Plaque, tst, gingivitis en caries - pl, tst, g, c

13 belangrijke vragen over Plaque, tst, gingivitis en caries - pl, tst, g, c

Wat zijn traditionele aandachtspunten in de tandheelkunde?

1. Caries
2. Parodontale problemen
3. Gebitsslijtage
4. Tandeloosheid

Wat zijn plaque gerelateerde mondaandoeningen?

Caries- gingivitis en parodontitis

Wat is het proces van tandsteen?

Baseproductie --> mineralisatie --> tandsteen
  • Hogere cijfers + sneller leren
  • Niets twee keer studeren
  • 100% zeker alles onthouden
Ontdek Study Smart

Twee soorten plaque indicaties zijn:

1. Silness-Loe Index (1964)
Meet de dikte (hoeveelheid) plaque

2. Plaque control record: O'Leary T, Drake R, Naylor, 1972
Meet de aan- of afwezigheid van supragingivaal tandplaque langs de gingivarand.
Je meet dit per aanwezig gebitselement op M, D, B, L (6vlakken)
Doel: meet aanwezigheid of afwezigheid supragingivale plaque

Wat is de rol van speeksel in de plaque vorming?

Speeksel zorgt voor continue toevoer aan voeding die bacteriën nodig hebben om zich te ontwikkelen.

Speekselklieren scheiden glycoproteinen uit die zich hechten op het tandoppervlakte en ervoor zorgen dat m-o zich kunnen binden waardoor op den duur een biofilm/plaque ontsaat

Wat is epitheliale desquamatie

Afschilfering van de epitheelcellen, ook wel 'turnover' genoemd.


De orale mucose heeft een snelle turnover. Gevolg:
- bacteriën zich slechts voor korte periode kunnen bevestigen op de ginigva.

- tongrug heeft een trage turnover, waardoor er daar meer plaque aanwezig is

De basis samen stelling van plaque:

Plaque bestaat 70% uit bacteriën en overige 30% tussenstof: - bacteriële productie - speekseleiwitten - uit voedsel opgeloste stoffen (suikers) - resten epitheelcellen/granulocyten

Beschrijf de eerste stap in ontstaan en vorming van plaque

- neerslaan van oekkumjek (glycoproteinen)

Wat is het begrip pellikel:

Speekseleiwitten (glycoproteinen) die op het tandoppervlakte neerslag op zowel de harde als zachte strekten in de mond en een dunnen laag (beschermlaag) vormen.
Deze laag beschermt onderliggen weefsel tegen inwerkingen van agressieve stoffen vanuit voeding en tegen de kolonisatie en invasie van m-o

De fases die horen bij definitieve vorming van plaque:

1. Hechting glycoproteinen uit speeksel --> plakkerige eigenschap

2. Rijping van 'Acquired Pellikel' laag --> hechting aan glazuur

3. Hechting bacteriën aan de pellicle

4. Vermeerdering bacteriën in de plaque en hechting bacteriën onderling --> binnen 24u biofilm

Prolinerijke eiwitten (PRP's) en statherine zijn niet in staat zich

Te binden aan micro-organismen wanneer deze in het speeksel aanwezig zijn. Dit komt door de ontvouwing in driedimensionale structuur
---> aanhechting van o.a. A naeslundii, A viscosus, S Sangius.

Na enkele uren binden hoogmoleculaire eiwitten en zijn er nieuwe aanhechtingsplaatsen voor micro-organismen en hecht o.a.o S. Mutans zich aan.

De mond als open groeisysteem

- continue aan- en afvoer van bacteriën en nutrienten
- ideale groeicondities voor bacteriën (vochtig, warm en continue voeding via speeksel en creviculaire vloeistof)

  • kan de term epitheliale desquamatie beschrijven;


Het betekend een afschilfering van de epitheelcellen, ook wel ‘turnover’ genoemd.
De orale mucosa heeft een snelle turnover. Het gevolg is dat bacteriën zich slechts voor korte periode kunnen bevestigen op de gingiva. De tongrug daarentegen heeft een veel tragere turnover waardoor er daar meer plaque aanwezig is

De vragen op deze pagina komen uit de samenvatting van het volgende studiemateriaal:

  • Een unieke studie- en oefentool
  • Nooit meer iets twee keer studeren
  • Haal de cijfers waar je op hoopt
  • 100% zeker alles onthouden
Onthoud sneller, leer beter. Wetenschappelijk bewezen.
Trustpilot-logo