2020, 1e kans

6 belangrijke vragen over 2020, 1e kans

Welke van onderstaande stellingen zijn juist
1. Bij etiologisch onderzoek gaat over het voorspellen van ziekte, waardoor er geen rekening gehouden hoeft te worden met confounders
2.Multi-causaliteit speelt een belangrijke rol bij etiologisch onderzoek

A. Hypothese 1 en 2 zijn juist
B. Hypothese 1 is juist, hypothese 2 is onjuist
C. Hypothese 1 is onjuist, hypothese 2 is juist
D. Hypothese 1 en 2 zijn onjuist

C.
Etiologisch onderzoek gaat niet over voorspellen maar over causale verbanden aantonen. Juist dan moet je rekening houden met confounders. Multi-causaliteit (i.e. meerdere determinanten die ziekte kunnen veroorzaken) dient dan ook rekening mee te worden gehouden, zodat het effect van de determinant van interesse kan worden blootgelegd

Leg uit wat het verschil is tussen cumulatieve incidentie en incidentiedichtheid.

Cumulatieve incidentie: is getal tussen 0 en 1 of percentage. Wordt gemeten ten opzichte van aantal leden van cohort

Incidentiedichtheid: wordt gemeten aan de hand van persoonsjaren; dit wordt niet uitgedrukt ten opzichte van aantal leden in het cohort maar ten opzichte van het aantal gemeten persoonsjaren dat is geobserveerd.

Voor welk type missende data (i.e. MCAR, MAR of MNAR) is corrigeren het moeilijkst? Leg kort uit waarom dat zo is.

Het meest moeilijk voor MNAR.
Je hebt geen andere variabelen waarmee je de missende waarde accuraat kunt imputeren. Corrigeren voor MNAR missende waarden vereist dus additionele aannames.
  • Hogere cijfers + sneller leren
  • Niets twee keer studeren
  • 100% zeker alles onthouden
Ontdek Study Smart

Wanneer je intention-to-treat analyses uitvoert hoef je geen methode toe te passen om om te gaan met missende data (zoals imputatie).
A Juist
B Onjuist

B.
Zowel bij intention-to-treat als bij per-protocol analyse kun je missende waarden krijgen, en zul je daar dus rekening mee moeten houden bij je analyse

Interne validiteit is vaak groot bij experimenteel onderzoek. Wat bedoelen we met interne validiteit?

Bij interne validiteit weinig kans op een incorrect (=niet valide) resultaat door minimale:
- selectiebias
- informatiebias
- confounding

Noem twee belangrijke klinimetrische eigenschappen waarop moet worden gelet bij de keuze van de vragenlijst? Geef een definitie van elk van deze eigenschappen

- De interne consistentie van de vragenlijst (Cronbach’s alpha). Waarom: om te kijken of het dezelfde dimensie meet.
- Responsiviteit. Waarom: het kunnen meten van klinische relevante veranderingen
- (Reproduceerbaarheid) Waarom: bij meerdere keren meten hetzelfde resultaat
- (Interpreteerbaarheid) Waarom: zijn scores goed te interpreteren, bijvoorbeeld geen plafond- of bodemeffect
- (Haalbaarheid): is het haalbaar in kosten en tijd

De vragen op deze pagina komen uit de samenvatting van het volgende studiemateriaal:

  • Een unieke studie- en oefentool
  • Nooit meer iets twee keer studeren
  • Haal de cijfers waar je op hoopt
  • 100% zeker alles onthouden
Onthoud sneller, leer beter. Wetenschappelijk bewezen.
Trustpilot-logo