Samenvatting: Mto A Inleiding Methodenleer
- Deze + 400k samenvattingen
- Een unieke studie- en oefentool
- Nooit meer iets twee keer studeren
- Haal de cijfers waar je op hoopt
- 100% zeker alles onthouden
Lees hier de samenvatting en de meest belangrijke oefenvragen van MTO A Inleiding Methodenleer
-
1 Hoorcollege 1
-
1.2 Bouwstenen van (sociaal) wetenschappelijk onderzoek
Dit is een preview. Er zijn 2 andere flashcards beschikbaar voor hoofdstuk 1.2
Laat hier meer flashcards zien -
Wat is het verschil tussen een propositie, theorie en een hypothese?
Propositie = vrij algemenestelling over eenregelmaat in debehandeling (ofopinie ) vanmensen .Theorie =verklaring geven voor de propositie of set aanproposities , dus niet eenspeculatie .Hypothese =toepassen in een concrete situatie. -
1.3 Variabelen en relaties
Dit is een preview. Er zijn 3 andere flashcards beschikbaar voor hoofdstuk 1.3
Laat hier meer flashcards zien -
Wat is het verschil tussen een concept, variabele en een hypothese?
Concepten = algemene abstracte omschrijving van een fenomeen (intelligentie).
Variabele = empirische manifestatie van een concept (een test die intelligentie meet).
Hypothese = verwacht verband tussen 2 of meer variabelen (vrouwen zijn gemiddeld gezien intelligenter dan mannen). -
Hoe wordt een modererend effect ook wel genoemd?
Een interactiehypothese of een conditioneel effect. Dit effect kan een versterkend (+) of buffereffect (-) zijn. -
1.5 Eenheid van analyse en geneste databestanden
Dit is een preview. Er zijn 1 andere flashcards beschikbaar voor hoofdstuk 1.5
Laat hier meer flashcards zien -
Wat is een geneste design?
Meervoudigniveau data, dus een combinatie gegevens verwijzend naar verschillende eenheden van analyse. -
Hoe bepaal je de eenheid van analyse wanneer hypothesen verwijzen naar meerniveau-data?
- Bepaal de eenheid van analyse per variabele.
- De eenheid van analyse van de hypothese is de eenheid van analyse met het kleinste detail.
- Bepaal de eenheid van analyse per variabele.
-
1.6 Logical fallacies
Dit is een preview. Er zijn 3 andere flashcards beschikbaar voor hoofdstuk 1.6
Laat hier meer flashcards zien -
Wat zijn logical fallacies?
Misvattingen wanneer je conclusies trekt op een bepaald niveau op basis van resultaten op een ander niveau. -
2 Hoorcollege 2
-
2.1 Elaboratie
Dit is een preview. Er zijn 1 andere flashcards beschikbaar voor hoofdstuk 2.1
Laat hier meer flashcards zien -
Wat houdt het spuriousness probleem in?
Er is een andere verklaring voor de correlatie dan de onafhankelijke variabele. Bij elaboratie verdwijnt de correlatie als er sprake is van spuriousness. -
Wat houdt het suppressor probleem in?
Er is sprake van moderatie. Na het uitsplitsen in deeltabellen is wel een verband, terwijl dit eerder niet zichtbaar was, omdat positief en negatief elkaar opheffen. -
Wat houdt het distorter probleem in?
Ook wel de simpsons paradox genoemd. Er is sprake van moderatie. Je verwacht een bepaald verband maar na het uitsplitsen in deeltabellen is er een andere uitkomst. -
2.2 Meetniveaus
Dit is een preview. Er zijn 1 andere flashcards beschikbaar voor hoofdstuk 2.2
Laat hier meer flashcards zien -
Wat zijn de 4 meetniveaus van variabelen? En welke regels passen bij elk meetniveau?
- Nominaal: variabele bestaat uit een aantal onderling verwisselbare klassen, deze zijn exhaustief (uitputtend) en wederzijds exclusief.
- Ordinaal: variabele bestaat geordende klassen, deze zijn onderling niet verwisselbaar.
- Interval: variabele bestaat uit geordende klassen waarbij de afstanden tussen de verschillende klassen betekenisvol zijn.
- Ratio (metrisch): variabele heeft een absoluut nulpunt en de verhoudingen tussen klassenwaarden zijn ook betekenisvol.
- Nominaal: variabele bestaat uit een aantal onderling verwisselbare klassen, deze zijn exhaustief (uitputtend) en wederzijds exclusief.
- Hogere cijfers + sneller leren
- Niets twee keer studeren
- 100% zeker alles onthouden