Samenvatting: Membraanarchitectuur, Biogenese En Signaaltransductie

Lees hier de samenvatting en de meest belangrijke oefenvragen van membraanarchitectuur, biogenese en signaaltransductie

• 2 membraanarchitectuur, eigenschappen/structuur lipiden

  Dit is een preview. Er zijn 13 andere flashcards beschikbaar voor hoofdstuk 2
  Laat hier meer flashcards zien

• Wat gebeurd er spontaan met lipiden in een waterig milieu?

  Zorgt voor het vormen van een lipiden bilaag. De hydrofobe staarten gaan naar binnen, want die houden niet van water. 
  
  
  

  • stoffen kun je hierin insluiten  
  • grote en lipid samenstelling kan jezelf bepalen  

• Welk vorm molecuul zorgt voor een micelle en welke voor een bilaag?

  • Kegelvormig met een vetzuurstaart zorgt voor een micelle.
  • cilendervormig met twee vetzuurstaarten zorgen voor ene bilaag

• De fosfolipide bilagen worden gestabiliseerd door? (2)

  1. Vande waals interacties tussen de vetzuurstaarten
     
  2. electrostatische interacties en H-bruggen tussen de polaire kopgrepen en tussen de polaire kopgroepen en water

• Dubbel bindingen in lipiden?

  Dubbele bindingen in de vetzuurstaarten zijn altijd Cis (star). --> cis binding veroorzaakt ene knik in de vetzuurstaart
  dubbele bindingen vormen ene plat vlak.
  er is alleen vrije rotatie rond enkele bindingen

• Hoe bepalend zijn de lipiden voor de eigenschappen van een membraan?

  Vetzuurstaarten: in grote mate bepalend voor vloeibaarheid
  kopgroepen: in grote mate bepalend voor intrinsieke curvatuur en manier waarop lipiden "gepakt" zijn (laterale drukprofiel)

• 2.1 vetzuurstaarten

  Dit is een preview. Er zijn 5 andere flashcards beschikbaar voor hoofdstuk 2.1
  Laat hier meer flashcards zien

• Wat gebeurt er bij smelten met de vetzuurketens?

  Bij lage temepratuur zijn de vetzuurstaarten in een all-trans conformatie, dit heeft een gunstige pakking van de ketens naast elkaar. Bij verwarming van het membraan gaan de dubbele bindingen draaien en moleculen bewegen en zorgt voor een isomerisatie, die de verpakking van de keten verstoort.
  De verstoring zorgt ervoor dat andere lipiden ook draaiingen gaat vertonen --> coöperatief proces --> smelttraject (in biologische membranen, vloeibare fase bij groeitemperatuur)

• Kan de vloeibaarheid van de membraan gereguleerd worden?

  Ja dat kan, de lipidensamenstelling kan aangepast worden aan de hand van de temeperatuur

• Spelen de kopgroepen mee met de vloeibaarheid? Waaar zijn de dan wel handig voor?

  Nee, de kopgroepen spelen geen rol in de vloeibaarheid van het membraan. De kopgroepen zijn wel belangrijk.
  Negatieve kopgroepen zorgen voor een negatieve oppervlakte lading en dit is dan aantreklijk voor eiwitten die een positief domein hebben.
  Zoogdieren heeft geen positieve lipiden en je kan dus geen positieve lipiden laag terug vinden

• 2.2 kopgroepen

  Dit is een preview. Er zijn 3 andere flashcards beschikbaar voor hoofdstuk 2.2
  Laat hier meer flashcards zien

• Wat voor structuur voorkeur heeft PE lipiden

  Zal een gekromde structuur vormen,   Dit zal een negatieve curve geven, als je te veel PE hebt dan verliest het membraan zijn integriteit want PE wil uit het membraan maar dit is alleen als PE in hoge mate voor komt in het membraan. 

• 2.3 liposomen als drug-carriers

  Dit is een preview. Er zijn 9 andere flashcards beschikbaar voor hoofdstuk 2.3
  Laat hier meer flashcards zien

• Waarom drugs in liposomen?

  • Drug minder snel geinactiveerd in het bloed
    
  • niet/minder toxisch en midner bijwerkingen
  • targeting mogelijk
  • insluiten van hydrofobe stoffen kan ook
  • controlled release mogelijk
  • mechanisme van opname in cel is anders dan voor vrije drugs: hogere dosis mogelijk. Zorgt dat de rest van het lichaaam de effecten niet ervaart.