Startpagina / Samenvattingen / Microbiologie cariologie / bacterien-caries-plaque

Microbiologie cariologie

32 belangrijke vragen over Microbiologie cariologie

Stephan Curve, wat laat dit zien?

De Stephan Curve laat zien wat er gebeurt met de pH in plaque wanneer er is geconsumeerd wordt.

Bij elke maaltijd of voeding/drank dat genuttigd wordt, daalt de pH onder de kritische grens van 5,5 (onder deze grens treedt er demineralisatie op van het glazuur)

Hoe langer je aan het tafelen bent hoe langer de pH daling onder de kritische grens blijft

Wat kan er tot nu toe geconcludeerd worden over speeksel?

Speeksel is dus belangrijk om de zuren in de plaque te neutraliseren, bij personen waarbij de speekselvloed is verminderd duurt het ook langer voordat de pH dat gezakt is weer stijgt naar oorspronkelijke niveau

Het substraat oftewel dieet. Wat is de relatie tussen dieet en caries?

Er is een directe relatie tussen het consumeren van koolhydraten en caries, hoe hoger de suikerconsumptie hoe groter de kans is op het krijgen van caries

Wat doet de cariogene streptokokken met sucrose?

Zet sucrose om naar glucaan

Glucaan is een polymeer van glucose

Zijn suikeralcoholen net zo cariogeen als glucose en fructose?

Nee, suikeralcoholen zijn laag cariogeen zoals xylitol

Heeft suikerconsumptie tussen de maaltijden groter effect op cariesincidentie dan tijdens de maaltijden?

Ja, zie resultaten Vipeholm studie

Bacterien in de orale flora ingedeeld in groepen? Benoem deze van de mutans groep

Mutansgroep
- S. Mutants
- S. Cricitus
- S. Sobrinus
- S. Rattus

Benoem de bacterien uit de Anginosus groep van de gezonde streptokokken.

- S. Constellatus
- S. Intermidius
- S. Anginosus

Bij welke dieet neemt het aantal streptokokken mutans het meest toe?

In de groep die een normaal dieet volgt + saccharose krijgt toegediend

Micro-organismen in plaque - glazuur waarbij de eerste laag (pellicle) op gevormd wordt bestaat uit?

Eerste laag pellicle bestaat uit eiwitten uit speeksel zowel afkomstig kunnen zijn de gastheer (speeksel) zoals prolinerijke eiwitten als van bacterien

Aan het eerste laag pellicle op glazuur kunnen bacterien zich hechten - welke bacterien zijn dit?

Vroege kolonisatoren binden als eerste aan de pellicle

- deze zijn facultatief aerobe kokken; zoals de streptokokken soorten
- deze binden zich als eerste aan de pellicle

Vervolgens binden andere kolonisatoren zich aan de kolonisatoren die al aan het pellicle gebonden zijn. Bestaan de eerste laag van kolonisatoren dan alleen uit kokken?

Nee, tussen de vroege kolonisatoren die meer kokken zijn zitten ook enkele staafjes zoals de Actionomyces spp soorten

Vervolgens komen de secudaire kolonisatoren - deze vormen als een brug tussen de vroege en later kolonisatoren - benoem een bacterie soort

Fussobacterium is daar een voorbeeldvan
- secundaire kolonisatoren creeeren bindingsplaatsen waar late kolonisatoren zich aan kunnen hechten

Vervolgens kunnen de late kolonisatoren zich aan de secundaire kolonisatoren hechten - wat zijn late kolonisatoren

Deze zijn vooral gram negatieve staven en spirocheten en deze zijn anaerobe

Postulaten van koch (specifiek plaque hypothese)

Allereerst moet één micro-organismen in een groot aantal aanwezig zijn in een organisme die lijden aan een bepaalde ziekte - deze micro-organismen moeten in kleine aantallen aanwezig zijn organismen die niet lijden aan deze ziekte

vervolgens moet het micro-organismen geisoleerd kunnen worden uit het zieke organismen

hiervan moet een reincultuur gemaakt worden (op bloedagar)

deze micro-organismen moet een gezond organismen ziek kunnen maken en daaruit moet dan weer een reincultuur gemaakt kunnen worden

Kan dit ook bij caries? Als je daar de ziekte maakten micro-organismen weghaalt, haal je dan ook caries weg?

