Vorm, identiteit en stijl in de architectuur en beeldende kunst van de 19e eeuw - De 19de eeuw: herkenbaarheid, identiteit en een veelheid van stijlen - Historisering en eclecticisme
15 belangrijke vragen over Vorm, identiteit en stijl in de architectuur en beeldende kunst van de 19e eeuw - De 19de eeuw: herkenbaarheid, identiteit en een veelheid van stijlen - Historisering en eclecticisme
Wat is typerend voor de architectuur in de negentiende eeuw?
- De veelheid van stijlen en de gretigheid waarmee opdrachtgevers en architecten daarvan gebruik maken
- Het spanningsveld tussen herkenbaarheid van de functie van gebouwen en de pretenties van opdrachtgevers en ontwerpers die de louter functionele waarde overstijgen.
Wat was in de 19e eeuw anders voor een architect dan in de 18e eeuw?
Welke maatschappelijke ontwikkeling zorgde voor de veelheid aan historische stijlen binnen een gebouw (eclecticisme, neostijlen)?
- Hogere cijfers + sneller leren
- Niets twee keer studeren
- 100% zeker alles onthouden
Wat is historiserende architectuur?
Noem 4 voorbeelden van historiserende stijlidiomen van officiele representatieve gebouwen uit verschillende landen / culturele invloedssferen en waar ze naar verwijzen
- Nederland: de oud-hollandse stijl verwijst naar het ontstaan van de republiek in de 17e eeuw.
- Engeland: de gotische stijl vewijst naar de 15e en 16e eeuw waarin het moderne engeland zijn staatkundige vorm kreeg
- duitsland: de Wilhelminische stijl met romaanse elementen waarin een nieuw keizerreijk werd gepresenteerd, ten tijde van de Duitse keizer na 1870
- De VS: romeinse republiek vormde het voorbeeld voor de jonge staat.
Wat is eclecticisme of neostijl?
De classicistische (vitruviaanse) stijl en andere historiserende stijlen konden in de negentiende eeuw naast elkaar bestaan doordat ze voor verschillende functionele gebouwen gebruikt konden worden. Noem de stijl en het soort gebouw
* korintisch: representatieve overheidsgebouwen
* ionisch: musea, theaters, opera, scholen en bibliotheken
* dorisch: banken, stations, paleizen van justitie, markthallen, fabrieken
Romaans: kazerners, militaire gebouwen, stadspoorten
Gotisch: kerken, kloosters, ziekenhuizen, liefdadigheidsgebouwen
renaissancistisch: stadspaleizen, stadhuizen
egyptisch: begraafplaatsen
Per natie kan de verwijzing naar de bouwkunst verschillen, geef voorbeelden.
Engeland, 15e en 16e eeuw. Engeland krijgt staatkundige vorm.Gotische stijl.
Duitsland na 1870 nieuw keizerrijk Romaanse elementen. verwijzing naar Heilige Roomse rijk.
Verenigde staten van Noord Amerika: Romeinse republiek.
Frankrijk: Romeinse rijk koninklijke, republikeinse en keizerlijke aspecten als referentiepunt.
Wat is kenmerkend voor de architectuur van de 19de eeuw?
Wat zijn de stijlclassificaties die relateren aan de functie van een gebouw?
De classicistische stijl.
Waaraan herken je de stijlidiomen van representatieve gebouwen van een land?
Hoe keken critici in de 20e eeuw aan tegen het gebruik van verschillende stijlen?
Wat bepaalt nog meer de identiteit van een gebouw, naast die van de nationale en staatkundige identiteit>
Maar ook is er sprake van eclecticisme of neostijlen, met een wat misprijzende verwijzing naar een mogelijke willekeur of het veronderstelde ontbreken van artistieke kwaliteit in de ontwerpen.
eclecticisme; het streven om historische stijlen en/of vormen te gebruiken in een combinatie die iets nieuws oplevert
Naast deze aannationale en staatkundige identiteit gebonden stijlen is er de minof meer geaccepteerde stijlclassificatie gerelateerd aan de functie van gebouwen. Op merkelijk genoeg werden de oude Vitruiaanse stijlenen hun toepassing niet afgezworen maar inhet systeemopgenomen, zij het onder 1 noemer; de classicistische stijl
- classicistisch
korinthisch
ionisch
dorisch
- romaans
- gotisch
- renaissancistisch
- egyptisch
De vragen op deze pagina komen uit de samenvatting van het volgende studiemateriaal:
- Een unieke studie- en oefentool
- Nooit meer iets twee keer studeren
- Haal de cijfers waar je op hoopt
- 100% zeker alles onthouden