Gedrag in organisaties - Waarneming
3 belangrijke vragen over Gedrag in organisaties - Waarneming
Wat zijn de drie belangrijkste elementen van de attributietheorie?
1. kenmerkendheid: Vertoont iemand bepaald gedrag in verschillende situaties of alleen in een enkele situatie?
2. conformiteit: Gedraagt iedereen zich in deze situatie hetzelfde?
3. consistentie: Handelt deze persoon vaak op deze wijze?
2. conformiteit: Gedraagt iedereen zich in deze situatie hetzelfde?
3. consistentie: Handelt deze persoon vaak op deze wijze?
Hoe kunnen de fundamentele attributiefout en self-serving bias attributies verstoren?
Bij de fundamentele attributiefout wordt bij het beoordelen van gedrag van anderen de invloed van externe factoren onderschat en de invloed van interne factoren overschat.
Bij self-serving bias worden oorzaken van eigen successen teveel aan interne factoren toegeschreven en de oorzaken van mislukkingen teveel aan externe factoren.
Bij self-serving bias worden oorzaken van eigen successen teveel aan interne factoren toegeschreven en de oorzaken van mislukkingen teveel aan externe factoren.
Met welke drie versnelde manieren kun je anderen beoordelen?
1. Projectie: de overtuiging dat anderen zijn zoals wij zelf zijn.
2. Stereotypering: beoordelen van iemand op basis van de groep waartoe de persoon behoort.
3. Halo-effect: een algemene positieve indruk van iemand die gevormd is op basis van een enkele karaktertrek. Tegenovergestelde = horneffect.
2. Stereotypering: beoordelen van iemand op basis van de groep waartoe de persoon behoort.
3. Halo-effect: een algemene positieve indruk van iemand die gevormd is op basis van een enkele karaktertrek. Tegenovergestelde = horneffect.
De vragen op deze pagina komen uit de samenvatting van het volgende studiemateriaal:
- Een unieke studie- en oefentool
- Nooit meer iets twee keer studeren
- Haal de cijfers waar je op hoopt
- 100% zeker alles onthouden
Onthoud sneller, leer beter. Wetenschappelijk bewezen.
