Samenvatting: Medische Theorie 2 | Kristel Braat

Studiemateriaal generieke omslagafbeelding
  • Deze + 400k samenvattingen
  • Een unieke studie- en oefentool
  • Nooit meer iets twee keer studeren
  • Haal de cijfers waar je op hoopt
  • 100% zeker alles onthouden
LET OP!!! Er zijn slechts 87 flashcards en notities beschikbaar voor dit materiaal. Deze samenvatting is mogelijk niet volledig. Zoek a.u.b. soortgelijke of andere samenvattingen.
Gebruik deze samenvatting
Onthoud sneller, leer beter. Wetenschappelijk bewezen.
Trustpilot-logo

Lees hier de samenvatting en de meest belangrijke oefenvragen van medische theorie 2 | Kristel Braat

  • 1 bloed

    Dit is een preview. Er zijn 77 andere flashcards beschikbaar voor hoofdstuk 1
    Laat hier meer flashcards zien

  • Welke 2 soorten bloecellen zweven rond in het bloedplasma? 

    de eretocyten (de rode bloedcellen)  en de leukocyten (de witte bloedcellen)
  • Wat zijn voorbeelden van passeagaire stoffen?

    (1) voedingsstoffen (glucose,vetzuren en aminozuren), afkomstig uit het spijsverteringskanaal
    (2) afbraakproducten van de stofwisseling, op weg naar bijvoorbeeld de nieren voor verwijdering
    (3) hormonen
    (4)vitamines (uit de voeding of aangemaakt in het lichaam)

  • Wat zijn passeagaire stoffen?

    stoffen die tijdelijk en in meer of mindere waarde aanwezig zijn in het bloedplasma 
  • Welke 3 bloedgassen komen voor in het bloedplasma?

    (1) zuurstof (2) koolstofdioxide (3)stikstof 
  • Wat zijn globuline en welke 3 soorten globuline kennen we?

    (1) a en (2) b - globuline hebben een transportfunctie. Ze kunnen suikers,vetten,ijzer,vitamines,hormonen en afflutininen binden.
    (3) De 
    y-globulinen (ookwel immunolobulinen, antistoffen genoemd), spelen een belangrijke rol bij de afweer van het lichaam. 
  • Wat is het doel van plasma-eiwitten? (2)

    (1) ze ondersteunen de bufferwerking van de elektrolyten
    (2) dragen bovendien in grote mate bij aan de viscositeit (stroperigheid) van het bloed.
  • Wat zijn kenmerken van plasma-eiwitten? (2)

    (1) ze worden aangemaakt in de lever
    (2) ze hebben net als elektrocyten een watermantel om zich heen waardoor ze een colloïd-osmotische (COW) veroorzaken
  • welke elektrolyten spelen een rol bij de bloedstolling en spierwerking?

    calium-ionen
  • welke elektrolyten spelen een rol bij de spier-en de zenuwwerking?

    calium, natrium en chloor 
  • wat is bloedstolling (hemostase)? 

    de bloedstolling begint met het vrijkomen van tromboplastinogeen uit beschadigde trombocyten en na een reeks opeenvolgende reacties ontstaat een stolsel
LET OP!!! Er zijn slechts 87 flashcards en notities beschikbaar voor dit materiaal. Deze samenvatting is mogelijk niet volledig. Zoek a.u.b. soortgelijke of andere samenvattingen.

Om verder te lezen, klik hier:

Lees volledige samenvatting
Deze samenvatting +380.000 andere samenvattingen Een unieke studietool Een oefentool voor deze samenvatting Studiecoaching met filmpjes
  • Hogere cijfers + sneller leren
  • Niets twee keer studeren
  • 100% zeker alles onthouden
Ontdek Study Smart