Startpagina / Samenvattingen / Materieel strafrecht over algemene leerstukken van strafrechtelijke aansprakelijkheid naar Nederlands recht / gevolg-gedrag-delicten

De objectieve zijde van een strafbaar feit - Het strafbare feit

Q: Wat zijn vier klassieke causaliteitscriteria?

Conditio sine qua non theorie - het gedrag in kwestie moet redelijkerwijs een onmisbare, noodzakelijke voorwaarde voor het gevolg zijn geweest. Zou het gevolg ook zonder het gedrag intreden? Causa proxima-theorie - kiest de naaste, dichtstbijzijnde oorzaak als de juridisch relevante oorzaak. Relevantietheorie - selecteert binnen de onmisbare voorwaarden voor het intreden van het gevolg de oorzaak die in de optiek van de wetgever voor het delict in kwestie als de meest relevante geldt. Adequatietheorie - hier staat de voorzienbaarheid voor de verdachte van een bepaald gevolg centraal.

4 belangrijke vragen over De objectieve zijde van een strafbaar feit - Het strafbare feit

Wat is causaliteit en wat houdt strafrechtelijke causaliteit in?

Causaliteit is het veroorzaken van gevolgen.

Strafrechtelijke causaliteit - een leerstuk waarin de delictsomschrijvingen die een bepaald gevolg omvatten centraal staan.

Wat zijn vier klassieke causaliteitscriteria?

Conditio sine qua non theorie - het gedrag in kwestie moet redelijkerwijs een onmisbare, noodzakelijke voorwaarde voor het gevolg zijn geweest. Zou het gevolg ook zonder het gedrag intreden?
Causa proxima-theorie - kiest de naaste, dichtstbijzijnde oorzaak als de juridisch relevante oorzaak.
Relevantietheorie - selecteert binnen de onmisbare voorwaarden voor het intreden van het gevolg de oorzaak die in de optiek van de wetgever voor het delict in kwestie als de meest relevante geldt.
Adequatietheorie - hier staat de voorzienbaarheid voor de verdachte van een bepaald gevolg centraal.

Wat houdt redelijke toerekening in en waarmee wordt er rekening gehouden bij de toepassing van?

Bij de redelijke toerekening gaat het om de vraag: in hoeverre kan gedrag worden toegerekend dat tot een gevolg heeft geleid?

Om de toepassing van de redelijke toerekening tastbaar te maken wordt er aan de volgende criteria gedacht:

het gedrag van de verdachte
de soort en mate van schuld van de verdachte
de ander causaliteitscriteria

Redelijke voorzienbaarheid (ook wel: adequate veroorzaking) was heersende leer voordat de redelijke toerekening haar intrede deed en stelt de vraag in hoeverre het gevolg redelijkerwijs voorzienbaar was op het moment van de handeling.

Bij welke delicten is het vaststellen van een causaal verband niet relevant?

a materieel omschreven delicten
b door gevolg gekwalificeerde delicten
c formeel omschreven delicten

C Bij formeel omschreven delicten wordt alleen een gedraging strafbaar gesteld zonder dit afhankelijk te maken van een ingetreden gevolg. Bijvoorbeeld: art. 207 Sr meineed.

Bij materieel omschreven delicten (bijv. art. 287 Sr) en door gevolg gekwalificeerde delicten (bijv. art. 300 lid 2 Sr) bepaalt het intreden van het gevolg de strafbaarheid.

De vragen op deze pagina komen uit de samenvatting van het volgende studiemateriaal:

Materieel strafrecht over algemene leerstukken van strafrechtelijke aansprakelijkheid naar Nederlands recht | 9789013149999 | J de Hullu

Bekijk samenvatting