Stampvragen Gravetter & Walnau

15 belangrijke vragen over Stampvragen Gravetter & Walnau

Een steekproeffout ontstaat doordat:
  1. Er niet genoeg mensen in de populatie zijn
  2. Er een verschil is tussen de specifieke personen in de steekproef en alle mensen in een populatie
  3. Er een verschil is tussen iedere steekproef

Er een verschil is tussen de specifieke personen in een steekproef en alle mensen in een populatie.

Er wordt op de Universiteit Utrecht onderzoek gedaan naar het zelfbeeld van eerstejaars studenten. Ze moeten vragen beantwoorden op een schaal van 1 (laag) tot 7 (hoog). Op wat voor niveau wordt er gemeten?
  1. nominaal
  2. ordinaal
  3. interval

ordinaal

Er wordt onderzoek gedaan naar de bereidheid van drugsverslaafden in Nederland om zich te laten opnemen in een kliniek. Een groep van 100 verslaafden wordt geselecteerd om vragenlijsten te beantwoorden. Wat is de populatie in dit onderzoek?
  1. De groep van 100 verslaafden
  2. De Nederlandse bevolking
  3. De drugsverslaafden in Nederland

De drugsverslaafden in Nederland
  • Hogere cijfers + sneller leren
  • Niets twee keer studeren
  • 100% zeker alles onthouden
Ontdek Study Smart

In een onderzoek wordt gevraagd naar de hobby’s van tieners. Ze kunnen kiezen uit sporten, muziek, lezen en overige hobby’s. In wat voor grafiek kunnen de resultaten het beste worden weergegeven?
  1. Staafdiagram
  2. Histogram
  3. Polygoon

Het zijn nominale data, dus in een staafdiagram.

Hoe bereken je de kans dat een score van 7 in een steekproef voorkomt als μ = 14 en σ = 5?

X=7

z=(7-4)/5
z=3/5=0.6

opzoeken in de tabel, kijken naar de tail

Wat is de staart van een verdeling?

De staart is het kleinste gedeelte van de verdeling achter het alfaniveau.

Wat zijn de twee doelen van het standaardiseren van scores?

De positie van een score in de verdeling omschrijven, en het vergelijken van de scores met andere verdelingen.

De  volgende X-waarden zijn bekend over een steekproef: 4, 5, 6, 6, 7 en 8.

Hoe bereken je een de Z-score bij X=8?

M= (4+5+6+6+7+8)/6=6

z=(X-M)/(n-1)

z=(8-6)/(6-1)
z=0.4

VOLGENS JOHO -> Z = 0,63 ???

Bij een gemiddelde van 30 en een standaardafwijking van 8 is een score van 36 normaal. Wat gebeurt er als de standaardafwijking verkleint naar 2?

Het afnemen van een pre- en posttest laat zien of een behandeling mogelijk werkt: de uitkomst van de posttest wordt vergeleken met de pre-test. Een controlegroep (die de behandeling niet is ondergaan) is hierbij noodzakelijk omdat de uitkomst van de posttest ook het resultaat van andere factoren, los van de behandeling, kan zijn.

Welk kenmerk is onderscheidend van de verdeling van steekproefgemiddelden?

De verdeling van steekproefgemiddelden bestaat niet uit scoren, maar uit statistieken.

Wat is waar met betrekking tot de vorm van de verdeling van steekproefgemiddelden?
  1. Hoe groter de steekproef, hoe meer de gemiddelden verspreid zijn
  2. Hoe kleiner de steekproef, hoe meer normaalverdeeld
  3. Hoe groter de steekproef, hoe dichter de gemiddelden bij elkaar liggen

hoe groter de steekproef, hoe groter de gemiddelden bij elkaar liggen.


Welk van de volgende kenmerken wordt niet beschreven door de centrale limiettheorie?
  1. Grootte van de steekproef
  2. Vorm van de steekproef
  3. Variabiliteit van de steekproef

Grootte van de steekproef.

Wat is het verschil tussen standaarddeviatie en standaardfout?

Standaardafwijking beschrijft de verdeling van scores door het verschil tussen X en μ, de standaardfout beschrijft het verschil tussen M en μ.

Wat is het effect van steekproefgrootte op de uitkomst van een hypothesetest?
  1. De kans op een significant effect is groter bij een grotere steekproef
  2. De kans op een significant effect is kleiner bij een grotere steekproef
  3. De effectgrootte wordt kleiner bij een grotere steekproef

1. De kans op een significant effect is groter bij een grotere steekproef.

Bereken de kans dat een steekproefgemiddelde groter is dan 100 bij een steekproef van 25 proefpersonen uit een populatie met gemiddelde 90 en standaarddeviatie 10.

De standaardfout is 2 en de z-score is 2.50. De kans is dus 0.0062 of 0,6%.

De vragen op deze pagina komen uit de samenvatting van het volgende studiemateriaal:

  • Een unieke studie- en oefentool
  • Nooit meer iets twee keer studeren
  • Haal de cijfers waar je op hoopt
  • 100% zeker alles onthouden
Onthoud sneller, leer beter. Wetenschappelijk bewezen.
Trustpilot-logo