Nee, bij caries is dat niet het geval, hoewel het veroorzakende bacterie wordt weggenomen, en er geen nieuwe schade ontstaat, blijft de veroorzakende schade de caries wel aanwezig

Als we kijken naar de eigenschappen van cariesapathogenen. Welke eigenschappen zouden caries pathogenen moeten bezitten? Welke caries eigenschappen stimuleren het cariesproces?

Acidogeen = Caries pathogenen moeten suikers kunnen opnemen en deze omzetten naar zuren aangezien zuren verantwoordelijk zijn voor de demineralisatie

Aciduur = Daarnaast moet suiker metabolisme plaats kunnen vinden onder extreme omstandigheden (bv lage pH)

Ook moeten ze EPS (extracellulaire) en IPS (intracellulaire) polysachariden produceren

Sommige bacterien kunnen goed functioneren bij een lage pH benoem deze bacterien

Mutans streptokokken
Lactobacillen
Bifidobacterien

Deze zijn levensvatbaar ook metabool-actief en kunnen groeien in deze zure omstandigheden

Waarvoor is EPS (extracellulaire polyscharide) belangrijk voor?

EPS; glucanen en fructanen --> deze zijn belangrijk voor hechting

IPS; polymeren van suikers en dienen als suiker opslag --> wanneer er geen suikers in de mond aanwezig zijn, kunnen ze deze suiker opslag gebruiken om energie uit te produceren, waarbij zure worden gevormd - hiermee blijft de zuur graad in de biolfilm langer laag

EPS kan ook afgebroken worden als er geen suikers in de mond aanwezig zijn - deze zijn dus ook een soort vorm van suiker opslag

Als je plaque van een carieuze oppervlak vergelijkt met plaque bij een niet carieuze oppervlak dan bevat deze (de aangetaste oppervlak) ?

Meer EPS

Ook hebben caries actieve personen meer EPS dan cariesvrije personen

Wat gebeurt er met eiwitten bij aanwezigheid van zuren

Deze gaan denatureren

Waardoor zowel functionele eiwitten (zoals enzyme zijn belangrijk voor het functioneren van een cel) als structurele eiwitten (belangrijk voor de structuur van een cel) worden aangetast

Er zijn aantal eigenschappen die ervoor kunnen zorgen dat bepaalde bacterien toch kunnen groeien bij een lage pH

- aanwezigheid van een protonpomp = deze zorgt ervoor dat de H+ ionen uit de cel kunnen worden verwijderd

- productie van basische stoffen die de H+ ionen kunnen neutraliseren

-proton impermeabele bacteriele celmembraam = dit zorgt ervoor dat de H+ ionen in de omgeving niet de cel inomen - geven dus bescherming in een zure omgeving

- productie van stress eiwitten (die de eiwitten beschermen tegen denaturatie door zuren)
- deze zorgen dus voor dat de eiwitten hun structurele vorm behouden

Bied een proton permeabele bacteriele celmembraan bescherming tegen het binnen dringen van H+ ionen uit de omgeving in de cel?

Ja, deze zorgt ervoor dat de H+ ionen uit de omgeving de cel niet inkomen en geven dus bescherming in een zure omgeving

Wat kunnen we zeggen over de specifieke plaque hypothese, als we terug kijken naar de postulaten van koch?

