Nederland na 1945 - Een welvarend land - Anders

28 belangrijke vragen over Nederland na 1945 - Een welvarend land - Anders

324. Bedenk een economisch argument waarom politieke partijen in Nederland ook vonden dat zieken en ouderen en werklozen verzekerd moesten zijn van een fatsoenlijk bestaan?

Als deze groep voldoende geld heeft, kunnen ze beter voor zichzelf zorgen. Worden minder ziek en hebben ze minder hulp nodig van de Staat. Dit kost ook geld. Daarnaast investeren ze het geld dat e krijgen ook weer in de economie. Het gaat dus niet verloren.

325. Gebruik Bron 1. Waarom vonden Amsterdammers het belangrijk om na de oorlog eerst hun haven te herstellen? Hadden ze niet moeten beginnen met herstellen van de verwoeste huizen van de stad?

MISSING ANTWOORD

326. Stel dat Nederland krtgeleden door een vijand is vernield en dat de inwoners het land weer moeten opbouwen. Waar zou jij dan mee beginnen? Leg je antwoord uit.

MISSING ANTWOORD
  • Hogere cijfers + sneller leren
  • Niets twee keer studeren
  • 100% zeker alles onthouden
Ontdek Study Smart

327. Nederland was na het einde van de Tweede wereldoorlog niet het einige land in Europa waar de economie in puil lag. Hoe reagerden de Verenigde Staten op ddi situati in Europa/

MISSING ANTOWORD>

328. 4a Onderstreep in de leertekst “Economische Groei” vijf oorzaken waardoor de Nederlandse economie na 1945 een snelle groei doormaakte.

1. Grote inzet bevolking
2. Amerkaanse financiële hulp (Marshall hulp)
3. Laag houden lonen
4. Groei economie Duitsland (veel vraag naar Nederlandse producten)
5. Vondst grote aardgas velden in Groningen (heel grote inkomsten Staat)

329. Maak de juiste comninaties tussen periode en Omschriving
A 1945-1950
B 1945-1960
C 1960-1970

1 Consuptiemaatschappij
2 Politiek van lage lonen
3 Wederopbouw

A3
          B2
          C1

330. Leg uit dat de lage lonen belangrijk waren voor de wederopbouw.

Door de lonen laag te houden, blijven producten die in Nederland worden gemaakt goedkoop en daardoor aantrekkelijk om te kopen (in binnen- en buitenland).

Bedrijven maakten veel omzet waardoor ze groeiden wat weer goed is voor de economie.

331. Lage lonen kunnen ook slecht zijn voor de economie. Leg dat uit.

Het betekent dat
  • werknemers weinig verdienen en
  • daardoor niet veel kunnen besteden.
  • Ze geven weinig geld uit wat niet goed is voor bedrijven in Nederland.
En dus kan dit betekenen dat het slecht is voor de economie.

Daarom zijn de lonen op een gegeven moment ook verhoogd. Hierdoor steeg de consumptie. 

332. De loonstijging in de jaren 60 had voor de Nederlanders met weinig opleiding op de lange termijn grote gevolgen. Leg dat uit.

  De economie van Nederland veranderde.

Er kwamen meer banen in de dienstverlening
waarvoor een hogere opleiding nodig is
en waarvoor beter werd betaald.

De banen waarvoor een lage opleiding is gevraagd verdwenen naar het buitenland.

Op de lange termijn verdwijnt dus werk voor mensen met een lage opleiding.

333. I 1990 was het inkomen van een arbeidersgezin veel hoger dan in 1990. Hoeveel keer ongeveer?

Honderd keer hoger

334. Op zichzelf zegt het getal uit het antwoord op vraag a niet zoveel. Geld wordt namelijk elke jaar minder waard.

Daarom stijgen lonen en prijzen ook lek jaar.

Toch kun je aan deze grafiek goed zien, dat een arbeidersgezin tussen 1900 en 1990 rijker werd. Leg dat uit, eventueel aan de hand van een berekening.

Als je kijkt tussen inkomen in verhouding tot kosten voeding zit er een groot verschil tussen 1900 en 1990.

In 1900 gaat bijna het hele inkomen op aan voeding.

In 1990 is bijna 6x zoveel inkomen beschikbaar voor voedsel. Er blijft dus veel meer over voor andere zaken.

336. LEg uit hoe je in de grafiek het ontstaan van een consumptiemaatschappij kunt zien.

In de grafiek kan je dit zien door het groeiende verschil tussen inkomen en kosten voeding. Er blijft meer over voor andere zaken. Om te consumeren.

337. Tussen 1930 en 1940 stegen de lonen helemaal niet. Geef daarvoor een verklaring.g

Dit komt door de grote econische crisis van deze periode.

Het ging economisch zo slecht, met een hoge werkloosheid, dat er geen ruimte was voor stijging van lonen.

338. Maak een schema over de modernisering van de Nederlandse landbouw na de Tweede Wereldoorlog.

Begin in het midden met een vake snelle gorei van de agrarische producte. Zet links daarvan vier manieren waarop die groei is bereikt en rechts twee belangrijke gevolgen. Houd je teksten kort: een paar steekwoorden zijn voldoende.

1. Herinnrichting platteland – ruilverkaveling om grotere boerderijen te realiseren2. Goede infrastructuur
3. Gebruik kunstmest en chemische bestrijdingsmiddelen, melkmachines
4.    Subsidies EEG

=>
Snelle groei agrarische productie
=>
1. Veel en goedkope agrarische producten
2. Veel schade aan de natuur

339. Gebruik bron 7. Bedenk hoe het na 1968 verder is gegaan met het bedrijf van mijnheer De Roover. Noem twee mogelijkheden.

Hij heeft noodgedwongen moete stoppen, omdat hij de concurrentie niet aankan ten opzichte van grote gespecialiseerde bedrijven.

