Losse belangrijke vragen - Losse vragen

10 belangrijke vragen over Losse belangrijke vragen - Losse vragen

.Welke soorten van taxatierapportages kennen we?

  1. Standaard taxatierapporten (indeling en opbouw ligt vast)
  2. Beschrijvende taxatierapporten
  • vorm rapport door taxateur zelf bepaald gebruikt bij specifieke omstandigheden waar standaard rapport niet werkt., zoals bij onteigening en planschade.     
  • Altijd toegepast bij taxatie van bedrijfsmatig- of agrarisch  
                                                
     3. Taxatiecertificaten (taxatieverklaringen)
  • Is zeer beknopte weergave van de conclusie.
  • Als alleen de finale waarde van belang is.
  • Taxatieverklaring geeft alleen de finale waarde weer en is de minst specifieke rapportagevorm.

Veiling krachtens wettelijk voorschrift, wat houdt dit in en geef 2 voorbeelden.

In de wet staat op verschillende plaatsen voorgeschreven dat een onroerende zaak in het openbaar verkocht moet worden.(veiling)
Voorbeelden:
  1. Vereffening van een nalatenschap die aanvaard is onder het voorbehoud van boedelbeschrijving. Verkoop onroerend goed door erfgenamen, dan is moet dit op de veiling gebeuren.
  2. Verkoop van een onroerende zaak door de curator na faillissement van de eigenaar

Hoe noemt men opstalwaarde ook wel ?
Wordt bij opstal berekend in m2 of m3 ?

Woningwaarde
M3 (omdat dit afgeleid is van de stichtings- en bouwkosten die in M3  worden uitgedrukt)

Taxateurs geven er de voorkeur aan om de  m3 waarde vrij constant te houden, en de marktkwaliteit en juridische kwaliteit van de woning volledig tot uiting te laten komen in de grondwaarde.
Hierdoor ontstaat 1 m3 (opstal)waarde die gebaseerd is op de bouwkosten .
Grondwaarde kan hierdoor dus niet 1 op 1 vergeleken worden met de grond waarde van een losse bouwkavel en de opstalwaarde kan niet rechtstreeks worden vergeleken met de bouwkosten.
  • Hogere cijfers + sneller leren
  • Niets twee keer studeren
  • 100% zeker alles onthouden
Ontdek Study Smart

Er worden in de taxatieleer 3 waarderingsbenaderingen onderscheiden.
Welke 3 zijn dit?

1. Comparatieve benadering
  • Vergelijkingsmethode
      - vergelijking referentiepanden / -grond
      - inhoud/oppervlakte methode ( in m3)
      - oppervlakte methode ( in m2)
  • Regressie methode
      - toepassing massale geautomatiseerde waardebepalingsoperaties (NHG en Wet WOZ)
2. Inkomsten benadering
  • Residuele methode (men kijkt naar de opbrengst van bijvb de grond, veel toegepast door
          gemeentes bij grondprijsbepaling.
3. Kosten benadering
  • Vervangingswaarde methode

Taxaties van bebouwde grond komen niet vaak voor. (dus alleen de waarde van de grond willen weten terwijl er opstal opstaat).
Wanneer komt zo,n taxatie voor ?

Als grond en opstallen toebehoren aan verschillende personen of rechtspersonen.

Syl:5.4: Bij het interpreteren van de gegevens van de invloedsfactoren
t.b.v. de taxatie kijkt de taxateur naar de 5 kwaliteitsdimensies.
Welke 5 zijn dit ?


  1. Bouwkundige kwaliteit (binnen en buiten voor staat van onderhoud)
  2. Ruimtelijke kwaliteit (afmetingen perceel en opstal)
  3. Juridische kwaliteit (onderzoek privaatrechtelijke - en publiekrechtelijke aspecten)
  4. Omgevingskwaliteit
  5. Kwaliteit locatie (lokaal marktonderzoek)

Hoe luidt de formule voor de onderverzekeringsregel?

Verzekerde som
-----------------------------  x schade  = uitkering
Werkelijke waarde

Welke taxatiemethoden komen in aanmerking voor taxatie van bebouwde grond?

  • Vergelijken met grond in onbebouwde staat
  • Residuele waardemethode
  • Grondquote methode

Residuele waardemethode:

Marktwaarde v/d grond en opstallen na realisatie bouw  MINUS
de stichtings-/ ontwikkelingskosten van de opstallen.

Som.
Gegevens :
  • Leegstaand schoolgebouw 
  • Technische en juridische mogelijkheid tot ombouw in 6 appartementen
  • Verkoopprijs (marktwaarde) van de appartementen € 300.000,= (ex Btw)
  • Totale stichtingskosten : € 1.200.000,=


Bereken de residuele waarde bij bebouwde grond

Marktwaarde complex na bouw = 6x € 300.000,- = € 1.800.000,-
€ 1.800.000-  minus stichtingskosten € 1.200.000,- = € 600.000,=

Wat rekent men tot de opstal in een berekening?

  • Casco of de ruwbouw
  • Technische installaties
  • Afbouwkosten
  • Nagelvaste inrichting
  • De infrastructuur
  • Architect
  • Renteverliezen tijdens de bouw
  • Kosten bouwbegeleiding
  • Bouwleges

De vragen op deze pagina komen uit de samenvatting van het volgende studiemateriaal:

  • Een unieke studie- en oefentool
  • Nooit meer iets twee keer studeren
  • Haal de cijfers waar je op hoopt
  • 100% zeker alles onthouden
Onthoud sneller, leer beter. Wetenschappelijk bewezen.
Trustpilot-logo