Wat is competitie? - De vijf krachten: concurreren om winst
61 belangrijke vragen over Wat is competitie? - De vijf krachten: concurreren om winst
Doel van het 5K model
- Op basis van de externe analyse een oordeel te geven over de structurele aantrekkelijkheid van een bedrijfstak
- een prognose te maken over de aantrekkelijkheid in de toekomst
- na te gaan wat het effect van handelingen/besluiten van het eigen bedrijf kunnen zijn op de aantrekkelijkheid van de bedrijfstak
- conclusies te trekken over concurrentie intensiteit. ( let op; model mag niet worden toegepast voor analyse van de concurrenten, wel voor conclusies uit de analyse)
De sterkte van de verschillende krachten hebben effect op de prijzen, kosten en investeringen om te concurreren en daarmee bepalend voor de winstgevendheid van de bedrijfstak
Wat is het principe van vijf krachten model?
Hoe verhoudt de swot zich t.o. het 5-krachtenmodel?
- Hogere cijfers + sneller leren
- Niets twee keer studeren
- 100% zeker alles onthouden
Wat zijn de vijf krachten?*
-De onderhandelingsmacht van afnemers > prijs -
-De onderhandelingsmacht van leveranciers > kosten +
-De dreiging van substituten > prijs -
-De dreiging van nieuwe toetreders > prijs -
Welke vijf krachten bepalen de structuur van de bedrijfstak?
2- onderhandelingskracht vd afnemers ( klanten vd bedrijfstak)
3- onderhandelingskracht vd leveranciers
4- de dreiging van substituten
5- de dreiging van nieuwe toetreders
Wat is de grootste misvatting met betrekking tot het vijf krachten model?
Conclusies op basis van de 5K
- hoe hoger /groter de krachten - hoe lager de winstgevendheid en aantrekkelijkheid van de bedrijfstak
- het gaat bepaald niet om een momentopname maar om het waarnemen van de tendens
the point is not to declare the industry attractive or unattractive but to understand the underpinnings of competition and the root causes profitability
Waar draait competitie om en wat is de grootste misvatting m.b.t. competitie?
Wat bepaalt de macht van leveranciers en afnemers?
2. de mate waarin de bedr. tak nood heeft aan hen
3. de hoogte van overstapkosten naar een ander of het gemak van inruilbaarheid van leverancier of afnemer
4. de mate van de geboden differentiatie in service of dienst. Gebrek aan differentiatie maakt het product gelijk aan die van de concurrentie
5. de geloofwaardigheid van kunnen dreigen met verticale integratie. (cf. verpakkingsprijzen van producenten van fris en bierdranken)
(pp51-52)
3 misvattingen over het verband tussen de structuur en de winstgevendheid van de bedrijfstak
2. De structuur van de bedrijfstak bepaalt winstgevendheid. En niet of deze veel of weinig groeit of wel/niet hightech is of gereguleerd is.
3. De structuur van een bedrijfstak is taai. Ondanks nieuwe technologien. Structurele veranderingen-en daarmee veranderingen in de gemiddelde winstgevendheid van een bedrijfstak - nemen meestal veel tijd in beslag.
Waar is het vijf krachten model NIET voor bedoeld?
Het model is bedoeld om de krachten in kaart te brengen die ervoor zorgen dat de winstgevendheid van een bedrijfstak hoog of laag is. Het zoekt een verklaring voor huidige en toekomstige winstgevendheid.
Wat bepaalt de macht van substituten?
Waar gaat het kader van de 5 krachten over?
Welke misvattingen over structuur en winstgevendheid stelt porter aan de kaak?
2- de structuur bepaald winstgevendheid - niet groei vd tak of hightech of regulering wel of niet of product/dienst
3- structuur vd bedrijfstak, voorbij beginfase, blijft lange tijd stabiel
Structurele veranderingen met effect op gemid winstgevendheid
neemt lange tijd in beslag
Waarom is de SWOT volgens Porter een zwakkere tool dan het vijf-krachten model?
Verandert de structuur van de bedrijfstak snel?
Wat verklaart het vijf krachten model?
Wat bepaalt de hoogte v/d rivaliteit onder bestaande concurrenten?
