Bacteriologie

90 belangrijke vragen over Bacteriologie

Hoe werkt gram kleuring?

Een bacterie heeft een membraan en een celwand. In de celwand zitten peptideglycanen. Terwijl de gram negatieve (bleek) maar een laag peptideglycaan hebben en 2 membranen, hebben gram positieve bacterien juist een dikke peptidoglycaan laag, waardoor ze ook donker aankleuren (kleur blijf zitten).

1. Fixeren materiaal
2. Kristal violet kleuren (methyleenblauw kleurt peptideglycanen)
3. Uitspoelen met alcohol: bij de gram negatieve bacterien wordt de kleur eruit gewassen door hun dunne peptidelycaan laag --> roze/oranje

Welke kleuring wordt er gebruikt als gram kleuring niet mogelijk is?

Ziehl-heesen: zuurvaste staven kleuren positief

Wat is het verschil tussen een Koch kweek en een Pasteur kweek?

De media waarin de kweek wordt gedaan.
- Koch: vast
Wordt vaak gebruikt als er heel veel bacterien in een sample zitten.
- Pasteur: vloeibaar   
Is gevoeliger in het oppikken van pathogenen
  • Hogere cijfers + sneller leren
  • Niets twee keer studeren
  • 100% zeker alles onthouden
Ontdek Study Smart

Wanneer kweek je selectief en wanneer niet-selectief?

- Selectief als je bijvoorbeeld last hebt van darmflora. Dan kunnen er antibiotica of kleurtjes gebruikt worden om uiteindelijk de bacterien van elkaar te onderscheiden.

-Niet-selectief als je materialen test waar eigenlijk geen bacterien in horen te zitten. Dit gebruik je als je een maximaal positieve kweek wil.

Hoe kunnen bacterien geidentificeerd worden?

- Biochemisch (bonte rij, Vitek, Phoenix)
- MALDI-TOF MS (geen groei voor nodig, binnen enkele min resultaat)
- Sequentie analyse (ribosomaal gen 16S, is een sterk geconserveerd stukje + variabel deel)

Hoe kan antibiotica resistentie getest worden?

Een stripje met verschillende concentraties antibiotica. Hierdoor kan de minimaal remmende concentratie (MIC) bepaald worden (dit is de eerste concentratie waar geen groei is).

* Je antibiotica moet qua concentratie boven de MIC uitkomen. De werking bepaalt hoe lang en hoeveel boven MIC
* Er is een verschil in serum & intra-cellulair

Voor wat wordt nucleinezuur detectie gebruikt?

Voor bactieren die niet te kweken zijn of waarvan het resultaat heel snel moet komen.
* Is echter niet altijd sneller dan een kweek

-Niet/moeilijk te kweken: Mycobacterien, Mycoplasma, Chlamydia, Legionella, Coxiella
- Snelheid: MRSA, SSYC, Legionella, Mycobacterien (TB)

Wat is het verschil tussen antistoffen/antilichamen en antigenen?

Immunoglobulinen (afgekort Ig), ook antistoffen of antilichamen genoemd, zijn eiwitten die door de mens en andere gewervelde dieren worden geproduceerd als reactie op antigenen. Antigenen zijn lichaamsvreemde stoffen zoals virussen, bacteriën of grote moleculen.

Wat is de Neisseria Meningitidis?

Neisseria Meningitidis is een gram-negatieve diplococcus. Het zit normaal alleen in de nasopharynx. Er is vooral dragerschap rond 20 jaar.

Wat zijn de risicofactoren voor meningokokken dragerschap?

- Actief & passief roken
  • Beschadeging van het epitheel waardoor bacterien zich beter kunnen hechten
- Intiem contact
- Frequent bar/discotheek bezoek
- Menigten

* Als de risicofactoren niet worden meegenomen is dragerschap niet meer leeftijd afhankelijk --> dragerschap heeft dus te maken met sociaal gedrag

Hoe gaat de pathogenese van Neisseria Meningitidis?

1. Colonizatie in nasopharynx
2. Invasie van het epitheel
3. Invasie van het bloed
4. Verdere dissaminatie

- De ziekte zelf is eigenlijk vrij zeldaam. Het krijgen ervan ligt o.a aan:     
  • Genetische aanleg van de gastheer
  • Verschil tussen de miningokokken
- Voor de ziekte moet de bacterie uit de nasopharynx en in de bloedbaan, dit veroorzaakt sepsis en meningitis als de BBB is gepasseerd.
- De mortaliteit is hoog
- Bij sepsis treed er een heftige ontstekingsreactie op wat leidt tot stolling & bloedingen
- Naeffecten: extrimiteit amputatie, cognitieve defecten, gehoorverlies, seizures

Hoe wordt er onderscheid gemaakt tussen meningokokken op basis van serogroep?

