Sociaal gedrag - vragen uit lesstof

14 belangrijke vragen over Sociaal gedrag - vragen uit lesstof


Welke zijn kenmerkend voor secundaire socialisatie

(a) Formeel
(b) Informeel
(c) Aanleren specifieke rol (b.v. werknemer)(d) Aanleren generieke rol (dagdagelijkse bezigheden)

A en C

Kern volgens Mead van het socialisatieproces

Zelfbewustzijn

Zelfbewustzijn is niet alleen sociaal van oorsprong maar bezit ook iets individueels.

Via het zelfbewustzijn is de mens in staat om zichzelf te beoordelen vanuit de geldende waarden en normen in de maatschappij (het sociale aspect van het zelfbewustzijn) om zo gepast te reageren (individuele aspect van het zelfbewustzijn).
  • Hogere cijfers + sneller leren
  • Niets twee keer studeren
  • 100% zeker alles onthouden
Ontdek Study Smart

Welke uitspraak is juist: a, b, beide of geen van beide?
a. De crisis van 6 jaar tot en met de puberteit is die van competentie versus inferioriteitsgevoelens.
b. Als de morele redenering zich richt op 'goed gedrag', bevindt iemand zich in de fase van preconventionele moralit

A Goed gedrag bevindt zich in de periode van conventionele moraliteit

Lees de volgende uitspraken
  • aandacht hebben voor de samenleving als geheel en begrip hebben voor de jongere generatie.
  • dat iemand de idee heeft een aandeel in de samenleving te hebben gehad en dat dit aandeel waardevol is geweest.

Hier is sprake van ...

Generativiteit

Lees de volgende uitspraken
  • laat meer gevoelens van wanhoop zien. Dit kan ontstaan als iemand zich realiseert dat gewenste doelen niet zijn bereikt of als iemand niet het gevoel heeft belangrijk of waardevol te zijn.

Hier is sprake van ...

Zelfabsorptie

Op welke groep heeft onderstaande uitspraak betrekking?
Formeel (onpersoonlijk)

secundaire groep

Op welke groep heeft onderstaande uitspraak betrekking?
Groepsrelaties zijn gespecialiseerd en instrumenteel

Secundaire groep

Op welke groep heeft onderstaande uitspraak betrekking?

Face to face moelijker (vanwege groepsgrootte)

Secundaire groep

Op welke groep heeft onderstaande uitspraak betrekking?
Informeel (persoonlijk verloop)

Primaire groep

Op welke groep heeft onderstaande uitspraak betrekking?
Face to face contacten

Primaire groep

Het nivo van preconventionele moraliteit bestaat uit?
  1. oriëntatie op autoriteit
  2. oriëntatie of beloning
  3. oriëntatie op het sociale
  4. oriëntatie op straf
  5. oriëntatie op het ethische
  6. oriëntatie op goed gedrag

4 en dan 2

Het nivo van conventionele moraliteit bestaat uit?
  1. oriëntatie op autoriteit
  2. oriëntatie of beloning
  3. oriëntatie op het sociale
  4. oriëntatie op straf
  5. oriëntatie op het ethische
  6. oriëntatie op goed gedrag

6 en dan 1

Het nivo van postconventionele moraliteit bestaat uit?
  1. oriëntatie op autoriteit
  2. oriëntatie of beloning
  3. oriëntatie op het sociale
  4. oriëntatie op straf
  5. oriëntatie op het ethische
  6. oriëntatie op goed gedrag

3 en dan 5

De vragen op deze pagina komen uit de samenvatting van het volgende studiemateriaal:

  • Een unieke studie- en oefentool
  • Nooit meer iets twee keer studeren
  • Haal de cijfers waar je op hoopt
  • 100% zeker alles onthouden
Onthoud sneller, leer beter. Wetenschappelijk bewezen.
Trustpilot-logo