Introductie Microbiologie en Algemene bacteriologie

19 belangrijke vragen over Introductie Microbiologie en Algemene bacteriologie

Wat zijn de toegangsroutes voor m.o.?

- blootliggende dentine door cariës of fractuur
   - m.o. Dringen pulpa binnen door dentine tubuli
- blootliggende tandpulpa door cariës of fractuur
- diepe parodontale pockets
- anachoresis
   - m.o. Komen door de bloedbaan via de apex de pulpa binnen: niet bewezen

Wat zijn de toegangsroutes voor m.o.?

- blootliggende dentine door cariës of fractuur
   - m.o. Dringen pulpa binnen door dentine tubuli
- blootliggende tandpulpa door cariës of fractuur
- diepe parodontale pockets
- anachoresis
   - m.o. Komen door de bloedbaan via de apex de pulpa binnen: niet bewezen

Hoe kunnen bacteriën het pulpakanaal binnendringen bij blootliggend dentine?

Dentine tubulli vormen toegangsroute voor m-o's. Bijvoorbeeld bij cariës of fractuur.
  • Hogere cijfers + sneller leren
  • Niets twee keer studeren
  • 100% zeker alles onthouden
Ontdek Study Smart

Wat is de infectie bij een irreversibele pulpitis?

- de ontstoken pulpa kan steriel zijn indien er geen verbinding met de mondholte is, echter is er in 99% van de gevallen een verbinding met de mondholte (door tubuli, slijtage etc.), en eenmaal geïnfecteerd zal pulpaweefsel eerder tot irreversibele pulpitis en daarmee tot pulpanecrose leiden waardoor er geen afweer tegen de m.o. Meer is.
   - pulpanecrose -> het necrotisch pulpaweefsel gaat over tot ontbinding door de m.o. De bacteriële producten veroorzaken een reactie aan de peri-apicale weefsels en leiden tot parodontitis apicalis
      - parodontitis apicalis -> is een ontstekingsreactie van het Peri-apicale weefsel op een polymicrobiele infectie van de necrotische en/of van de wortelkanaalwanden; mono-infectie van wortelkanaal bestaat niet.

Wat is de infectie bij een irreversibele pulpitis?

- de ontstoken pulpa kan steriel zijn indien er geen verbinding met de mondholte is, echter is er in 99% van de gevallen een verbinding met de mondholte (door tubuli, slijtage etc.), en eenmaal geïnfecteerd zal pulpaweefsel eerder tot irreversibele pulpitis en daarmee tot pulpanecrose leiden waardoor er geen afweer tegen de m.o. Meer is.
   - pulpanecrose -> het necrotisch pulpaweefsel gaat over tot ontbinding door de m.o. De bacteriële producten veroorzaken een reactie aan de peri-apicale weefsels en leiden tot parodontitis apicalis
      - parodontitis apicalis -> is een ontstekingsreactie van het Peri-apicale weefsel op een polymicrobiele infectie van de necrotische en/of van de wortelkanaalwanden; mono-infectie van wortelkanaal bestaat niet.

Wat is reversibele pulpitis?

Als de oorzaak verwijdert kan worden kan de pulp zich herstellen.

Hoe ontstaat een irreversibele pulpitis?

- als er bacteriën bij betrokken zijn kan het zijn dat de pulpitis snel van reversibel naar irreversibel gaat
- geen bacteriën maar pulpa ontstoken: door boren (= soort trauma). Trauma kan pulpa zodanig beschadigen dat pulp ontsteekt als reactie.

Wat is de samenstelling van microbiota m.b.t. Locatie in het wortelkanaalstelsel?

- in het coronale deel zijn er meer zuurstof en koolhydraten
- in het apicale deel zijn er relatief meer peptiden/aminozuren en minder zuurstof
- het gevolg hiervan:
   - coronale zijde facultatief anaerobe bacteriën die koolhydraten nemen
   - apicale zijde strikt anaerobe bacteriën die peptides en aminozuren fermenteren.
- onderzoek: elementen met parodontitis apicalis na extraatje met freezfracture behandeld, ze worden ingevroren en verpulvert. De bacteriën in het apicale gedeelte: veel lactobacillen aanwezig, deze zijn facultatief anaeroob.
- de microbiota van het apicale deel is meer divers in vergelijking tot het coronale deel, omdat de omgeving hier gunstiger is voor de m-o's.

Wat is de samenstelling van microbiota m.b.t. Locatie in het wortelkanaalstelsel?

- in het coronale deel zijn er meer zuurstof en koolhydraten
- in het apicale deel zijn er relatief meer peptiden/aminozuren en minder zuurstof
- het gevolg hiervan:
   - coronale zijde facultatief anaerobe bacteriën die koolhydraten nemen
   - apicale zijde strikt anaerobe bacteriën die peptides en aminozuren fermenteren.
- onderzoek: elementen met parodontitis apicalis na extraatje met freezfracture behandeld, ze worden ingevroren en verpulvert. De bacteriën in het apicale gedeelte: veel lactobacillen aanwezig, deze zijn facultatief anaeroob.
- de microbiota van het apicale deel is meer divers in vergelijking tot het coronale deel, omdat de omgeving hier gunstiger is voor de m-o's.

