschouwer waren was dit 11,3 keer. Dus in deze situatie is er sprake van sociale inhibitie.

Wat zal er gebeuren met het gedrag van iemand wanneer de sociale ander eerder actief is? (studie van Allee en Masure)

De parkietenstudie van Allee en Masure was coactief maar ook daar trad sociale inhibitie op.

Wat waren de resultaten van de studie waarin ze nagingen of er een onderscheid is tussen motorische versus intellectuele prestaties?

Het onderscheid was niet moet de data te lijmen

Wat waren de resultaten van de studie waarin ze nagingen wat het verschil was tussen het gedrag dat voorkomt bij instinctieve gedragingen en 'hogere' gedragingen (die we niet van nature vertonen)?

Instinctieve gedragingen leverde consistent sociale facilitatie op
hogere gedragingen leverde niet altijd sociale inhibitie op

Wat was de rol van Robert Zajonc (1923-2008)?

Organiseerde alle experimenten op facilitatie of inhibitie
kreeg de indruk dat de studies die facilitatie opleverden altijd makkelijk waren voor de deelnemende mensen of dieren

Wat waren de resultaten van de experimenten van Zajonc?

Instinctief gedrag is makkelijk, maar goed aangeleerd gedrag ook. Het leverde in aanwezigheid van anderen dus vaak gefaciliteerd gedrag op
niet instinctief en nog niet goed aangeleerd gedrag is moeilijk. Het leverde in aanwezigheid van anderen vaak geinhibeerd gedrag op

Wat was de opzet van de twee experimenten van Zajonc, Weingartner en Herman (1969)?

Er waren 2 experimenten, een experiment met een coatieve andere en een experiment met een passieve andere

beide studies werden uitgevoerd met kakkerlakken in een felverlichte, onaangename ruimte

OV1: moeilijkheid doolhof

makkelijke conditie: 1 rechte piste
moeilijke conditie: kruisvorm, moet naar zijgang

OV2: aanwezigheid van andere kakkerlakken

alleen conditie: kakkerlak alleen in doolhof
samen coactieve conditie: 2 tegelijk
samen passief publiek conditie: publiek van 10 (konden anderen zien en ruiken)

Wat waren de resultaten van de twee experimenten van Zajonc, Weingartner en Herman?

Resultaten makkelijk doolhof

coactief: in een sociale conditie doen de kakkerlakken minder lang over het doolhof (sociale facilitatie)
passief: in een sociale conditie zijn de kakkerlakken sneller dan in alleenconditie (sociale facilitatie )

Resultaten moeilijk doolhof

coactief: in een sociale conditie doen kakkerlakken langer over het doolhof (sociale inhibitie)
passief: in een sociale conditie zijn de kakkerlakken trager in een passieve sociale conditie (sociale inhibitie)

Wat was de opzet van het experiment van Schmitt, Gilovich, Goore en Joseph?

In deze studie gingen ze na op mensen hetzelfde gedrag vertonen als de kakkerlakken (dieren).

studenten komen naar het lab voor een studie over 'sensorische deprivatie'

tegen fouten moesten ze vooraf gegevens meerdere keren intypen

OV 1: (within subjects): gemakkelijke vs moeilijke taak

gemakkelijk: naam gewoon
moeilijk: naam achterstevoren en stijgende cijfers na elke letter

OV 2: (Between subjects): sociale situatie

alleen
niet-toekijkend publiek
toekijkend publiek

AV: tijd nodig voor intypen

Wat waren de resultaten van het experiment van Schmitt et al.?

Moeilijke conditie

alleen: gaat sneller dan met publiek
niet-toekijkend: sociale inhibitie
toekijkend: sociale inhibitie

makkelijke conditie

alleen: gaat trager dan zonder publiek
Niet toekijkend: sociale facilitatie
toekijkend: sociale facilitatie

Hoe zit de sociale activeringstheorie van Zajonc precies in elkaar?

