De industriële revolutie - Nederland in 1848

17 belangrijke vragen over De industriële revolutie - Nederland in 1848

In welk jaartal reed de 1e stoomtrein tussen Haarlem en Amsterdam?

In 1839

Welke politieke veranderingen deden zich voor in Nederland rond 1850?

  • Het ontstaan van een Nederlands Koninkrijk
  • opkomst van de Liberalen
  • Het ontstaan van een grondwet in 1848

Waarom had Willem 1 toch als alleenheerser macht en was het koninkrijk niet democratisch?

  • Omdat hij ministers benoemde en ontsloeg en besliste over wetten zonder goedkeuring van het parlement.
  • En Koning Willem 1 koos de heren in de 1e kamer en ook de 2e kamer werd niet door de bevolking gekozen.
  • Hogere cijfers + sneller leren
  • Niets twee keer studeren
  • 100% zeker alles onthouden
Ontdek Study Smart

Hoe kwamen de arme mensen in Nederland aan voedsel en kleding?

Men was aangewezen op liefdadigheid.
Hulp kwam van kerken en rijke burgers.
De overheid deed niets.

Wilden kamerleden meer of minder invloed van het volk?

Minder. Zij waren net als de koning conservatief (Alles bij het ouder laten en volk geen invloed geven)

Wat heeft Koning WIllem 1 voor de economie gedaan?

Hij liet kanalen graven, wegen aanlegen en spoorlijnen en er moesten stoommachines komen. Waardoor in de 2e haelft van de 19e Nederland begn te moderniseren en de eerste fabrieken verschenen, meer stoommachines en betere infrastuctuur.

Wanneer kwam in Nederland een einde aan de revolutie en wat gebeurde er toen?

  • In 1815
  • De overwinnaars van Napoleon wilden vorsten aan de macht en nederland werd een Koninkrijk (nederland, belgie, Luxemburg) onder Willem 1.
  • In 1830 scheidde Belgie zich van Nederland (door opstand)

Wat was belangrijk in de nederlandse economie in de eerste helft van de 19e eeuw?

Landbouw, handel en andere niet industriële sectoren. Er was diepe armoede.

Wie vonden dat Nederland democratisch moest worden?

En groep burgers die zich door opleiding en bezit beter voelden dan de lagere klassen: liberalen

De leer van Econoom Adam Smith was de basis van het kapitalisme. Wat hield dat in?

  • Hij vond dat industrie en handel alleen kon groeien als er weinig regels zijn. Regels over prijzen, lonen en werktijden hinderen economie
  • Regering mag zich daar niet mee bemoeien en mag alleen veiligheid verzorgen. Leger en politie moeten orde handhaven en bezit van burgers beschermen.   

Waarom gaf Koning Willem 2 opdracht aan Thorbecke om grondwet te wijzigen?


Hij was bang voor opstand zoals gebeurde in 1848 in Frankrijk met de revolutie. En voor straatgeweld en radicale hervormingen. 
Hij was wel voor modernisering maar niet teveel.  Dus als hij zelf opdracht gaf tot wijziging van de grondwet dan had hij daar nog een beetje invloed op.

Wat hield de nieuwe grondwet van Thorbecke in?

Koning bleef op de troon maar raakte macht kwijt:
  • Wetten of uitgaven moesten door parlement goedgekeurd worden.
  • Ministers gingen voortaan besturen en waren daarom verantwoordelijk voor hun beleid.
  • Niet de koning maar 1e en 2e kamer bekeken of ministers hun werk goed deden.

Verder:
Ministers die ernstige fouten maakten konden door de kamers worden ontslagen.   

Elke 4 jaar verkiezingen voor de 2e kamer om leden te kiezen.

Was de grondwet van 1848 een goed voorbeeld voor democratie?

Nee, alleen een kleine groep rijke mannen kreeg stemrecht (censuskiesrecht)

Wie is Karl Marx?

HIj schreeft het boek: das Kapital. Hij vond dat vrije economie zoals Adam Smith dat wilde, goed was voor ondernemers maar niet voor arme fabriekarbeiders.
Hij wilde een revolutie zodat het kapitaal en winsten eerlijk werden verdeeld.

In 1805 mocht een klein deel van de manneljike bevolking stemmen. Hoe laat duurde het voordat manen en vrouwen allemaal kiesrecht kregen?

Ruim zeventig jaar nadat mensen eind vd 19e eeuw, de straat op gingen om kiesrecht te eisen.

Hoe werd Nederland in de tweede helft van de 19e eeuw een industriële samenleving?

1. Paarden en windmolens werden vervangen door stoommachines. 2. Ook ontstonden er nieuwe fabrieken (textiel en voedingsmiddelen).
3. Steden begonnen te groeien.
4. Rond 1890 kwam de zware industrie op gang: machine- en scheepsbouw.
5. Dankzij grote havens kon men overal grondstoffen vandaan halen. Er werden grote kanalen aangelegd en een spoorwegnet. Zodat producten gemakkelijker konden geëxporteerd.
6. Eind 19e eeuw gingen de steenkoolmijnen in Zuid-Limburg open.

Waarom was Nederland in de 19e eeuw een klassenmaatschappij met veel ongelijkheid?

In de fabrieken waren de lonen laag en de arbeidsomstandigheden slecht. De armste mensen, zieken en werklozen, waren aangewezen op liefdadigheid. Die hulp kwam van kerken en een deel van de rijke burgerij.

De vragen op deze pagina komen uit de samenvatting van het volgende studiemateriaal:

  • Een unieke studie- en oefentool
  • Nooit meer iets twee keer studeren
  • Haal de cijfers waar je op hoopt
  • 100% zeker alles onthouden
Onthoud sneller, leer beter. Wetenschappelijk bewezen.
Trustpilot-logo