Wat is het verschil tussen microbiotica in het apicale deel en in het coronale deel van het wortelkanaalstelsel?

Microbiotica van het apicale deel van het wortelkanaalstelsel is meer divers in vergelijking tot het coronale deel. Omdat: omgeving is zodanig dat niet alle soorten kunnen overleven coronaal en dus de reden dat de bacteriën een voedingsrijke omgeving achterlaten (zoals mond) en het wortelkanaal binnenkomen is de bescherming en de omgeving.
Plaats in wortel kanaal = een virulentiefactor

Wat zijn de microbiële virulentiefactoren en microbiële samenwerkingen?

- kolonisatie: bacteriën kunnen zich ergens vastbinden
- ontwijking van de gastheerdefensie
- directe schade aan weefsel veroorzaken
- indirecte schade -> gastheer beschadigt zichzelf

Hoe gaat de kolonisatie van virulentiefactoren?

- adhesins en co-aggregratie (o.a. Bacteriële co-aggregratie is een integraal proces in de ontwikkeling van multi-species biofilm)
- microbiële samenwerking (biofilms): microkolonies van m-o's die zich aan het oppervlak hechten in een door henzelf gemaakt slijmomhulsel (EPS). EPS houdt m-o's bij elkaar en organiseert talloze functies zoals communicatie, transport van voedsel, bescherming tegen uitdroging en antimicrobiële middelen.
   - EPS is ook een van de virulentiefactoren
   - bacteriën in een EPS zijn resistente tegen desinfectie middelen dan planktonische bacteriën

Hoe ontstaat directe schade aan het weefsel?

- proteasen (en andere enzymen)
   - onderzoek: bacteriën produceren enzymen om de gastheerdefensie uit te schakelen, als de ene sort die enzymen niet heeft kunnen andere bacteriesoorten daar wel van profiteren.
- cytotoxische metabole producten zoals endotoxien en peptidoglycaan
   - endotoxinen (lipopolysacchariden) van gram-negatieve bacteriën
   - peptidoglycaan fragmenten en trichine zuren aan de celwand van gram-positieve bacteriën

Welke samenstelling van factoren leidt tot een persisterende parodontitis apicalis?

Alleen bij het samenvallen van deze factoren zal persisterende infectie optreden.
- bacteriële factoren
   - potentie om endodontische behandeling te overleven
   - virulentiefactoren
- locatie
   - toegang tot wortelkanaal
   - gelokaliseerd dicht bij apicale foramen of extraradiculaire ruimte
   - open verbinding met periapicaal gebied voor uitwisseling van voedsel en bacteriële producten
- gastheereigenschappen
   - gecompromitteerde lokale of algemene afweer van de gastheer.

Wat is endodontisch pathogeen?

'Een specifiek pathogeen is de oorzaak van een specifieke aandoening' (postulaten van Koch). Deze stelling gaat niet op voor parodontitis apicalis. Elke aanwezige m-o kan endodontisch pathogeen zijn. Hierbij is interactie tussen verschillende soorten pathogenen en niet de soorten op zich van belang.

Interactie MO - gastheer
Symbiose: samenleven van 2 verschillende MO
- Mutualisme
- Commensialisme
- Parasitisme

- Voordelig voor allebei
- Voordelig voor een maar niet nadelig voor de ander
- Voordelig voor een en nadelig voor de ander

Waar worden virussen in getransporteerd?

Transportmedium = isotone zoutoplossing. Bij virussen wordt vaak een beetje AB en stabilisatoren toegevoegd. Om te zorgen dat de virussen infectieus blijven, en de AB om te zorgen dat er geen bacteriën zijn die de virussen aantasten.

Hoe werkt de detectie van hemagglutinatie?

96-well platen met ronde bodems, RBC en virus mengen. Als er hemagglutinerend virus bij zit klitten alle rbc samen.

Wordt gekeken naar tot welke verdunning er nog hemagglutinatie zichtbaar is.

Een geel welletje duidt de overgangsfase aan.

Geen gevoelige techniek
Veel viruspartikels nodig voor zichtbaar effect

Karakteristieken van virussen die dieren kunnen infecteren:

- Kleine infetieuze agentia, 20-400 nm
- Bestaan uit nucleïnezuren met daarrond een capsid eiwit
- sommige hebben een envelop
- Altijd of RNA of DNA
- Moeten in de cel komen om te vermeerderen
- Affiniteit voor bepaalde cellen

De vragen op deze pagina komen uit de samenvatting van het volgende studiemateriaal:

  • Een unieke studie- en oefentool
  • Nooit meer iets twee keer studeren
  • Haal de cijfers waar je op hoopt
  • 100% zeker alles onthouden
Onthoud sneller, leer beter. Wetenschappelijk bewezen.
Trustpilot-logo