De sociale aanwezigheid van anderen zal leiden tot arousal (fysiologische activiteit (bv: verhoogde temperatuur, verhoogde hartslag,...)). Arousal zal op zijn beurt zorgen voor een uitbrengingskans van de dominante respons.

Welke verschillende studies zijn er gedaan om Arousal te meten?

1.Studie van Martens: transpiratie

opzet experiment

Palmar sweat index
folie dat beschadigd raakt als het in contact komt met zweet
aan vingertoppen van deelnemers
aantal gaten werd geteld
motorische taak uitvoeren: alleen of met toekijkend publiek

uitkomst

sociale inhibitie (was waarschijnlijk moeilijke taak)
Arousal hoger in sociale situatie

2.studie van Bell et al.: bloeddruk

opzet experiment

bloeddruk via apparaatje aan vingertoppen gemeten
deelnemers doen reactiesnelheidstaak
alleen of samen met andere deelnemers

uitkomst

sociale facilitatie
arousal hoger in sociale situatie

De vragen op deze pagina komen uit de samenvatting van het volgende studiemateriaal:

Macht, meningen en na-apers | 9789463370325 | Vera Hoorens

Bekijk samenvatting

Een unieke studie- en oefentool
Nooit meer iets twee keer studeren
Haal de cijfers waar je op hoopt
100% zeker alles onthouden

Onthoud sneller, leer beter. Wetenschappelijk bewezen.

Studiemateriaal generieke omslagafbeelding

Sociale invloed - sociale facilitatie en inhibitie

21 belangrijke vragen over Sociale invloed - sociale facilitatie en inhibitie

Wat is de opzet van de studie van Ader en Tatum (1963) in?

Wat zijn de resultaten van de studie van Ader en Tatum (1963)?

Wat is de opzet van de studie van Allport (1920)

Wat was een kritiek na het tweede experiment van Allport (1920)?

Wat was een kritiek na het tweede experiment van Allport (1920)?

Wat houdt experiment 3 van Allport (1920) in?

Wat zijn geen geldige oorzaken voor het voorkomen van inhibitie en van facilitatie?

Wat is een voorbeeld van sociale inhibitie bij dieren?

Wat is een voorbeeld van sociale facilitatie bij dieren?

Wat zal er gebeuren met het gedrag van iemand wanneer de sociale andere eerder passief is? (studie van Pessin)

Wat zal er gebeuren met het gedrag van iemand wanneer de sociale ander eerder actief is? (studie van Allee en Masure)

Wat waren de resultaten van de studie waarin ze nagingen of er een onderscheid is tussen motorische versus intellectuele prestaties?

Wat waren de resultaten van de studie waarin ze nagingen wat het verschil was tussen het gedrag dat voorkomt bij instinctieve gedragingen en 'hogere' gedragingen (die we niet van nature vertonen)?

Wat was de rol van Robert Zajonc (1923-2008)?

Wat waren de resultaten van de experimenten van Zajonc?

Wat was de opzet van de twee experimenten van Zajonc, Weingartner en Herman (1969)?

Wat waren de resultaten van de twee experimenten van Zajonc, Weingartner en Herman?

Wat was de opzet van het experiment van Schmitt, Gilovich, Goore en Joseph?

Wat waren de resultaten van het experiment van Schmitt et al.?

Hoe zit de sociale activeringstheorie van Zajonc precies in elkaar?

Welke verschillende studies zijn er gedaan om Arousal te meten?

Samenvattingen die gerelateerd zijn aan De psychologische betekenis van macht en onmacht - Beheersen en beheerst worden: instrumenteel leren

Macht, meningen en na-apers

Functieleer

Wijsbegeerte

De maatschappij van de sociologie

Politiek een inleiding in de politieke weten…

Basisboek recht

Van Apeldoorn's Inleiding tot de studie van …

De samenleving kennismaking met de sociologie

aantekeningen inleiding tot het recht

Inleiding tot de rechtswetenschap

Methodologie 2

media-effecten