Consumentengedrag + B2B

7 belangrijke vragen over Consumentengedrag + B2B

Wat zijn de culturele factoren op consumentengedrag?

1. Cultuur: elementaire waarden, perceptie, wensen en gedrag dat een mens meekrijgt uit het gezin in de samenleving
2. Subcultuur: groep mensen met sterk bergelijkbare waardenstelsels, gebaseerd op overeenkomende levenservaringen en situaties
3. Sociale klasse: op basis van opleiding, inkomen beroep, welstand....

Wat zijn de sociale factoren op consumentengedrag?

1. Referentiegroepen
- membershipgroep (behoort zelf toe, beinvloedt gedrag direct)
- groep (behoert zelf niet toe, maar als referentie)
- opinieleiders (in referntie met veel invloed) --> buzzmarketing = opinileiders creeëren

2. gezin en rollen/status --> typische rol doorbreken (auto voor vrouw)

Wat zijn de psychologische factoren op consumentengedrag?

1. Motivatie
Motief = een behoefte die zo sterk is geworden dat je naar bevrediging streeft
- Freud: koopbeslissingen worden beïnvloed door onbewuste beweegredenen
- Maslow: koopbeslissingen worden beïnvloed door meest dringende behoefteniveau: 1: fysiologisch, 2: veiligheid & zekerheid, 3: sociale behoeften, 4: respect en erkenning, 5: zelfverwerkelijking

2. Perceptie, ervaringen, overtuigingen, attitudes
- Zelfde prikkel kan verschillend worden opgevat
* selectieve aandacht = afsluiten aan meeste info die wordt weergegeven
* selectieve interpretatie = aanpassen info aan persoonlijke opvattingen
* selectieve herinnering = alleen onthouden wat men boeit
  • Hogere cijfers + sneller leren
  • Niets twee keer studeren
  • 100% zeker alles onthouden
Ontdek Study Smart

Wat is het besluitsvormings proces van de consument?

Complex: aanzienlijke verschillen tussen merken, sterke betrokkenheid
Variatiezoekend: aanzienlijk verschil tussen, matige betrokkenheid
Dissonantiereducerend: nauwelijks verschil, matige betrokkenheid
Gewoonte: nauwelijks verschil, matige betrokkenheid

Wat voor soort keuzestrategie/afwegingsprocessen zijn er

1. non compensatorische stratgie
- conjunctief = minimumnormen op alle criteria
- disjunctief = minimunormen op bepaalde criteria

2. Compensatorische strategie
- gewogen som

3. Lexicografische stratgie
- vergelijken op basis van belangrijkste criterium, volgorde in belang van criteria

Wat is het bullwhip effect? (zweepslageffect)

Door veranderende vraag en slechte communicaties in de supply chain kan de vraag + bevoorrading steeds meer gaan schommelen verder de supply chain op.

Wat voor soorten koopgedrag van organisaties zijn er?

1. Routinematige heraankoop (straight rebuy)
- ongewijzigd product
- zelfde leverancier

2. Gewijzigde heraankoop (modified rebuy)
- gewijzig product / specificaties
- wellicht nieuwe leverancier

3. Nieuwe aankoop (new task)
- nieuw product
- belangrijke aankoop
- uitgebreide informatieverzamling

De vragen op deze pagina komen uit de samenvatting van het volgende studiemateriaal:

  • Een unieke studie- en oefentool
  • Nooit meer iets twee keer studeren
  • Haal de cijfers waar je op hoopt
  • 100% zeker alles onthouden
Onthoud sneller, leer beter. Wetenschappelijk bewezen.
Trustpilot-logo