Staatsinrichting (aantekeningen)
10 belangrijke vragen over Staatsinrichting (aantekeningen)
Wie had voor 1815 alle macht?
Wie wees de leden van de 2e kamer aan?
Wat is het gevolg van de revolutie in de omliggende landen voor Nederland?
- Hogere cijfers + sneller leren
- Niets twee keer studeren
- 100% zeker alles onthouden
Wat staat er in de grondwet van 1848 (so vr.)
2. Ministeriële verantwoordelijkheid.
3. Koning is onschendbaar.
4. Censuskiesrecht: Kiezen als je rijk was en veel belasting betaalde.
Wat waren de gevolgen in 1848 door de nieuwe grondwet?
2. Burgers kiezen parlement.
3. Elke 4 jaar rechtstreekse verkiezingen voor de 2e kamer.
4. Burgers kiezen ook Provinciale-Staten
Welke 3 politieke stromingen zijn er in de 19e eeuw?
2. Socialisten (sociaal-democraten, communisten)
3. confessionelen (prot. kat.)
Wie is de leider van de soc. dem. bond?
Wie is de leider van de A.R?
Wat is het nadeel van kiesdistricten?
Welke bevoegdheden heeft de 2e kamer?
2. recht van encuete = onderzoek instellen.
3. budgetrecht = uitgaven controleren.
De vragen op deze pagina komen uit de samenvatting van het volgende studiemateriaal:
- Een unieke studie- en oefentool
- Nooit meer iets twee keer studeren
- Haal de cijfers waar je op hoopt
- 100% zeker alles onthouden