Hierbij wordt er onderscheid gemaakt op basis van de kapselpolysaccharide structuur dmv antistoffen die gericht zijn tegen een specifiek kapsel.

* Er zijn 13 serogroepen
  • Meest voorkomend: A,B,C,X,Y,W
* De serogroepen zijn geografisch verdeeld      
  • B/C vooral Europa, A vooral Afrika, Y alleen Noord-Amerika

Waarom zijn CC53 & 35 alleen maar in dragerschap te vinden?

Ze zijn niet gekapseld. Als de meningokok niet gekapseld is kan het niet invasief zijn omdat het geen bescherming heeft tegen complement.

Waarom werkt alleen een conjugaat vaccin tegen meningokokken?

- Polydsccharides zijn alleen goed immunogeen bij volwassenen. Ze zijn slecht immunogeen bij kinderen en induceren ook geen geheugen cellen.
- Conjugaatvaccin: geeft een goede B cel respons in beide kinderen en volwassenen.

* Invasieve ziektes kunnen niet goed bouwen op het geheugen van het immuunsysteem. Ze verlopen heel acuut waardoor je eigenlijk constant een hoge titerbepaling nodig hebt.

Waarom is het handig om ook tieners tegen meningokokken te vaccineren?

Dragerschap ligt hoog onder tieners & vaccinatie helpt ook tegen dragerschap. Hierdoor wordt verdere verspreiding voorkomen (groepsimmuniteit).

Wat is er bijzonder aan de opkomst van de serogroep W meningokokken?

- In 2015 was er een opkomst van serogroep W
- Hele jonge kinderen, tiener, maar ook veel gevallen oudere leeftijd (bijzonder)
- Mortaliteit heel hoog
  • Symptomen zijn vaak niet klassiek
  • gastro-intestenale klachten
- Complex 11
- Ook opkomst in Engeland (bacterie waarschijnlijk afkomstig uit Engeland)  

Waarom is er geen conjugaatvaccin tegen serogroep B meningokokken? Wat is het alternatief?

De polysaccharide structuur is identiek aan polysiaalzuur in het zenuwstelsel (humane cellen). Je zou dus anders een autoimmuunreactie krijgen, er ontstaan geen antistoffen.

Het alternatief is een vaccin bestaand uit eiwitcomponenten (buitenmembraan)). Nadeel is alleen dat de vesicles afkomstig zijn van 1 isolaat, waardoor je geen bredere bescherming hebt tegen meerdere clonen.

Hoe kan porA eiwit voor een vaccin gebruikt worden?

PorA is goed immunogeen, maar is wel een enorme variatie in het eiwit.
--> NonaMen (elke vesicle 3 verschillende porA eiwitten --> 9 verschillende varianten). Covert 80-90% van alle meningokokken.

Hoe helpt reverse vaccinology bij het ontwikkelen van een vaccin? Welke nieuwe vaccin componenten zijn hiermee gevonden?

- Reverse vaccinology: genomic-based approach to vaccin development. Hiermee kunnen specifiek eiwitten gekozen worden voor een vaccin.

- Factor H binding protein (bindt complement)
- NadA (adhesie epitheelcellen)
- NHBA (overleving bloedbaan)
- Vesicle preparaat bij vaccin: vesicle bestaat uit buitenmembraan & eiwitten waaronder LPS. LPS lever een inflammatoire reactie op. Wordt gebruikt als adjuvant (draagt bij aan immuunrespons).

Hoe beschermt de huid ons tegen infecties?

- Huid bestaat uit zweetklieren, haarfollikels en talgklieren

Bescherming d.m.v.:
  • Shedding buitenste laag (hoge turnover)
  • Antimicrobiele peptiden; zijn bedoeld voor snel & aselectief doden. (BDs, cathelicidin, lactoferrin, lysozyme etc.) Hebben vaak ook nog andere functies als chemotaxie. 

Waarom kan je met disinfectie niet alle huidbacterie verwijderen?

Er zijn ook nog bacterien in de wat diepere delen van de huid. Ook is er een soort vetlaagke die bacterien afdekt. Niet alles wordt optimaal verwijderd.

Wanneer kunnen huidbacterien pathogenen?

In immuun compromised patienten.
- Locaal: 
  • (operatie) wond
  • infuus
  • Oedeem
  • Eczeem
- Systemisch:
  • Diabetes
  • Prednison
  • Leucopenia (verlaging van neutrofielen)

Wat is erysipales (belroos, wondroos)?

- Erysipales: acute ontsteking huid & lymfebanen
  • Meestal benen, minder arm & gezicht
  • Via huiddefect infectie met groep A streptococcen
  • Ouderen, diabetes, oedeem

Wat doet protein A bij staph. Aureus?

Protein A bindt de staarten van antilichamen waardoor die op zn kop komen te staan. Dit voorkomt herkenning door het immuunsysteem.

