De vroege middeleeuwen - Het bestuur wordt feodaal - Het ontstaan nadelen van het feodale stelsel
3 belangrijke vragen over De vroege middeleeuwen - Het bestuur wordt feodaal - Het ontstaan nadelen van het feodale stelsel
Beschrijf de militaire oorsprong van het feodale stelsel.
Bij de val van het Romeinse Rijk moest Frankische koning Karel Martel (ca. 690-741) veel oorlogen voeren. Hij had alleen weinig geld en moest iets anders verzinnen om zijn ruiters te kunnen betalen. Van oorsprong was er al een erg persoonlijke band tussen strijders en legeraanvoerder. Zij legden een eed van trouw af en werden hierdoor een vazal en hun legeraanvoerder zorgde dan voor hun levensonderhoud. Karel Martel combineerde deze vazalliteit met het grond in leen geven, zodat zijn mannen zichzelf konden onderhouden.
Welke belangrijke stap zette Karel de Grote in de ontwikkeling van het feodale stelsel?
Karel de Grote (768-814) zette een belangrijke tweede stap in de ontwikkeling van het feodale stelsel: hij koppelde het leenstelsel aan het bestuur. Hij maakte niet alleen soldaten maar ook hoge bestuurders, zoals graven en hertogen, tot leenmannen. Hun leen viel uiteindelijk samen met het gebied dat zij al bestuurden.
Bedenk wat de twee voornaamste problemen waren van het feodale stelsel.
- De leenmannen zagen de lenen al snel als hun eigendom. Zo werden de lenen na de dood vaak doorgegeven aan een oudste zoon. Op den duur gingen leenmannen hun leen daarom als erfelijk beschouwen en gehoorzaamden ze de koning of leenheer vaak niet meer.
- Ook was het een erg ingewikkeld systeem. Leenmannen hadden vaak meerdere leenheren, wat lastig was als leenheren in oorlog met elkaar waren.
De vragen op deze pagina komen uit de samenvatting van het volgende studiemateriaal:
- Een unieke studie- en oefentool
- Nooit meer iets twee keer studeren
- Haal de cijfers waar je op hoopt
- 100% zeker alles onthouden
Onthoud sneller, leer beter. Wetenschappelijk bewezen.
