Samenvatting: Mijn Neuro Vak

Lees hier de samenvatting en de meest belangrijke oefenvragen van Mijn Neuro vak

• 1 Oorspong gedrag en het brein

  Dit is een preview. Er zijn 10 andere flashcards beschikbaar voor hoofdstuk 1
  Laat hier meer flashcards zien

• Volgens Irenäus Eibl-Eibesfeldt wordt gedrag gemaakt in patronen door de tijd heen. Wat wordt hier mee bedoelt?

  Dat gedrag bestaat uit bewegingen, vocalisaties en gedachten

• Wat is het eerste perspectief op het brein en gedrag?

  Mentalisme - Aristotle zei dat alle menselijke intellectuele functies geproduceerd werden door de ‘psyche’ van een mens. De ziel (immaterieel) is verantwoordelijk voor leven en het vertrek van de ziel van je lichaam = dood lichaam maar ziel blijft leven. De ziel zou verantwoordelijk zijn voor gedachten, percepties en emoties. Psyche is onafhankelijk van je lichaam. Christendom.

• Wat is de tweede perceptie van het lichaam en het brein?

  Dualisme - Descartes ‘mind, psyche’ in het brein en linkte deze aan het lichaam. Lichaam en geest bestuderen beide gedrag. Descartes’ voorstel hield in dat de mind het lichaam controleerde en was hiermee één van de eerste die dichtbij de rol van het brein kwam. De filosofische opvatting dat gedrag wordt gecontroleerd door twee entiteiten, geest en lichaam, = Dualism genoemd. ‘Mind’ stuurt rationeel gedrag, lichaam en hersenen sturen het fysieke gedrag (zoals sensatie, beweging, vertering).

• In welke stappen is het brein in de evolutie ontwikkelt? (7)

  
  

  1. Ontwikkeling neuronen en spieren
  2. Nerve net
  3. Bilaterale symetrie ontstaat
  4. Segmentatie
  5. Ganglia = celstructuren
  6. Spinal cord of chordate 
  7. Brain= Het rechter brein → Cerebellum= Little Brain

• 2 Functioneren van het zenuwstelsel

  Dit is een preview. Er zijn 79 andere flashcards beschikbaar voor hoofdstuk 2
  Laat hier meer flashcards zien

• Wat zijn de 2 manieren van de hersenen om zicht aan te passen op een veranderende omgeving?

  1. Compensatie
     
  2. Verbindingen in de hersenen veranderen constant waardoor er nieuwe leerervaringen ontstaan

• Wat zijn de hoofdtaken van het SNS(2)?

  
  

  1. Sensorische informatie van CNS naar spieren, gewrichten en huid sturen
  2. Sturen van uitgaande motorische instructies voor bewegen

• Hoe heten hersenstructuren die in dezelfde hersenhelft liggen?

  Ipsilateral

• Hoe heten hersenstructuren die ver van elkaar af liggen en hoe heten degene die dicht bij elkaar liggen

  Ver = distal
  dichtbij is proximal

• Hoe heten hersenstructuren die in de tegengestelde kant van de hersenhelft liggen?

  Contralateral

• Wat is witte materie?

  Door vet omringde axons en glial cells