Wat zijn biocompatibele materialen? Door wat worden onsteking daarvan vaak veroorzaakt?

Ze zijn niet per se biologisch, Het zijn biomedische hulpmiddelen: intra-ocular lens, CSF-shunt, heart valve, pacemaker, aorta-iliacal grafts, hip, knee, CAPD catherers, penile prosthesis, breast implant, central venous catheters.

Infecties worden vaak veroorzaakt door staphylococcus epidermidis.

Wat zijn phenol-soluble modulins?

- Amfipathische alfa-helix peptides
- Biofilm structuur & verspreiding
- Onder quorum sensing control
- Hebben ook andere virulente factoren, zijn toxines voor neutrofielen.

Wat is de volgorde van het immuunrespons?

1. Neutrofielen
2. Macrofagen (implantaat)
3. Foreign body giant cells (fusies macrofagen)
4. Fibroblast expansie

Wat is het verschil tussen een pro-inflammatoir respons en een anti-inflammatoir respons?

- Pro-inflammatoire
Sillicon elastomer
  • IL-1 secretie bleef doorgaan --> hoge gevoeligheid voor infecties

- Anti-inflammatoiore
Polyamide
  • Geen teken van een infectie, maar wel veel bacterien in weefsel/cellen --> implant associated sepsis na 2 weken

* Aard materiaal is dus belangrijk voor soort ontstekingsreactie! 

Wat is de race for surface hypothese?

Eerst hechten de menselijke cellen zich.

Waarom hadden we al vanaf het eerste antibioticum kunnen weten dat resistentie moest bestaan?

Bacterien zijn samen met de schimmels die antibiotica produceren geevolueerd

Wat zijn de kenmerken van een goed antibioticum?

- Selectief voor bacterien, lage toxiciteit voor gastheer
- Snelle werking
- Breed spectrum; nadeel eliminatie natuurlijke microflora
- Geen allergie bij patient
- De juiste farmacokinetiek voor de betreffende infectie

Wat is de functie van Penicilline Binding Proteins (PBPs)?

Het zijn peptidoglycaan synthases

Wat is het verschil tussen actieve en passieve antibioticum-resistentie?

- Actieve resistentie:
  • Enzymen die antibiotica afbereken (B-lactamase, ESBLs Carbapenemases, aminoglycosidase)
  • Actieve excretie antibioticum, pompen

- Passieve resitentie:
Verandering van het target:
antibiotica kunnen niet meer binden
  • alternatieve PBP's, MRSA
  • puntmutaties 

Op welke manieren kan horizontal gene transfer van resistentiegenen plaats vinden?

1. Overdraagbare plasmides: sex pili
2. (Conjugatieve) transposons: transposase, "jumping genes"
3. Natuurlijke competentie: opname vreemd DNA
4. Via bacteriofagen, bacterievirussen

Hoe doden beta-lactam anitbiotica gevoelige bacterien?

Door het blokkeren van de peptidoglycaan synthese

Wat is de model bacterie voor UWI veroorzaker en wat zijn zijn virulentie factoren en hoe reguleert hij ze?

Bacterie: Proteus mirabilis
Factoren: urease, fimbriae, flagellen
Regulatie: fase variatie

Wat zijn de klinische symptomen van een UWI?

- Cystitis: dysurie (pijn), pollakisurie (vaak), strangurie (drang), hematurie, pijn onder de buik
- Met weefselinvasie (pyelonefritis): pijn in de flanken en koorts, vaak na symptomen lage UWI
- Acute prostatis: dysurie, pollakisurie, koorts, pijnlijke porstaat

* ASB (asymptomatische bacteriurie): geen sympotomen

Hoe gaat de diagnostiek van een UWI?

- Goeden standaard (grootste zekerheid) is de urinekweek
- Urine
  • Grampreparaat
  • kweek
  • Identificatie en resistentiebepaling van pathogene micro-organismen
- Bij urine kweek bij dag 2 aflezen, bij significante groei identificatie en resisentiebepaling uitvoeren


* Dipslides zijn kwantitatieve kweek en minder betrouwbaar (en pas bij >105 kve/ml positief)

Wat is het verschil tussen Swimmer-Swarmer en non-motile morfologie?

Bij swimmer-swarmer heeft de bacterie flagella en zijn het een soort ringen. Bij non-motile komt de bacterie niet zo ver, dus zijn het meer geconcentreerde plekken.

Wat is de proteus mirabilis? Wat is er zo gevaarlijk aan?

