Begrijpen van spiergroei & kracht

6 belangrijke vragen over Begrijpen van spiergroei & kracht

Welke 2 factoren bepaald hoeveel kracht een spier kan produceren?

1. Hoeveel spiervezels er worden gerekruteerd
2. Hoe vaak de spiervezels worden geactiveerd door hun motor neuron (bekend als rate coding of zendingsfrequentie van de motor unit)

Wat is de Henneman's size principe?

Motor units worden op ordelijke manier gerekruteerd van klein tot groot.
Motor units met een hogere drempel worden alleen gerekruteerd wanneer de motor units met lage drempel niet genoeg kracht kunnen produceren of wanneer deze vermoeid raken. Maw als het moeilijk wordt komen de zwaargewichten op gang.

Waar hangt totale spieractivatie vanaf?

- het aantal gerekruteerde motor units en hun zendingsfrequentie
  • Hogere cijfers + sneller leren
  • Niets twee keer studeren
  • 100% zeker alles onthouden
Ontdek Study Smart

Kan sarcoplasmatische hypertrofie toenemen op lange termijn?

- Ja, inspanning verhoogt de glycogeenopslagcapaciteit, voornamlijke door aerobe sport, maar in mindere mate ook door krachttraining.
- Sarcoplasmatische hypertrofie komt waarschijnlijk wel voor wanneer spieren veel in volume toenemen, maar de bijdrage aan spiergroei is klein ten opzichte van myofibrillaire hypertrofie. Daarnaast is het onduidelijk of en hoe je dit kun nastreven met je training.

Waarom spieren groeien - omschrijf het GAS framework

- General Adaptation Syndrome
1. Bij blootstelling aan stressoren is er een alarmfase - gekaraktiriseerd door cortisolafgifte en staat van hoge opwinding
2. Weerstandfase -  gekaraktiriseerd door anti-katabole en anabole processen, om weerstand te bieden
3. Deze aanpassing is specifiek om de weerstand tegen de opgelegde stress te versterken --> Specific Adaptations to Imposed Demands/SAID (leerdoel) 

Het vermogen om kracht te produceren  in een bepaalde beweging heeft een morfologisch en neurologisch component.
Omschrijf het morfologisch componenten.

Morfologisch --> vorm van de spier
1. Spieromvang - grotere spier kan meer kracht genereren
2. Interne momentarm - dit is een lineaire krachtvermenigvuldiger van de spierkrachtproductie - gunstige peesaanhechting - kan je meer tillen
3. Pennatiehoek - bepaalt hoe goed de hefboonwerking van de spiervezels op de pees is - hoe groter de pennatiehoek hoe minder krachtproductie van de spiervezels naar de pees gaat
4. Laterale krachtoverdracht - extracellulaire matrix (vezelig bindweefsel dat de spieren, spierfascicula en spiervezels samenpakt) wordt groter naarmate je sterker wordt, wat ervoor zorgt dat krachten beter worden overgebracht van je spiervezels naar je pezen, waardoor extra krachtproductie toeneemt.
5. Peesstijfheid - stijvere pezen brengen kracht effectiever over van de spier naar het bot en maken je dus sterker

De vragen op deze pagina komen uit de samenvatting van het volgende studiemateriaal:

  • Een unieke studie- en oefentool
  • Nooit meer iets twee keer studeren
  • Haal de cijfers waar je op hoopt
  • 100% zeker alles onthouden
Onthoud sneller, leer beter. Wetenschappelijk bewezen.
Trustpilot-logo