Acute circulatieklachten

27 belangrijke vragen over Acute circulatieklachten

Hart- en vaatziekten naar type 2018

Meer vrouwen nu dan vroeger ivm mannen
Waarvan een stuk minder myocardinfarct, de 21.100 kan ook hoger zijn omdat we het nog niet goed onderkennen bij vrouwen.
De rest is gelijkmatig verdeeld.


Heart - diaphragmatic surface

uit de aorta komen ook de kransslagaders.
rechter kransslagader
en 2 linker, naar voorkant en naar de zijkant.

Welke fase van de hartcyclus is dit?

de aortaklep → er gaan kransslagaders vanaf
Pulmonaalklep en aortaklep lijken erg op elkaar met 3 kleppen
sinus coronarius komt rechts uit, dus rechts is tricuspidaalklep
  • Hogere cijfers + sneller leren
  • Niets twee keer studeren
  • 100% zeker alles onthouden
Ontdek Study Smart

O2 aanbod aan het hart.

Normaal gezien zo’n 200 ml O2 per liter bloed.
In rust wordt er maar 25% gebruikt, dus we hebben een grote reserve.
Een bloedvat kan heel erg vernauwd zijn, maar als het nog steeds die 25% kan geven, is het eigenlijk niet echt te zien

Bloed gepompt uit LC bevat 200 ml O2 per liter bloed
Normaal HMV = 5liter → 1000ml O2 beschikbaar.
In rust maar 25% gebruikt


O2 aanbod aan hart is afhankelijk van:

  • O2 extractie
  • O2 transportcapaciteit van het bloed
  • bloeddoorstroming hartspier.

Soorten cardiaal onderzoek:

  • anamnese → is echt van levensbelang, kijk naar House, hij begint onderaan met onderzoek, en vindt het uiteindelijk door de anamnese.
  • ECG
  • Bloedonderzoek
→ troponine I (cTnl) of T (cTnT) = mate necrose hartspiercellen
→ CK - MB, LDH
  • Echo
  • CT coronairen/MRI (niet acuut)
  • Angiografie

Anamnese (is van groot belang, vraag goed uit)

  • aard, lokalisatie, uitstraling en frequentie van de klachten
  • uitlokkende factoren, zoals (mate van) inspanning (of juist optreden in rust), emoties, kou, warmte
  • vegetatieve verschijnselen (zweten, misselijkheid, bleek gelaat, onrust of angst)
  • duur van de klachten
  • hoe lang de klachten bestaan, toename van klachten
  • VG hart-, vaatziekten patiënt + familie
  • herkenbaarheid van de klachten
  • medicatie en/of drugsgebruik
  • roken en drinken
suikerziekte


Mogelijke ECG afwijkingen bij ischemie/necrose

Weet hoe een normaal ECG eruit ziet, zodat je afwijkingen kunt zien.
Bij:
- T-top afwijkingen; geringe ischemie
- ST- segment depressie: subendocardiale ischemie
- ST-segment elevatie: transmurale ischemie
- Q golven: oud infarct


CAG (catheterisatie, via de pols)

Door de arterie boom in de aorta ascendens.

Beloop cardiale markers bij bloedaanvragen.

Troponine, heel specifiek voor het hart, stijgt snel
CK = creatine kinase = spierverval
CK MB = subanalyse van de CK, meer specifiek voor het hart en brein (Myocard Brein), deze stijgt pas later, dus is meer voor het vervolgen van het hartinfarct. Doorstijgen zegt meer over de grootte van het infarct.
evt LDH (vertelt iets over de grootte en de ontwikkeling van het infarct)
Er is een verschil in troponine I en T

Verschil man/vrouw AP klachten

Man                                 -->              vrouw
drukkende pijn                           scherpe pijn
misselijkheid                               buikpijn
moeheid                                      keel-/kaakpijn
kortademigheid                       N+ + kortademig
paniekaanval                             V+
zweten                                          obstipatie
duizeligheid
uitstraling arm, nek, kaak, schouders en rug


Typische/atypische AP klachten:

3 kenmerken:
  • pijnklachten op de borst (retrosternale klachten, beklemmend, drukkend, snoerend gevoel op de borst)
  • provocatie door inspanning, emoties of kou
  • verdwijnen door rust of door sublinguale nitraten binnen 2 - 15min.