- Gastrointestinal (GI) organisme
- Catheter geassocieerde UWI
- Urinaire stenen (nierstenen)
- Virulentie factoren
urease
fimbriae (hechten)
flagellen

- Produceert grote hoeveelheden urease --> Produceert crystalline biofilms op catheters, dodelijke stenen in urinaire weg


- UreR: positieve regulator dat ureum (in urine) signaleert --> expressie urease aan. Hydrolyseert ureum tot amonia (NH4 ). Dit maakt urine basisch en zorgt voor neerslag van mg-amminium.
- Deze nierstenen blokkeren de urinestroom in de catheter en de urethra. Kunnen ook voor pyelonefritis zorgen. Zorgen ook voor slechte penetratie van antibiotica en immuun moleculen --> polymicrobiele infecties!

Hoe gaat fase variatie van fimbria expressie?

- Bacterien kunnen de expressie van de gen voor fimbrea aan en uit zetten
  • Meer fimbrea --> meer hechtingen aan epitheel
- De promoter is geflanceert door inverted repeats --> homologe recombinatie --> transcriptie 'andere richting' op
- Normaal: expressie genen uit (veel zuurstof) --> veel glagellen
- IR --> 'flip over' --> expressie fimbrea gen --> eiwit blokkeert productie/expressie van flagellen (bij minder zuurstof)

Wat is de hierarchie ban regulatoire mechanismen?

1. DNA structuur
  • Aanwezigheid, amplificatie, rearrangement, modificatie
2. Transcriptionele regulatie
  • Activatie, repressie
3. Post-transcriptionele regulatie
  • Modificatie, cleavage, transcript stabiliteit (stabiliteit mRNA)

Wat is slipped strand mispairing?

Illegitieme base paring in regios van repetitieve DNA tijdens replicatie; producten van deleties of inserties van repeat units.

Wat kan allemaal een SOA veroorzaken?

- Virussen
- Bacterien (besmettelijker dan virale SOA)
- Protozoae
- Ectoparasieten

Welke aandoeningen kunnen veroorzaakt worden door chlamydia?

- C. Trachomatis - blinding trachoma, SOA - mens
- C. Pneumoniae - infectious pneumonitis, coronary disease - mens
- C. Psittaci - systemic disease syndromes (vogels), psittacosis (mens)
- C. Abortus - abortus (mens, geit, schaap)
- C. Pecorum - systemic disease syndromes (koeien, zwijnen, schapen)

Wat is de belangrijkste veroorzaker van chlamydia?

- C. Trachomatis
- Kan ook preventable blidness veroorzaken (vooral in Afrika)
- Komt alleen bij mensen voor
- Is een risicofactor voor het verkrijgen van HIV (aangetast epitheel)

  --> infertility, preventable blindness

Hoe volgt de indeling van de Chlamydia stammen?

- Groep I: ooginfecties
- Groep II: symptomatische infectie
- Groep III: Europa

Hoe wordt chlamydia gediagnostiseerd?

- Kan niet gekweekt worden
- Diagnostiek dmv nucleinezuur amplificatie testen (PCR)

* Infectie kan zorgen voor infertiliteit (mannen & vrouwen) en buitenbaarmoederlijke zwangerschap (doordat de eilijders verkleven).

Wat is het klinisch beeld bij chlamydia infecties?

- 75% vrouwen en 25& mannen asymptomatisch
- Urethritis klachten (man):
  • branderigheid (bij plassen dysurie)
  • kleine beetjes plassen (polymictie)
  • jeuk plasbuis
  • ecoulement (urethrale afscheiding)

- Klachten bij de vrouw:
  • buikpijn
  • fluorklachten
  • onregelmatige menstruatie
  • contact bloedingen (bloedverlies tijdens/na seks)

Wat is Lymfogranuloma venereum (LGV)?

- Komt voort uit Chlamydia trachomatis serovar L1,L2,L3 (Groep II)
- Incubatie periode 1-5 weken
- Oorspronkelijk alleen in tropische gebieden
- Sinds 2003 epidemie in Westerse landen onder mannen die seks hebben met mannen (MSM)
- Aggressieve pathologie
  • Serovar L beperkt zich niet tot het epitheel
  • Invadeert bindweefsel lagen en dissemineert via lymfe banen (macroffagen)      

Wat is de biologie van Chlamydia?

- Gram negatieve bacterie
- Kunnen zich alleen in zoogdiercellen repliceren (kan dus niet gekweekt worden)
- Klein circulair chromosoom
- 7.4 kb plasmide
Aminozuur homogeniteit tussen soorten hoog, DNA homogeniteit laag (genetische manipulatie is lastig)
- Unieke intracellulaire ontwikkelings cyclus:
  • Elementary body
  • Reticulate body

* Elementary body (EB) --> in vacuolen --> fusatie met celmembraan --> grote vacuole in cel --> reticulate body (RB) --> "eten" cel op --> EB's naar buiten

Hoe gaat de ontwikkelings cyclus van chlamydia?