- Volgens postulaten van koch is streptokokken mutans de veroorzaker van caries?
- Hoe zit het dan bij personen die geen streptokokken mutans hebben maar wel caries?
o Mutans streptokokken zijn dan niet verantwoordelijk voor caries
o Dit kan de specifieke plaque hypothese die gebaseerd is op de postulaten van koch niet uitleggen

Dan gaan we weer terugkijken naar de; cariës stimulerende eigenschappen van bacteriën

- deze moeten suikers kunnen opnemen en omzetten naar zuren (acidogeen)

- suiker metabolisme moet onder extreme omstandigheden kunnen plaatsnemen zoals onder lage pH (aciduur)

- ook moeten ze EPS en IPS (voor hechting en reservevoedsel) kunnen produceren

Meerdere bacterien bezitten deze eigenschappen bv; dus ook zonder streptokokken mutans kan je caries krijgen omdat ook andere bacterien deze eigenschappen bezitten

- mutans streptokokken (s mutans maar ook s sobrinus)

- lactobacillen
- actinomyces spp
- bifidobacterien

Wat doen lactobacillen bij een cariesvrije rat?

Ze veroorzaken caries. Lactobacillen zijn pionier organisme in advancing front van carieuze proces met name in dentine

Relatie Actionomyces spp en caries

- zijn betrokken bij wortelcaries op basis van
            - associatie studie in vivo (in levende organismen)
            - in vitro (in laboratorium) experimenten met reinkweken
            - experimenten met microbe-vrije ratten

Wijzen erop dat ze betrokken zijn bij wortelcaries en ook betrokken bij glazuurcaries - maar nog veel is onbekend

Daarnaast zijn er ook studies gedaan dat erop wijst dat bij aanwezigheid van hoge aantallen streptokokken mutans geen demineralisatie optreedt in glazuur. Mogelijke verklaring hiervoor is?

- de structuur van de biolfilm en de locatie van s mutans in de biofilm - als de zuren die geproduceerd worden door s mutans het glazuuroppervlak niet raken kan deze ook geen schade aanrichten

- een andere mogelijke verklaring is de aanwezigheid van lactaat consumerende bacterien als Vellionella - deze zetten lactaat om in zwakker zuren - zorgt ervoor dat pH in plaque minder daalt en dus minder demineralisatie optreedt

- Tot slot produceren streptokokken Salivarius en s Sanguinis basische stoffen die de pH verhogen - de pH die door lactaat wordt verlaagd wordt door deze basishe stoffen verhoogd

Er zijn dus verschillende bacterien die caries pathogene eigenschappen bezitten – kun je dan zeggen dat plaque ongeacht zijn samenstelling – ongeacht welke bacterien erin zitten? Dus ook plaque waar alleen gezonde bacterien inzitten caries kunnen veroorzaken?

- Kan de niet-specifieke plaque hypothese het cariesproces goed uitleggen?
- Hoe zit het dan bij mensen met veel plaque maar die geen caries krijgen? Want die zijn er ook.
- De niet-specifieke plaque hypothese – waarbij de ziekte wordt veroorzaakt door een heterogene groep bacterien – blijkt dit ook niet goed uit te leggen

De ecologische plaque hypothese gaat er dus van uit dat cariogene bacterien een klein onderdeel van plaque uitmaken

- Bij een gewoon dieet zijn de aantallen potentiele cariogene bacterien laag – de proces van de- en remineralisatie is in evenwicht

Hierbij speelt kolonisatieresistentie een rol

De commensale bacterien in de biofilm houden de pathogene bacterien als het ware in bedwang – er is dus een balans in de samenstelling van plaque

toch zijn er factoren die deze balans kunnen storen – deze factoren zorgen voor ecologische stress

De vragen op deze pagina komen uit de samenvatting van het volgende studiemateriaal:

Microbiologie cariologie

Bekijk samenvatting

Een unieke studie- en oefentool
Nooit meer iets twee keer studeren
Haal de cijfers waar je op hoopt
100% zeker alles onthouden

Onthoud sneller, leer beter. Wetenschappelijk bewezen.

Studiemateriaal generieke omslagafbeelding

Microbiologie cariologie

32 belangrijke vragen over Microbiologie cariologie

Stephan Curve, wat laat dit zien?

Wat kan er tot nu toe geconcludeerd worden over speeksel?

Het substraat oftewel dieet. Wat is de relatie tussen dieet en caries?

Wat doet de cariogene streptokokken met sucrose?