Indien 2 van de 3: atypische AP
indien 1 kenmerk: dan aspecifieke thoracale klachten (je weet het eigenlijk niet…)


Acuut coronair syndroom (= myocardinfarct) (ACS)

  1. ischaemische klachten
  2. wel of geen ECG veranderingen
  3. WEL verhoogd cardiale biomarkers (tronopinine)

Verschil instabiele angina pectoris/myocardinfarct

Onderscheid tussen stabiele AP en acuut coronair syndroom
instabiele AP kan overgaan in een STEMI en een NON STEMI

Verschil instabiele angina pectoris/myocardinfarct
kan snel van instabiel naar myocardinfarct gaan, belangrijkste marker is troponine


Risicofactoren voor het optreden van HVZ

Kijken naar hoe de gezondheidstoestand is.
Let op dat je geen onderdiagnose krijgt bij vrouwen.
Met name op lifestyle kun je veel winnen.


Casus 1: behandelplan huisarts:

Casus 1:
  • anamnes +
  • familiar: +
  • buikomvang: +
  • risicofactor: +
  • hypertensie: +



Bij ACS (is lastig omdat je niet de troponines kunt afnemen) direct doorverwijzen naar cardioloog.

Wanneer doorverwijzen naar cardioloog

  • bij twijfel
  • instabiele AP/ACS
  • NYHA klasse III/IV
  • onzekerheid over diagnose
  • onvoldoende reactie op behandeling
  • hoge waarschijnlijkheidsdiagnose
  • ECG afwijkingen/bundeltakblokken
  • Klepvitia, hartfalen, ritmestoornissen
  • pre-OK analyse


Waaruit bestaat de medicamenteuze behandeling:

  • ASA (ascal, aspirine)
  • P2Y12 (ticagrelor, clopidogrel, prasugrel)
  • morfine: voor pijnbestrijding: sneller ademen, minder O2
  • antistolling: STEMI: heparine/NSTEMI: fondaparinux
  • zuurstof
  • nitroglycerine

Lange termijn behandeling

  • ritme bewaking
  • echocardiografie
  • hartrevalidatie (mensen durven vaak daarna niet meer bewegen en blijven in een stoel zitten, en contact met lotgenoten)
  • beïnvloeding risicofactoren
  • voorlichting


Mechanisch complicaties AMI wat kan er nog meer gebeuren?:

  • vrije wand ruptuur, zorgt voor bloed, tamponade
  • ventrikelseptum ruptuur: bloed van rechts naar links ipv links naar rechts is goed te horen met je stethoscoop of met echo te zien
  • kleplekkage, acute massale MI obv papillairspier-ischemie.
  • ritmestoornissen
  • trombusvorming
  • overlijden

Differentiëren oorzaken POB

primaire doel = oorzaak zoeken
verschil maken tussen levensbedreigend en niet levensbedreigend


Wat is de differentiaal diagnose POB

cardiovasculair
  • uitsluiten dat het een acuut coronair syndroom is (vooral STEMI en non stemi, IAP)
  • aortadissectie zeker uitsluiten
  • pericarditis



Pulmonaal:
(rood is belangrijk)
  • longembolie
  • pneumothorax
  • pneumonie
  • pleuritis

Acuut hartfalen: Bevindingen:

hypertensie (vaak, niet altijd)
crepiteren/vochtige rhonchi/piepen/oedemen

Behandeling acuut hartfalen (oorzaak wegnemen!)

  • nitroglycerine
  • morfine (tot rust brengen, anders te veel O2 consumptie, pijnstilling)
  • furosemide


Acute cardiale situaties:

  • ventrikel fibrillatie (onregelmatige ongecontroleerde samentrekkingen van het hart: geen bloeddruk meer, patiënt is niet meer aanspreekbaar
  • ventrikel tachycardie: wel nog een bloeddruk, wel nog aanspreekbaar
  • atriumfibrilleren bij aortaklepstenose (er kan niet veel bloed doorheen, en dan ook nog sneller fibrilleren… problemen…..
  • extreme bradycardie ( < 30/min)
  • tamponade
  • aorta ascendens dissectie


Therapie type A dissectie:

  • vervangen van gescheurde aorta met of zonder aortaklep
  • vervangen aortaboog als scheur erin of net erna zit
  • grote operatie (>6h)
  • kans op neurologische schade

Therapie type B dissectie:

afwachten, want de adventitia houdt het, de scheur gaat niet naar beneden/.
Percutaan is een soort binnenband inbrengen.
wel kans op aneurysma vorming → patiënt onder controle houden.

De vragen op deze pagina komen uit de samenvatting van het volgende studiemateriaal:

  • Een unieke studie- en oefentool
  • Nooit meer iets twee keer studeren
  • Haal de cijfers waar je op hoopt
  • 100% zeker alles onthouden
Onthoud sneller, leer beter. Wetenschappelijk bewezen.
Trustpilot-logo