1. hoeveelheid concurrenten of dezelfde omvang en macht
2. trage groei: dit lokt gevechten om marktaandeel uit
3. hoge uittredingsbarrieres: overcapaciteit is meestal nadelig voor de winstgevendheid v/e bedr. tak
4. irrationeel vasthouden a/d bedr. activiteit (als financiële prestaties niet het voornaamste doel zijn)
(p57)
Wat zijn andere belangrijke factoren die een rol kunnen spelen?
1)Regulering door de overheid (voorbeeld Techneco BRL certificering)
2)Technologie
Bijv. internet maakt zoeken op prijs gemakkelijker > lagere winstgevendheid bedrijfstak > structuur veranderd > technologie zorgt dat macht van afnemers groeit.
3)Bedrijfstak die snel groeit (niet perse aantrekkelijk, veel gemaakte foute aanname.
Bijv. lage toetredingsbarrieres, zorgt voor hoop nieuwe rivalen.
4)Complementen (producten/diensten die in combinatie met huidige product/dienst worden gebruikt.
Bijv. computer hardware en software
!! Deze factoren hebben invloed op winstgevendheid via de impact op vijf krachten.
Wanneer zijn afnemers (klanten) meer prijsgevoelig?
- relatief duur is vergeleken met hun andere kosten of hun inkomsten
- niet zoveel gevolgen heeft voor hun eigen prestaties
Wat is belangrijkste factor voor de winstgevendheid van de bedrijfstak?
Welke factoren zijn belangrijk maar niet structureel bij het bepalen van de aantrekkelijkheid van de bedr. tak?
Wat voor invloed heeft de macht van afnemers?
Voorbeeld: Cement industrie. In VS veel grote bouwbedrijven flink % van de omzet voor hun rekening. Met de invloed onderhandelen ze voor lagere prijs. In Mexico andersom. Veel kleine afnemers, enkele grote producenten.
Wanneer is de rivaliteit intens?
2. Trage groei in de bedrijfstak
3. Hoge uitgangsbarrieres
4. Irrationele vasthoudendheid aan bedrijfsactiviteiten
Verandert de structuur van bedrijfstak snel?
Wat is het doel van het vijf krachten model?
- Op basis van de externe analyse, een oordeel geven over de structurele aantrekkelijkheid van de bedrijfstak -> Rentabiliteit is een gevolg
- Prognose maken over aantrekkelijkheid in toekomst
- Na te gaan wat effect van handelingen/besluiten van eigen bedrijf zijn op aantrekkelijkheid van bedrijfstak (bijvoorbeeld: 'gratis internet')
- Conclusies te trekken over concurrentie intensiteit (let op: model mag niet worden toegepast voor analyse van concurrentie, wel voor de conclusies uit de analyse)
Kritiek op het model:
- Beschrijvend, niet kwantitatief.
- Niet geschikt om bedrijfstak te bepalen. Hiervoor is Abell meer geschikt.
Wat is nadeel van SWOT voor verkrijgen inzicht in structuur bedrijfstak?
Wanneer is de macht van afnemers aanwezig?
- ongedifferentieerde / gestandaardiseerde producten
- als de kosten voor product in verhouding groot deel uit maken van de kosten/inkomsten afnemer
- de afnemer weinig voordeel haalt uit de koop of onder druk staat
Waarom is SWOT een zwakke tool om bedrijf tegen omgeving af te zetten?
Welke verschillende soorten toetredingsbarrières zijn er?
- Hoe hoog zijn de overstapkosten. Indien hoog dan ook hogere toetredingsbarrières
- Neemt de waarde voor de klant toe als meer klanten een product van een bedrijf gebruiken?
- Wat is de toegangsprijs voor een bedrijf dat de bedrijfstak betreedt? Hoe groot zijn de kapitaalinvesteringen?
- Hebben de gevestigde bedrijven, ongeacht hun omvang, voordelen waar nieuwe toetreders geen toegang toe hebben?
- Beperkt het regeringsbeleid nieuwe toetreders of houdt het ze tegen?
- Wat voor soort tegenwerking kan een potentiële toetreder verwachten van de bestaande aanbieders in de bedrijfstak?
Wat is de rol van kanalen bij de macht van afnemers?
Vb. grote retailer Home Depot die enorme druk op fabrikant DHZ-producten legt.
Welke rol spelen de kanalen waarlangs het product geleverd wordt naar de eindgebruiker?