- Elementary bodies (EB)
  • klein
  • extracellulaire vorm
  • rigide buitenmembraan (disulfide gelinkte eiwitten)
  • resistent voor harde condities
  • niet-deelbare, niet-metabool actieve vorm
  • besmettelijke vorm (binden zich aan columnaire epitheel cellen, macrofagen)


- Reticulate bodies (RB)
  • Groter
  • Intracellulaire vorm
  • Fragiele membraan (minder disulfide bindingen)
  • Metabolisch actieve vorm
  • Deelbare vorm
  • Niet besmettelijk

1. EB bindt zich aan gastheer cel
  • Epitheel
  • Macrofaag
2. Internalizatie
  • Endocytose
  • Phagocytose
3. Inhibitie van fagosoom-lysosoom fusie
4. Reorganisatie in RB
  • Verbreken van disulfdie verbindingen
5. Groei van RB
6. Reorganisatie in EB
7. Inclusie lichamen (grote vacuole met EBs en RBs)

8. Vrijkomen van EBs

Wat is de oatgifebese en immuniteit van C. Trachomatis?

- Infecteert nonculiate colunmare epitheel cellen
- Infeltreert PMNs en lymfosieten
- Lymphoid follicle formation
- Fibrose
- Ziekte resulteert in destructie van cellen en gastheer immuun respons
- Geen langdurige immuniteit; re-infectie resulteert in inflammetoire respons

Wat is Multi Locus Sequence Typing (MLST)?

Selectie/identificatie op basis van huishoud genen

Selectie criteria loci:
- Ver uit elkaar op chromosoom
- Niet onder selectieve druk
- Ligt niet naast buitenmembraan eiwitten of uitgescheiden/hypothetische eiwitten
- Niet op mobiele elementen

* Combinatie allel nummers geeft een sequence type (ST)

Waarom is er geen vaccin mogelijk voor chlamydia?

-OmpA: immuniteit is niet beschermend tegen andere serotypes; duurt ook niet lang
- Andere PMPs: zelfde probleem
- Ips: niet immunogenic

Wat zijn de meest  voorkomen oorzaken van sepsis?

Infecties van:
  1. Luchtwegen
  2. Abdomen
  3. Urinewegen
  4. Huid of weke delen
  5. Centraal veneuze catheters
  6. Diepe infecties als endocarditis/meningitis

Wat is de 'nieuwe definitie' van sepsis?

Sepsis: levensbedreigende orgaanfalen veroorzaakt door een ontregelde respons van de gastheer op een infectie (SOFA-score >2)

Septische shock: sepetische shock wordt gedefinieerd als sepsis waarbij vasopressoren nodig zijn om de bloeddruk op peil te houden en de lactaatwaarde verhoogd is, dit alles in afwezigheid van andere oorzaken als hypovolemie.


Wat gaat er mis bij sepsis?

- Excessieve inflammatie leidt tot weefselschade

TLR's & CLR's geactiveerd door bacterien --> leukocytactivatie --> complement activatie --> stollingsactivatie --> necrose, celdood --> gevaar-geassocieerde moleculaire patronen --> versterking van de inflammatie

NLR's & RLR's --> neuro-endocriene regulatie (activatie acetylcholine & n.vagus) --> verminderde functie van immuuncellen  & inhibitie pro-inflammatoire cytokineproductie --> inhibitie pro-inflammatoire gentranscriptie

* Continue stimulering door bacterien & weefselschade leidt tot ontregeling

Hoe vergaat de behandeling van sepsis?

- Toediening antibiotica: begin met breedspectrum antibiotica tegen alle waarschijnlijke pathogenen binnen 1 uur na herkenning van de sepsis, na afname van materiaal voor kweken.
- Infectiehaard onder controle brengen: als er pus is, dreineer dit dan zo snel als praktisch mogelijk is. Behandel perforatie zo snel mogelijk.
- Antibiotic stewardship: beordeel dagelijks of de antimicrobiele therapie gede-escaleerd kan worden. Versmal antibiotica op geleide van kweken of klinische verbetering.

Resuscitatie
- Vochttoediening: geef patienten met sepsis-geinduceerde hypoperfusie intraveneus kristallijne vloeiistof
- Keuze vasopressoren
- Mechanisme beademing bij ARDS (acute respiratory distress syndrome)

Wat is de eerste lijn van bescherming?

- Innate immune system
- Antimicrobiele eiwitten
  • zitten in vesicles epitheel-, endotheel-, leucocyten, bloedcellen (snelle vrijgeving, zijn voor intracellulaire killing)
  • Inducible: transcriptie na weefsel schade, inflammatie, bacteriele producten
- Target van AMPs (Antimicrobial Proteins) is het cel membraan
  • Microbiele membranen hebben negatief geladen fosfolipiden (bij humane zitten deze binnen) --> AMPs zijn selectief voor bacterien
  • Sommige bactetien kunnen hun buitenkant veranderen (salmonella). Bv door aminoarabinose op buitenkant te doen (positief) zorgt voor afstoting van AMPs.
  • Sommige bactieren hebben juist weer exporters

Wat zijn neutrofielen? Hoe kunnen bacterien er aan ontsnappen?