Of hij is gegroeid en heeft zich gespecialiseerd in of akkerbouw of veeteelt. Hij heeft in ieder geval geen gemengd bedrijf meer.

340. Leg uit waarom deze bron past bij het begrip verzorgingsstaat.

Deze bron past ij het begrip verzorgingsstaat omdat de overheid ervoorzorgt dat ouderen voloende geld krijgen om voor zichzelf te kunnen zorgen.

En als dit niet meer lukt kunnen ze in een verzorgingshuis gaan wonen. Waar voor ze gezorgd wordt.

341. Waarom vonden politici als Marga Klompe het na de oorlog belangrijk om de verzorgingsstaat in te voeren?

Omdat zij van mening zijn dat voor iedereen gezorgd moet worden. Ook voor mensen die dat om verschillende redenen niet goed zelf kunnen.

342. Waarom vonden politici het vanaf de jaren 70 belangrijk om te bezuinigen op sociale uitkeringen?

Zij vonden dit belangrijk omdat het teveel geld kostte en door de economische crisis er niet genoeg geld meer voor was.

343. Wat past meer bij verzuiling: een zangschool van de gemeente of een socialistische zangvereniging. Leg je antwoord uit.

. een socialistische zangvereniging.

Deze is begonnen voor mensen die socialistisch zijn of in ieder geval positief hiervover zijn. Een gemeente is politiek neutraal en is er voor iedereen. Dus niet verzuild.

345. Welke voorbeeld past het beste bij het begrip individualisering?

  a. Als jongen kiezen voor het beroep van kraamhulp.
b. Als katholiek lid worden van de Katholieke radio-omroep.
c. Als kind van rijke ouders lid worden van een chique hockeyclub. 
d. Als meisje piano leren spelen omdat het bij je ovoeding hoort.

A.

346.  Bedenk een voorbeeld van een keuze die past bij het begrip individualisering en bij het begrip ontzuiling.

Een katholieke jongen die uitkomt voor zijn homoseksualiteit en verpleger wil worden.

347. Leg uit, wat is het verschil is tussen een politieke partij en een zuil.

Een zuil is een groep mensen die tot deze zuil behoren vanwege een geloof of politieke overtuiging (socialisme).

Een politieke partij is een partij waar iedereen lid van kan worden ook als je tot een zuil behoort en er zijn ook politieke partijen die niets te maken hebben met een zuil, maar bijvoorbeeld opkomen voor het milieu. Wat helemaal los staat van de traditionele zuilen.

348. Maak de juiste combinaties tussen zuilen en politieke partijen.

A confessionelen.
B. Liberalen
C. Sociaaldemocraten

1. CDA
2. PvdA
3 VVD

A1, B3, C2

349.. Een stelling. Het ontstaan van het CDA in 1980 past bij het verdwijnen van de oude indeling in zuilen. Leg uit dat deze stelling klopt.

  Deze stelling klopt.

Er waren eerder zuilen van Katholieken, Protestanten.

Deze vielen steeds meer weg. Uiteindelijk zijn het allemaal christenen en gingen deze zuilen en hun politieke partijen samen verder in het CDA.

350. Een van de kleinere partijen in de Tweede Kamer is de partij voor de Dieren. Deze partij strijd voor alle bewoners van de planeet, mensen en dieren. Past de opkomst van deze partij bij de periode voor of na 1960. Lee je uit.

Na 1960.

Mensen willen niet meer tot een zuil behoren, maar willen het beste voor de wereld ongeacht tot welke zuil je hoort.

Dus het beste voor mensen en dieren en niet voor de mensen binnen de zuil waar je tot behoort. Het is het gevolg van de individualisering. Je eigen keuzes maken los van de zuil waar je bij hoort.

351. Gebruik Bron 5. In de 20e eeuw hadden veel confessionelen moeite met een huwelijk tussen twee mannen of twee vrouwen. Leg uit waarom het homohouwelijk in de periode van de paarse politiek wel kon worden ingevoerd.

Omdat in de paarse regering geen confessionele partijen zaten.

Paars had de meerderheid in de eerste en tweede kamer en konden daardoor het homohuwelijk doorvoeren. De confessionele partijen konden dit, als ze dit wilden, niet   tegenhouden

352. Zet de zinnen over de Nederlandse geschiedenis in de juiste tijdsvolgorde, van vroeger naar later.

a. De regering gaat bezuinigen op de verzorgingsstaat.
B. Er ontstaat een consumptiemaatschappij.
c. Homoseksuelen mogen officieel met elkaar trouwen.
d. In de provincie Groningen wordt een grote aardgasbel ontdekt.
e. Nederland begint met ruilverkavelingen op grote schaal.
f. Voor het eerst sinds 1918 is er een regering zonder confessionelen.

E, D, B, A, F, C

353. De Verzuiling bestond in Nederland al aan het eind van de 19e eeuw. In Memo heb je geleerd dat katholieken en protestanten toen tegenover liberalen en sociaaldemocraten stonden tijdens de schoolstrijd. Waar ging de schoolstrijd over.

A. Of de regering christelijke scholen evenveel geld moest geven als openbare scholen.
b. Of er behalve christelijke scholen ook islamitische scholen mochten komen.
c. Of er speciale scholen moeten komen voor arbeiderskinderen.
d. Of Meijsts aan de universiteit mochten studeren.

A

De vragen op deze pagina komen uit de samenvatting van het volgende studiemateriaal:

  • Een unieke studie- en oefentool
  • Nooit meer iets twee keer studeren
  • Haal de cijfers waar je op hoopt
  • 100% zeker alles onthouden
Onthoud sneller, leer beter. Wetenschappelijk bewezen.
Trustpilot-logo