Bijvoorbeeld: grote macht van investeringsadviseurs > eindgebruikers leunen op advies, waardoor hoge marge. Of retailers als Home Depot/Lowe's die grote macht hebben richting fabrikanten.
Hoe stel je vast hoe intens de rivaliteit is?
- een trage groei gevechten om marktaandeel uitlokt
- hoge uittredingsbarrières bedrijven ervan weerhouden om de bedrijfstak te verlaten
- rivalen irrationeel vasthouden aan hun bedrijfsactiviteiten. D.w.z. als fianciele prestaties niet het voornaamste doel zijn (bijv. overheidssteun).
Welke macht oefenen leveranciers uit?
Wanneer treedt prijsconcurrentie het vaakst op?
- rivalen hoge vaste kosten en lage marginale kosten hebben
- capaciteit in grote hoeveelheden moet worden toegevoegd
- het product beperkt houdbaar is
Wanneer is een toeleverancier machtig?*
- De bedrijfstak hen meer nodig heeft dan zij de bedrijfstak
Bijv. china als producent schaars aardmetaal waar Toyota afhankelijk van is). Of gazelle: fietsenwinkel zonder Gazelle is geen serieuze zaak.
- De overstapkosten in zijn voordeel werkt (Gebeurt wanneer bedrijfstak aan hem gebonden is. Bijv. PC markt aan Microsoft)
- Hun producten gedifferentieerd zijn
- Ze geloofwaardig kunnen dreigen met verticale integratie (zelf produceren)
- Geen substituten zijn
Als er 3 of meer aspecten aanwezig zijn, is er sprake van macht.
Wat beinvloedt macht leveranciers?
Wat is de invloed van substituten?*
Wanneer is er dreiging van substituten?*
- De overstapkosten laag zijn
- bereidheid van kopers om over te stappen
Noem de meest voorkomende stappen in de analyse van een bedrijfstak
2. Stel vast wie de spelers zijn die elk van de krachten vertegenwoordigen en verdeel hen, waar dat van toepassing is, in segmenten
3. Stel vast wat de onderliggende aandrijvers van elke kracht zijn.
4. Doe een stap terug en stel vast wat de overkoepelende structuur van de bedrijfstak is.
5. Analyseer de recente en waarschijnlijke toekomstige veranderingen voor elke kracht
6. Hoe kun je jezelf positioneren t.o.v. de 5 krachten?
Waarom komen substituten vaak onverwachts?
Waarom moet je extra alert zijn om substituten?*
Voorbeeld:
1) Redcoin > verkoop Dvd's
2) Whatsapp - SMS
3 HSL Madrid - Barcelona substituut voor vliegen (bewijs dat subsituur niet altijd goedkoper hoef te zijn. Kan ook hogere waarde zijn)
Is de structuur van de bedrijfstak statisch?
Wanneer hebben afnemers en leveranciers veel macht?
(Voor allebei kan je zelfde soort vragen stellen)
- als ze groot en geconcentreerd zijn rond een gefragmenteerde bedrijfstak;
- de bedrijfstak hen meer nodig heeft dan zij de bedrijfstak (en er weinig alternatieven zijn of schaars zijn;
- de overstapkosten in hun voordeel werken. Hoge overstapkosten zijn gunstig voor de leveranciers; lage overstapkosten zijn gunstig voor de afnemers.
- differentiatie in hun voordeel werkt. Weinig differentiatie in de producten is gunstig voor de afnemers; een goed gedifferentieerd aanbod is gunstig voor de leveranciers.
- als ze geloofwaardig kunnen dreigen met verticale integratie (voorwaarts vor de leveranciers; achterwaarts voor de afnemers): zelf het product van de bedrijfstak maken.
Hoe stel je dreiging van substituten vast?
Welke invloed heeft de dreiging van nieuwe toetreders?
- gevestigde bedrijven moeten meer investeren om het klanten naar hun zin te maken. (dit element verhoogt de barrière voor toetreding)
Hoe stel je de dreiging van substituut vast?
Andere factoren die naast 5-krachten van belang kunnen zijn (niet structureel)?
- Regulering door de overheid.
- Technologie (bijv. meer prijstransparantie door internet)
- Snel groeiende bedrijfstak is niet zonder meer aantrekkelijk. Bepaalde krachten kunnen boventoon voeren.
- Complementen: producten of diensten die in combinatie met producten in de bedrijfstak worden aangeboden. Complementen kunnen vraag product bedrijfstak beinvloeden (elektr.auto en oplaadpalen).
