Samenvatting: Module 1 Thema 5 Hypertensie
- Deze + 400k samenvattingen
- Een unieke studie- en oefentool
- Nooit meer iets twee keer studeren
- Haal de cijfers waar je op hoopt
- 100% zeker alles onthouden
Lees hier de samenvatting en de meest belangrijke oefenvragen van Module 1 Thema 5 Hypertensie
-
1 Module 1, thema 5 Hypertensie
Dit is een preview. Er zijn 81 andere flashcards beschikbaar voor hoofdstuk 1
Laat hier meer flashcards zien -
Oorzaak positieve inotroop=
Sympaticus zorgt voor verhogenslagvolume -
Oorzaak negatieve inotroop=
Parasympaticus ,betablokkers , calcium kanaal blokker zoalsVerapamil -
Systolische druk afhankelijk van
Slagvolume ,snelheid uitpomping slagvolume,elasticiteit vaten. -
Hoogte bloeddruk afhankelijk van
Hartminuutvolume , perifere weerstandarteriolen ,compliance vaten -
Wat registeren chemoreceptoren?
Concentratie vanzuurstof, koolstofdioxide enzuurgraad (pH) van bloed. -
Effect chemoreceptoren en bloeddruk:
Verhoging of verlaging vanhartminuut volume,ademminuutvolume, verwijding ofvernauwing van vaten. -
ADH: waar het geproduceerd?
Wandrechteratrium -
Gevolg afgifte ANP
NAsecretie , urineproductie neemt toe Dorst, ADH, aldosteron neemt af. -
Hydrostatische druk in aders en capillairen
Perst vocht in de bloedbaan door de vaatwand heen naar buiten -
Colloid Osmotische Druk plasma?
Drukverschil tussen tweeeiwitoplossingen (binnen- enbuiten hetbloedvat ) van verschillendeconcentraties tengevolge vanosmose . Vaatwand is weldoorlaatbaar voorwater, niet voor eiwitten.
- Hogere cijfers + sneller leren
- Niets twee keer studeren
- 100% zeker alles onthouden