BELANGRIJKE INVLOEDEN OP KG MELK

18 belangrijke vragen over BELANGRIJKE INVLOEDEN OP KG MELK

Wat voor ras is de koe op de foto en wat zijn de kenmerken van haar vachtpatroon?

- De koe behoort tot het Holstein-Friesian ras, vaak afgekort als HF.
- Haar vachtpatroon wordt omschreven als zwartbont, met grote witte en bruine(reddish-brown) vlekken.

Wat zijn bedrijfseconomische voordelen van een korte Tussenkalftijd (TKT)?

- Meer kalveren per jaar, wat een grotere selectie-intensiteit mogelijk maakt en meer kalveren voor andere doeleinden.
- Gunstige invloed op jaarproductie van koe en bedrijf door snelle bevruchting en partus, waardoor snel weer een nieuwe piek wordt bereikt en het belang van het lage stuk van de curve vermindert.

Hoeveel bedroeg de evolutie in de gemiddelde productie van melkveebedrijven in de EU-28 van 2016 naar 2017?

- Toename van de gemiddelde productie met 5,4% in de EU-28
- 2016: 144 ton
- 2017: 151 ton
  • Hogere cijfers + sneller leren
  • Niets twee keer studeren
  • 100% zeker alles onthouden
Ontdek Study Smart

Wat is een roodbonte HF-vaars?

- Het is een kruising tussen Holstein-Friesian en een ander runderras
- Het is roodbont van kleur
- Het kan een jonge koe zijn die nog geen kalf heeft gehad

Wat is de optimale duur van de droogstand en waarom is deze belangrijk?

- De optimale duur van de droogstand is 40-50 dagen, maar in de praktijk vaak 65 dagen.
- Doelen zijn verbetering van de conditie van de koe, regeneratie van uierweefsel en voldoende biestproductie.

Wat is de formule voor de variatiecoëfficiënt en welke waarde wordt gegeven in dit geval? Wat zijn de mogelijke standaarddeviatie en gemiddelde waarden die worden gebruikt bij deze formule?

De formule voor de variatiecoëfficiënt is σ/μ. In dit geval is de variatiecoëfficiënt 15 - 20%. De mogelijke standaarddeviatiewaarde is tot 1.300 kg.

Welke kenmerken zijn zichtbaar bij deze koe?

- De koe heeft een overwegend witte vacht met grote bruine vlekken.
- Ze draagt een halster om haar hoofd.
- De koe staat op gras met op de achtergrond bomen.

Welke correlaties tussen deelproducties en totale productie zijn belangrijk voor de selectie en wat is het verloop van kg melkeiwit en kg melkvet?

- Sterke correlaties tussen deelproducties in de eerste 1, 2, 3 en 8 maanden en de totale productie, met respectievelijke waarden van 0,73, 0,80, 0,83 en 0,90.
- Het verloop van kg melkeiwit en kg melkvet is analoog met dat van de totale melkproductie.

Wat is de algemene formule voor de fokkerij en wat vertegenwoordigen de variabelen G en M?

In het algemeen is de formule voor de fokkerij F = G + M, waarbij G staat voor genetische invloeden en M voor milieu-invloeden.

Wat laat het type roodbont zien op basis van de informatie?

- Het betreft een koe met het roodbont ras, een dubbeldoeltype.
- Dit type wordt gekenmerkt door de rood met witte vachtpatronen.
- Het dubbeldoeltype duidt op een ras dat zowel voor melkproductie als vleesproductie wordt ingezet.

Wat is de TKT-bepalende factor met betrekking tot de duur van de postpartumperiode (ppp)?

- Binnen het 'jaarconcept' is er 85 dagen beschikbaar voor de TKT (365 - 280).
- Normaal herstelt de uterus in 1 maand tot 50 dagen pp.
- In de praktijk is inseminatie mogelijk vanaf 60 dagen pp.
- Gemiddeld zijn er 1,8 ± 0,4 inseminaties per dracht.
- Ongeveer 60% van de koeien heeft een NR56 (15% verschil tussen geslachten).

Wat wordt bedoeld met erfelijkheidsgraad en wat geeft het aan bij dieren?

Erfelijkheidsgraad geeft aan welk deel van de totale fenotypische variatie tussen dieren wordt veroorzaakt door genetische variatie.

Wat is de relatie tussen ruwvoederverbruik en melkopnamevermogen bij koeien? Noem een verschil tussen melkvee en dubbeldoelvee.

- Groot : met kg melk : r = 0,60 (h 2 = 0,30)
- Groter bij melkvee dan bij dubbeldoelvee

Wat wordt bedoeld met fokwaarde en waarvoor wordt het gebruikt bij dieren?

De fokwaarde is de geschatte erfelijke aanleg van een dier voor een bepaald kenmerk en wordt gebruikt om de genetische potentie te beoordelen.

Wat is het belang van het gewicht van een koe, vooral bij vrouwelijke opfokvee? Bespreek de correlatie tussen gewicht en verschillende aspecten van de koe.

- Correlatie geboortegewicht / gewichtstoename in 1e jaar: ± 0,50 bij ♂ en ± 0,30 bij ♀
- Belang voor goede vruchtbaarheid en melkproductie

Wat zijn de kenmerken van het dier afgebeeld?

- Het dier is een koe.
- De koe heeft een zwart-wit gevlekte vacht.
- Het dier staat op een grasveld.
- De koe heeft een touw om haar nek.

Wat zijn de kenmerken van lactatienummers wat betreft melkproductie en hoe wordt hiermee rekening gehouden bij fokwaardeberekening?

- Hoogste producties vallen in de 3e, 4e en 5e lactatie.
- Er is een verwachte toename van 20% tussen de 1e en 4e lactatie.
- Rangordetabellen zijn deels beïnvloed door selectie (betere dieren worden aangehouden na de 1e lactatie).
- Bij fokwaardeberekening wordt gecorrigeerd voor selectie en factoren zoals leeftijd bij afkalven en het aantal keren dat een dier gekalfd heeft (pariteit).

Hoe varieert de lactatiecurve en lactatieduur voor verschillende productiedoelen en wat valt er op aan de grafiek betreft de gemiddelde productiecurve per productiedoel?

- De lactatiecurves variëren per productiedoel met de hoogste piekproductie in de 2e lactatie.
- De lijn bovenaan vertegenwoordigt Zwartbont, de middelste lijn Roodbont en de onderste lijn MRY.
- Pieken in melkproductie en vervolgens een afname illustreren de verloop van melkproductie gedurende opeenvolgende lactatieperioden.

De vragen op deze pagina komen uit de samenvatting van het volgende studiemateriaal:

  • Een unieke studie- en oefentool
  • Nooit meer iets twee keer studeren
  • Haal de cijfers waar je op hoopt
  • 100% zeker alles onthouden
Onthoud sneller, leer beter. Wetenschappelijk bewezen.
Trustpilot-logo