- 90% van de granulocyten
- Granules met hydrolases, peroxxidases, defensins, lysozymen & lactofeerin
- Efficient in phagocytoe
- Extracellulaire relase van granule inhoud bij Fc-receptor activatie (bindt met antilichaam)
- Bloedbaan uit = 'one way'  

Ontsnapping
- Neurofielen reageren om chemotactische stimulie: bacterien kunnen chemotaxis blkkeren (s.aureus CHIPS)
- Toxines die neutrofielen killen
- Biofilm formatie: kunnen niet gephagocyteerd worden

Wat zijn macrofagen/monocyten? Hoe kunnen bacterien eraan ontsnappen?

- ROS productie & antimicrobiele eiwitten
- Aspecifieke argentia (behoorlijke specifiteit achtervolging bacterie)

- Hebben receptoren voor suiker residuen die op oppervlakte micro-organismen zitten (mannose receptor)
- Hebben TLR receptpren voor lipsacharrides (LPS)
- Binden geopsonizeerde micro-organisme door Fc receptoren en complement receptoren CR1 en CR3
- Produceren antimicrobiele eiwitten, ROS, NO en peroxidases om bacterien te inactiveren      

Ontsnapping
1. Toxines die chemotaxis inhiberen
2. Aanhechting voorkomen
3. Inhibitie phago-lysosoom fusie (chlamydia)
4. Catalase tegen H2O2 (S.aureus)
5. Hoog resistente buitenmembraan
6. Respons op IFN gamma blokeren
7. Antigen presentatie blokkeren
8. In cytoplasma vermenigvuldigen

Wat is het complement? Hoe kan deze vermeden worden?

- 20 door lever geproduceerde plasma eiwitten
- Controleren inflammatie

Alternatieve pathway: innate
Klassieke pathway: antilichaam mediated, adaptive

Effecten:
  • Opsonizatie
  • Chemotaxie van phagocyten
  • Verhoogde bloedstroom
  • Verhoogde permeabiliteit capillairen
  • Lysis van micro-organismen


Vermijden:
1. Kapsel voorkomt complement activatie
2. LPS voorkomt C3b-complement-receptor contact
3. LPS lang --> opbouw van intracellulair lysis complex aan de buitenkant
4. Factor H binding --> degradatie C3b
5. SCIN: Staphylooccal Complement Inhibitor

Wat zijn antilichamen? Hoe zijn ze te ontwijken?

- Binden aan antigenen
- Antilichaam opsonizatie van pathogenen triggert activatie complement (klassieke pathway)
- Antilichaam opsonized pathogenen kunnen via Fc receptoren op de phagocyten binden en daardoor gedood worden.

IgG: 75%
IgM: 10%, pentameer, komt vooral in vroeg stadium voor
IgA: 15%, mucosale secreties (speeksel, melk, tranen etc.)
IgD/IgE: <1%, immuniteit tegen wormen & geassocieerd met allergische reacties in ontwikkelingslanden

Ontwijken
- Fase variatie (genregulatie aan/uit)
- Antigen variatie (puntmutaties, externe DNA surface epitoom verandering, intracellulaire combinatie)
- Vangen/blokkeren van antilichamen
- Ig-protease (antilichaam afbreken)
- Fc receptoren (antilichaam op de kop binden --> lijkt op lichaamseigen particle)

Welke twee klassen van bacteriele toxines kunnen we onderscheiden?

- Exotoxines: toxische eiwitten. Meestal gemaakt in gram-positieve bacterieen als onderdeel van hun groei/metabolisme. Daarna gesecreteerd in hun omgeving.

- Endotoxines: zijn onderdeel van de buitenmembraan van gram-negatieve bacterien. Komen vrij als bacterie dood gaat en celwand afbreekt.

Welke bacteriele infecties van de lower digestive system zijn er mogelijk?

1. Gastrointestinale infectie: groei van een pathogeen in de intestines
  • Incubatie kan van 12h tot 2 weken duren
  • Sympotomen zijn vaak met koorts
2. Bacteriele intoxicatie: inslikken van bacteriele toxines.
  • Symptomen komen na 1-48 h na inname van toxine. Meestal vergaat het ZONDER koorts. 


* Infecties en intoxicaties veroorzaken diarree, dysentery of gastroenteritis.
* Wordt vaak behandelt door vloeistof en elektrolyte vervanging en/of antibiotica

Hoe werken bacteriele exotoxines?

- Komen vanuit de buitenkant en worden in de gastheer cellen getransporteerd.
- Typische A-B toxine

B gedeelte bindt aan receptor --> endocytose --> lysosoom --> A laat los; heeft cellulaire activiteit

Wat is Vibrio cholerae?

