Startpagina / Samenvattingen / Class notes - mediapsychologie / medium-mediumkenmerken-controle

Mediumkenmerken

5 belangrijke vragen over Mediumkenmerken

3.3.1 Wat zijn de mediumkenmerken?

Mensen gaan op verschillende manieren op verschillende tijdstippen met verschillende media op. Welke mediumkenmerken zijn er die invloed kunnen hebben op het effect?
- Distributie
- Controle
- Format
- context

3.3.2 Wat wordt er bedoelt met distributie bij mediumkenmerken?

- tijd en plaats: waar wanneer is het medium beschikbaar? Televisie is bijvoorbeeld tijdsgebonden maar internet niet.
- beschikbaarheid: in welke omstandigheden kun je het medium gebruiken? Bijv. Auto of woonkamer of overal
- toegankelijkheid: onder welke voorwaarde heb je toegang? Een abonnement, gratis of een extra vergoeding?

3.3.3 Wat wordt er bedoelt met controle bij mediumkenmerken?

hierbij draait het om de gebruiksvriendelijkheid van een medium.
- pacing: in hoeverre heb je zelf de controle in bijvoorbeeld tempo van de informatieverwerking. Lezen heel erg maar tv niet.
- interactie: de inbreng mogelijkheid van de ontvanger op het medium

3.3.4 Wat wordt er bedoelt met het format?

hoe is de informatie verpakt in het medium
- tekensysteem: is er gesproken of geschreven taal? Is het beeld op tekst? Beweegt het of staat het stil?
- structuur: lay-out op de tekst gebaseerd medium en de montage bij audiovisuele media. Samenhang tekst en beeld

3.3.5 Wat wordt er bedoelt met de context bij mediumkenmerken?

- Context rondom het medium: de situationele omstandigheden van de ontvanger. Denk hierbij aan afleiding
- Context binnen het medium: de informatie die voorafgaat aan de boodschap is van invloed in hou de boodschap wordt onthouden.

De vragen op deze pagina komen uit de samenvatting van het volgende studiemateriaal:

mediapsychologie

Bekijk samenvatting