Erfelijkheid en DNA - Invloed glucagon en insuline op verzadiging
3 belangrijke vragen over Erfelijkheid en DNA - Invloed glucagon en insuline op verzadiging
Hoe werkt insuline op de verzadiging?
- Insuline wordt afgegeven door de pancreas na de maaltijd omdat de glucoseconcentratie in het bloed hoog is.
- Het proces van gluneogenese in de lever wordt hierdoor geremd
- Dit is het signaal voor de hypothalamus dat het lichaam over genoeg brandstof beschikt.
- Langer na een maaltijd daalt onder invloed van insuline het bloedglucosegehalte, en ook het insuline gehalte daalt dan.
- Het remmend effect op gluconeogenese is verminderd.
- Signaal dat het lichaam over onvoldoende brandstof beschikt.
Wat zijn de functies van insuline?
- Snel opnemen van glucose in de lichaamscellen (hypoglykemische werking)
- Insuline stimuleert de permeabiliteit van het celmembraan voor glucose
- Insuline bevordert in lever- en spiercellen glycogenese
- Heeft een remmende invloed op gluconeogenese in de lever
- Heeft een effect op de vetstofwisseling: bevordert lipogenese en remt lipolyse
- Heeft een effect op de EW stofwisseling: bevordert permeabiliteit van celmembraan voor de aminozuren, en de EW opbouw en remt de EW afbraak.
Hoe werkt glucagon op verzadiging?
- Glucagon wordt afgegeven als het glucosegehalte teveel daalt en er meer glucose nodig is.
- Het remmend effect van de gluconeogenese is vermindert
- Dit leidt tot een hongergevoel
De vragen op deze pagina komen uit de samenvatting van het volgende studiemateriaal:
- Een unieke studie- en oefentool
- Nooit meer iets twee keer studeren
- Haal de cijfers waar je op hoopt
- 100% zeker alles onthouden