- Gram negatieve vibrio
- Produceert A + 5B exotoxines
- Bijzonder ziekte
  • Cholerae invadeert geen weefsel
  • Cholerae beschadigt geen weefsel
(Toxines zorgen voor ziekte)

Symptomen:
- waterige diaree (geen bloed)
- Grote hoeveelheden diaree (verlies electrolyten, spierkrampen)
- Lage bloeddruk
- Snelle hartslag & lage hartslag
- Overgeven
- Witte bloedcel aantal normaal

Behandeling:
- Vaak zelf limiterend zolang IV-vloeistoffen zijn toegediend met orale rehydratatie oplossingen  

Wat is het mechanisme van de cholerae toxine?

Normaal:
- Adenylate cyclase maakt cAMP
- Epitheelcellen secreteren HCO3- als respons op kleine verhogingen van cAMP niveaus

Cholera exotoxine:
ADP ribosylatie van AC --> Overactivatie van AC --> 100x verhoging cAMP --> Grote hoeveelheden water en Cl- gaan weg via channels (Na+ naar binnen)

Wat s shigellosis?

- Shigella spp.
  • maakt Shiga toxine
  • Mucosale abscessen
- Symptomen: Bloed en slijm in ontlasting, kramp, koorts, zweren darmstelsel

Shigella gaat epitheel cel in --> deelt zich in de cel --> invasie buurcellen waardoor immuunsysteem wordt ontweken --> abscess doordat epitheelcellen gedood worden door infectie (bacterie komt bijna nooit in bloedbaan).

* Actieve deel zorgt voor apoptose van geinfecteerde cel
* Endocytose is receptor-gemedieerd

Wat is Clostridium botulium?

- Gram positief (anaeroob)
- AB exotoxine
- Irreversible spier relaxatie
- Flaccid paralysis
- Symptomen geheel door toxine
- Vaak van besmet eten
- Geen koorts of sepsis
- Patient gaat dood door verlamming en respiratory failure

Toxine is een polypeptide keten --> protease knipt hem in 2 --> nicked toxine --> toxine bindt aan neuronen --> acetylcholine wordt geblokkeerd --> verlamming darmen

* Worden ook gebruikt voor botox & bioterrorisme

Hoe is de indeling van luchtweginfecties?

Bovenste luchtwegen
- neus, sinussen : rinitis, sinusitis
- farynx, tonsillen : faryngititis, tonsillitis, (peri)tonsillair abces
- mond, gingiva, tanden: gingivitis, stomatitis, periodontitis
- middenoor : otitis media, mastoiditis
- conjunctiva : conjunctivitis

Middelste luchtwegen
- larynx : laryngitis
- epiglottis : epiglottitis
- trachea : tracheitis

Onderste luchtwegen
- bronchus : bronchitis, exacerbaties bij COPD
- bronchioli : bronchiolitis
- longparenchym : pneumonie, longabces, tuberculose

Wat zijn bovenste luchtweg infecties?

- Voornamelijk viraal
- Sinusitis (meestal viraal)
- Keelontsteking (faryngitis): Groep A streptococcen
- Middenoor ontsteking (otitis media): Haemophilus influenzae, Streptococcus pneumoniae
- Acute epiglottitis (strotklepontsteking): haemophilus influenzae
- Difterie: Corynebacterium diphtheriae

Wat zijn de complicaties van groep A streptokokken infecties?

Purulent: abcessen, otitis, sunsitis, mediastinitis
Niet purulent: Immuun complexen Acuut reuma, poststreptokkoken, glomerulonefritis.

Toxines: Scarlatine/roodvonk, streptococcal Toxic SHock Syndrome, Nectrotiserende fasciitis

Wat iis een superantigen?

Deze activeert T cellen zonder specifiek antigen in de buurt,

* Herkent van buiten MHC II & B cell receptoren --> meer T cel activatie --> imuundysregulatie

Wat voor afweer hebben de luchtwegen?

- Trilharen & mucus
- Dendritische cellen --> neutrofiele granulocyten & macrofagen
- Antimicrobiele eiwitten
- Alveolaire macrofagen

Wat is Bordetella pertussis?

- Bordetella Perussis: gram negatieve coccoide staaf
- Receptors voor trilhaar epitheelcellen (bindt dus aan epitheel cellen)


- Petussis toxin, AB-toxine als drifterie toxine
- Adenylaat cyclase toxine: in gastheercel cAMP naar suprafysiologische hoogte --> cel gederuguleerd/dood --> sterke activatie hoest systeem
- Tracheaal cytotoxine: peptidoglycaan fragment dat tracheale epitheelcellen doodt
- Afwijkend LPS    

- Veroorzaakt de whooping cough --> zuurstoftekort, hersenletsel, blijvende longschade

- Is zeer besmettelijk; na 2004 een acellulaire vaccin (echter moet vaccin weer steeds bijgesteld worden)

Hoe werkt de drifterie vaccin?

