Samenvatting: Marketing | 9789043015998 | Ton Borchert, et al
- Deze + 400k samenvattingen
- Een unieke studie- en oefentool
- Nooit meer iets twee keer studeren
- Haal de cijfers waar je op hoopt
- 100% zeker alles onthouden
Lees hier de samenvatting en de meest belangrijke oefenvragen van Marketing | 9789043015998 | Ton Borchert; Loes Vink
-
1 Interne analyse
Dit is een preview. Er zijn 3 andere flashcards beschikbaar voor hoofdstuk 1
Laat hier meer flashcards zien -
De missie van een onderneming wordt vertaald in strategische doelstellingen. Waar moeten deze doelstellingen aan voldoen?
Doelstellingen moeten voldoen aan de eisen van een SMART-formulering: Specifiek, Meetbaar, Actueel, Realistisch en Tijdgebonden. Deze worden over het algemeen geformuleerd in termen van omzetgroei, winst als percentage van de investering (R.O.I.) of winst als percentage van de omzet.
Marketingdoelstellingen worden geformuleerd in termen van bijvoorbeeld marktaandeel, merkbekendheid, imago of distributiepositie.
-
1.1 Strategische marketingplan
Dit is een preview. Er zijn 1 andere flashcards beschikbaar voor hoofdstuk 1.1
Laat hier meer flashcards zien -
Wat zijn de waardedisciplines in het model van Treacy en Wiersema?
1.Operational excellence, of kostenfocus, waarbij de organisatie goede producten tegen lage prijzen levert. (generieke strategie van Porter heeft hier een dergelijke redenering de lagekostenstrategie)
2.Productleadership of productfocus, waarbij de organisatie het beste product of beste dienst levert en daarbij de eerste is. (Bij de GS van Porter de differentiatiestrategie)
3.Customer intimacy of klantfocus, waarbij de beste oplossing voor de klant centraal staat.(bij De GS van Porter is dit de focusstrategie)
-
Hoe wordt het Model van Abell ook wel genoemd?
Het PMT model (Probleemoplossing, marktgroepen, technologieën) -
1.2 Portfolioanalyses
Dit is een preview. Er zijn 4 andere flashcards beschikbaar voor hoofdstuk 1.2
Laat hier meer flashcards zien -
Wat zijn de nadelen van de BCG analyse?
Sterke nadruk op marktleidrpositie, terwijl een nichemarktbenadering ook succecvol kan zijn (is hier een 'dog')Beschouwt slechts twee factoren -
1.4 De value chain van Porter
Dit is een preview. Er zijn 1 andere flashcards beschikbaar voor hoofdstuk 1.4
Laat hier meer flashcards zien -
Wanneer gebruik je de Value Chain van Porter?
Om alle waardegenerende activiteiten in de micro-omgeving, en hun onderlinge samenhang, inzichtelijk te maken en vervolgens de coördinatie te optimaliseren tbv vergroten concurrentievoordeel. -
2 Ondernemingsstrategie en het marketingplanningsproces
Dit is een preview. Er zijn 2 andere flashcards beschikbaar voor hoofdstuk 2
Laat hier meer flashcards zien -
Het Ashridgemissiemodel is opgebouwd uit 4 elementen, welke 4 elementen?
Doel, strategie, waarden en gedragsnormen
Het doel wijst op de bestaansreden van de onderneming.
De strategische richting, het werkterrein en de positionering wordt bepaald en beschreven hoe het doel bereikt moet worden.
De waarden geven aan welke morele principes komen kijken bij dit proces.
Gedragsnormen vormen tenslotte de leidraad voor het dagelijks werk. -
Welke drie generieke concurrentiestrategieën van Porter leiden tot een hogere ROI?
1. De lagekosten of kostenleiderstrategie
2. De differentiatiestrategie, waarbij gebruik wordt gemaakt van een uniek product door bijvoorbeeld kwaliteit, innovatie inherente diensten, ontwerp of merknaam.
3. De focusstrategie, waarbij men zich richt op een doelmarkt, een specifieke kopersgroep, een segment, productlijn of geografische markt. -
2.2 De marktvraag
Dit is een preview. Er zijn 13 andere flashcards beschikbaar voor hoofdstuk 2.2
Laat hier meer flashcards zien -
Tussen welke soorten producten kunnen we onderscheid maken voor de marktvraag?
Tussen fast moving consumer goods (fmcg's) en duurzame consumptiegoederen (dcg's), en diensten -
Wat is de formule voor de penetratiegraad voor fmcg's (verbruiksgraad)?
penetartiegraad fmcg = #afnemers dat het product in een bepaalde periode min. 1x heeft gekocht/totale # potentiële afnemers (de doelgroep) in dien periode x 100% -
Wat is de verbruiksintensiteit (kengetal)?
De mate waarin kopers een product gebruiken
- Hogere cijfers + sneller leren
- Niets twee keer studeren
- 100% zeker alles onthouden