Samenvatting: Mangement En Organisatie
- Deze + 400k samenvattingen
- Een unieke studie- en oefentool
- Nooit meer iets twee keer studeren
- Haal de cijfers waar je op hoopt
- 100% zeker alles onthouden
Lees hier de samenvatting en de meest belangrijke oefenvragen van Mangement en organisatie
-
1 Stichting en vereniging
-
1.4 De stichting
Dit is een preview. Er zijn 2 andere flashcards beschikbaar voor hoofdstuk 1.4
Laat hier meer flashcards zien -
Een stichting mag winst maken maar de gemaakte winst niet zomaar uitkeren. Waarom is deze regel er?
De wet wil voorkomen dat iemand onder het mom van een stichting geld inzamelt en dat in eigen zak steekt -
Bij een stichting is een bestuur wettelijk verplicht.Vertel iets over het bestuur van een stichting. Tip: algemeen bestuur, dagelijks bestuur.
Er is een algemeen bestuur daarnaast is een dagelijks bestuur dat beslissingen neemt over minder belangrijke zaken. Het dagelijks bestuur moet aan het algemene bestuur voor alles wat zij doen verantwoording kunnen afleggen. Ook blijft het algemene bestuur het wettelijk bestuur. -
Leg uit aan welke wettelijke eisen een stichting moet voldoen?
Een notariële akte en de akte is door een notaris volgens wettelijke eisen opgemaakt. In de akte moeten de statuten van de stichting staan. Ook moet de stichting in het handelsregister van de Kamer van koophandel. Als dit niet gebeurd is iedere bestuurder aansprakelijk voor schuld -
Wat is het bestuur van de stichting hun taak ?
De dagelijkse gang van zaken en dingen op de lange termijn. En er alles aan doen om het doel van een stichting te bereiken.
- Boekhouding bijhouden en een jaar rekening maken
-Het bestuur vertegenwoordigd de stichting naar buiten toe -
1.5 De vereniging
Dit is een preview. Er zijn 9 andere flashcards beschikbaar voor hoofdstuk 1.5
Laat hier meer flashcards zien -
Wat is het verschil tussen het oprichten van een stichting en het oprichten van een vereniging qua bestuur en oprichters
Een stichting kan door 1 persoon worden opgericht en een vereniging niet. Daar zijn minstens 2 personen voor nodig. Een vereniging heeft een gekozen bestuur door de leden -
1.6 De financiering van niet-commerciële organisaties
Dit is een preview. Er zijn 6 andere flashcards beschikbaar voor hoofdstuk 1.6
Laat hier meer flashcards zien -
Niet-commerciële organisaties krijgen bijna heel weinig/ geen bijdrage van de overheid. Let op er is 1 uitzondering weke is dat?
Het onderwijs. Het onderwijs is afhankelijk van de bijdrage van het rijk (de overheid). Het rijk is wettelijk verplicht de financiering van het onderwijs te ondersteunen -
Wat kunnen niet commerciële organisaties doen om hun financiën te betalen?
Ze kunnen een lening afsluiten van hun vaste activa -
Waarom geeft de overheid toch een bijdrage aan niet commerciële bedrijven. Ookal ishet niet verplicht?
Ter ondersteuning of stimulering -
LET OP: leer nog de definitie van een input en output financiering en de voorbeelden daar vn
oke -
1.7 Het financiële beleid van niet commerciële organisaties
Dit is een preview. Er zijn 4 andere flashcards beschikbaar voor hoofdstuk 1.7
Laat hier meer flashcards zien -
Hoe kenmerkt het financieel beleid van niet commerciële organisaties zich?
Door het feit dat zei de realisaties van hun doel een evenwicht moeten zien te vinden tussen ontvangsen en uitgaven, baten en lasten.
- Hogere cijfers + sneller leren
- Niets twee keer studeren
- 100% zeker alles onthouden