- Vaccin is een toxoid: een niet toxisch afgeleide vorm van het toxine
-- Antilichamen herkennen het toxine en neutraliseren dit

Wat is streptococcus pneumoniae (de pneumokok)?

- Gram positieve kokken
- Kapsel heeft wel 90 serotypes
- Pneumonia, sepsis, otitis media, meningitis

- Staan bekent voor overdracht van DNA
  • Hebben een competence voor natuurlijke transformatie: kunnen vreemd DNA opnemen
  • Hebben quorum sensing peptide (copetence stimulating peptide) CSP

- Zijn ook in staat om autolyseren:
  • Eerst exponentiele groei (celwand peptidoglycaan synthese en degradatie zijn in balans) --> einde groei, synthese minder en degradatie gaat door --> autolyse  

Hoe gaat pneumococcal Flatricide?

1. Groei/accumulatie
2. Competence stimulating Peptide (CSP) secretie
3. Indiviuele cellen geinduceerd door CSP lokaal hoge concentraties
4. Geinduceerde cellen doden niet-geinduceerde cellen
5. Gedode cellen autolyseren

Hoe maken de overgebleven cellen gebruik van de gelyseerde cellen?

- Het is een DNA bron, andere CSP-groepen als target
- Nutrienten
- Vrijkomen van virulentie factoren, pneumolysin
- Waarschuwen gastheer; vermijden van pathogenische populatie niveau (zodat ze kunnen  blijven leven)

Wat zijn nog andere functies van fratricide?

- Overlevende cellen zijn beschermd tegen de gastheer antimicrobiele eiwitten
- Verhogen overleving in long AMP-rijk milieu

Hoe gaat de classificatie van virussen?

- Op basis van type genoom:
  • Single stranded / double stranded
  • RNA / DNA
  • Symmetrie deeltje (Staafje, rondje)
  • Enveloped / non-enveloped
  • Gesegmenteerd / niet-gesegmenteerd

* Baltimore classificatie is alleen gebaseerd op type genoom & replicatie strategie
* Er wordt gekeken naar het genoom dat IN het deeltje zit
* + streng: mRNA, - Streng: reverse complate.

Wat zijn de eigenschappen van virussen waardoor ze 'levend' genoemd kunnen worden?

- Ze zijn gemaakt van moleculen die ook in levende dingen worden gezien; nucleotiden, eiwitten, suikers
- Ze kunnen evolueren (muteren) en zich aanpassen aan het milieu

Wat zijn viroiden & virosoiden?

Kleine stukjes RNA, ze produceren geen eiwitten maar kunnen zich wel repliceren. Komen vooral voor bij planten.

Sayellites: ze hebben een andere virus nodig voor bijvoorbeeld replicatie.
bv. HepB nodig om ingepakt te worden
* Satellieten kunnen de eigenschappen van een virus nog erger maken.
* De virus kan prima zonder satelliet, maar satelliet niet zonder virus

Wat zijn RNA virussen?

- Ze zijn vooral middelgroot. Te grote RNA strengen worden instabiel en kunnen te veel onomkeerbare mutaties krijgen (want meestal geen proofreading).
- Grootste is coronavirus (33 kb)
- Zij  vaak gesegmenteerd (genen verdeeld over meerdere RNA's)

Wat is de 'Butterfly visie'?

Virus infecties transformeren cellen in virus fabrieken
--> Misschien is de cullulaire fase van de virus wel zijn echte vorm en niet de virion.

Wat is de smallpox virus?

- Variola virus (VARV)
- Niet gesegmenteerde dsDNA virus (enveloped)
- Eigen replicatiemechanisme, kunnen dus in cytoplasma blijven (hoeven niet de kern in)
- Specifiek voor mensen
- Begint als respiratoire infectie en gaat vervolgens naar de huid
- Vaak overlijden mensen na de pokken aan de ontstane complicaties

Wat is het probleem als er een virus wordt verdreven (vaccinatie)?

Er ontstaat dan een immunologische niche waardoor een nieuw virus de kans kan krijgen.

* Dit is het geval van apenpokken. Deze evolueert nu ook; kan zich nu ook via mens-mens verspreiden.

Waarom komen er steeds meer infectieziekten?

- We komen steeds meer in contact met dieren (gevoeliger voor zoonose)
- Steeds meer gaan reizen
- Klimaatveranderingen (overleving musquiten)

De vragen op deze pagina komen uit de samenvatting van het volgende studiemateriaal:

  • Een unieke studie- en oefentool
  • Nooit meer iets twee keer studeren
  • Haal de cijfers waar je op hoopt
  • 100% zeker alles onthouden
Onthoud sneller, leer beter. Wetenschappelijk bewezen.
Trustpilot-logo