Hoe stel je dreiging van nieuwe toetreders vast?
2. Hoe groot zijn overstapkosten voor klanten?
3. Neemt waarde bedrijf voor klant toe als meerdere klanten dit product gebruiken (netwerkeffect)?
4. Benodigde kapitaalinvesteringen en wie wil en kan ze doen?
5. Hebben gevestigde bedrijven voordelen waar nieuwe toetreders geen toegang toe hebben (gedeponeerde handelsmerken, goede locaties, toegang tot distributiekanalen, gevestigde merken).
6. Stimuleert of beperkt regeringsbeleid toetreding?
7. Tegenwerking nieuwe toetreder vanuit bedrijfstak?
Wat is het effect van onderlinge rivaliteit?
-Rivaliteit kan zicht uiten in prijzenconcurrentie, reclame, nieuwe producten introduceren en meer service voor klanten.
!!Wanneer concurrentie zich alleen nog op prijs richt is dit destructief voor winstgevendheid.
Hoe stel je mate van rivaliteit onder concurrenten vast?
2. Trage groei > gevecht om marktaandeel.
3. Hoge uitgangsbarrieres.
4. Irrationeel vasthouden aan bedrijfsactiviteiten (geen focus op fin. prestaties).
Wanneer is kans op pure prijsconcurrentie het grootst?
- afnemers lage overstapkosten hebben
- hoge vaste kosten hebben (druk op prijs, omdat elke klant bijdraagt aan dekking van overhead) Bijv. luchtvaartmaatschappij.
- product vergankelijk is (korte plc's). Bijv. camera's > binnen jaar prijserosie, vliegtuigstoel, hotelkamer etc.
Wat is schadelijkst vorm van rivaliteit?
Wat is een goed voorbeeld van een bedrijf die in een prijsgevoelige branche zit, maar toch winstgevenheid is door een goede strategie?
(Positioneren daar waar de krachten het zwakste zijn)
Waarom zijn er maar vijf krachten?
Hoe bepaal je de omvang van bedreiging van nieuwkomers?
-overstapkosten - vb overstappen naar apple
-netwerkeffect - waarde toename als meerklanten product van bedrijf gebruiken vb Facebook of reputatie /stabiliteit suggereert
- toegangsprijs - kapitaalinvesteringen vb. Farma i versterkingen r&d en marketing
-voordelen waar nieuwe toetreders geen toegang hebben
Vb. Gedeponeerde handelsmerken, locatie en distr kanalen
-regeringsbeleid tov nieuwe toetreders
Richtlijnen, patenten,subsidies etc
-tegenwerking om markt aandeel te behouden
Wat zijn de meest voorkomende stappen in analyse van een bedrijfstak?
2. Wie zijn de spelers in vijf krachten en verdeel in segmenten.
3. Wie zijn sterk en wie zijn zwak?
4. Wat zijn de belangrijkste krachten?
5. Recente en waarschijnlijke toekomstige ontwikkelingen?
6. Ideale positie: waar krachten het zwakst zijn, veranderingen uitbuiten of structuur naar jouw voorkeur ombuigen?
Hoe stel je de intensiteit van rivaliteit vast?
-trage groei gevechten om marktaandeel uitlokt
-hoge exit barrières
-rivalen irrationeel vasthouden activiteiten vb. Staatsonderneming nationale trots of reputatie vereist volledige productlijn
Wat beïnvloedt de macht afnemers?
2. Prijsgevoeligheid.
Welke vier niet structurele factoren kunnen belangrijk zijn?
- technologie vb transparantie prijzen online
- groei is geen garantie voor winstgevendheid
- complementen - zesde kracht zoals combi met bijv hardware en software, opladen auto's,
Hoe drukt dreiging nieuwe toetreders de winstgevendheid in twee opzichten?
- Hogere prijzen in bedrijfstak zouden toegang voor nieuwe toetreders alleen maar aantrekkelijker maken
- Gevestigde bedrijven moeten meestal meer geld uitgeven om het hun klanten naar de zin te maken
De vragen op deze pagina komen uit de samenvatting van het volgende studiemateriaal:
- Een unieke studie- en oefentool
- Nooit meer iets twee keer studeren
- Haal de cijfers waar je op hoopt
- 100% zeker alles onthouden