Zijn suikeralcoholen net zo cariogeen als glucose en fructose?

Heeft suikerconsumptie tussen de maaltijden groter effect op cariesincidentie dan tijdens de maaltijden?

Bacterien in de orale flora ingedeeld in groepen? Benoem deze van de mutans groep

Benoem de bacterien uit de Anginosus groep van de gezonde streptokokken.

Bij welke dieet neemt het aantal streptokokken mutans het meest toe?

Micro-organismen in plaque - glazuur waarbij de eerste laag (pellicle) op gevormd wordt bestaat uit?

Aan het eerste laag pellicle op glazuur kunnen bacterien zich hechten - welke bacterien zijn dit?

Vervolgens binden andere kolonisatoren zich aan de kolonisatoren die al aan het pellicle gebonden zijn. Bestaan de eerste laag van kolonisatoren dan alleen uit kokken?

Vervolgens komen de secudaire kolonisatoren - deze vormen als een brug tussen de vroege en later kolonisatoren - benoem een bacterie soort

Vervolgens kunnen de late kolonisatoren zich aan de secundaire kolonisatoren hechten - wat zijn late kolonisatoren

Postulaten van koch (specifiek plaque hypothese)

Kan dit ook bij caries? Als je daar de ziekte maakten micro-organismen weghaalt, haal je dan ook caries weg?

Als we kijken naar de eigenschappen van cariesapathogenen. Welke eigenschappen zouden caries pathogenen moeten bezitten? Welke caries eigenschappen stimuleren het cariesproces?

Sommige bacterien kunnen goed functioneren bij een lage pH benoem deze bacterien

Waarvoor is EPS (extracellulaire polyscharide) belangrijk voor?

Als je plaque van een carieuze oppervlak vergelijkt met plaque bij een niet carieuze oppervlak dan bevat deze (de aangetaste oppervlak) ?

Wat gebeurt er met eiwitten bij aanwezigheid van zuren

Er zijn aantal eigenschappen die ervoor kunnen zorgen dat bepaalde bacterien toch kunnen groeien bij een lage pH

Bied een proton permeabele bacteriele celmembraan bescherming tegen het binnen dringen van H+ ionen uit de omgeving in de cel?

Wat kunnen we zeggen over de specifieke plaque hypothese, als we terug kijken naar de postulaten van koch?

Dan gaan we weer terugkijken naar de; cariës stimulerende eigenschappen van bacteriën

Meerdere bacterien bezitten deze eigenschappen bv; dus ook zonder streptokokken mutans kan je caries krijgen omdat ook andere bacterien deze eigenschappen bezitten

Wat doen lactobacillen bij een cariesvrije rat?

Relatie Actionomyces spp en caries

Daarnaast zijn er ook studies gedaan dat erop wijst dat bij aanwezigheid van hoge aantallen streptokokken mutans geen demineralisatie optreedt in glazuur. Mogelijke verklaring hiervoor is?

Er zijn dus verschillende bacterien die caries pathogene eigenschappen bezitten – kun je dan zeggen dat plaque ongeacht zijn samenstelling – ongeacht welke bacterien erin zitten? Dus ook plaque waar alleen gezonde bacterien inzitten caries kunnen veroorzaken?

De ecologische plaque hypothese gaat er dus van uit dat cariogene bacterien een klein onderdeel van plaque uitmaken

De commensale bacterien in de biofilm houden de pathogene bacterien als het ware in bedwang – er is dus een balans in de samenstelling van plaque

Samenvattingen die gerelateerd zijn aan Microbiologie cariologie

Microbiologie cariologie

Recht en efficiëntie : een inleiding in de e…

Beginselen van het Nederlandse staatsrecht

DYA : stap voor stap naar professionele ente…

Pia Pia Método di Papiamentu

Basisboek journalistiek

Sociale hygiëne.

Cognitive development and learning in instru…

Eeuwige schoonheid

Nederland in de prehistorie. Revised ed.

Beleidsinstrumentatie

Onderneming en omgeving, handboek