Dermatofyten
30 belangrijke vragen over Dermatofyten
Open vraag: Wat is een tinea?
Open vraag: Noem 3 genera die de meeste dermatomycosen veroorzaken.
Open vraag: Tot welke afdeling en onderafdeling horen de Trichophyton, Microsporum en epidermophyton?
- Hogere cijfers + sneller leren
- Niets twee keer studeren
- 100% zeker alles onthouden
Waar worden de sporen van deuteromyceten aan gevormd?
A. In pycnidia.
B. Direct aan de hyfen.
C. Aan fialiden.
D. In de vesicula.
Kunnen funghi imperfecti een seksueel stadium hebben? Zo ja waarmee?
A. Nee.
B. Ja, met elkaar.
C. Ja, met gymnothecium (vruchtlichaam)
D. Ja, doordat de + en - van de kernen met elkaar versmelten.
Welke van de onderstaande schimmels is geen geofiel?
A. M.canis.
B. T.rubrum.
C. E.flocossum.
D. T.tonsurans.
Open vraag: Welke geofiel komt het meest voor in Noord-europa?
Wat veroorzaken geofielen en hoe herken je dit?
A. Tinea corporis, ontstaan van gelige korsten op de huid.
B. Tinea capitis, ontstaan van gelige korsten en kaalheid.
C. Tinea capitis, ontstaan van kaalheid.
D. Tinea cruris, ontstaan van schimmel onder de nagels.
Open vraag: Wat betekent geofiel?
Open vraag: Hoe noem je het als schimmels van mens op mens worden overgedragen?
Open vraag: Noem 3 gunstige leefomstandigheden voor antropofielen.
Open vraag: Wat is de meest voorkomende dermatofyt en wat veroorzaakt deze?
Open vraag: Hoe noem je een schimmelinfectie van dier op mens?
Open vraag: Wat zijn waarschijnlijk de 2 meest voorkomende zoöfielen en bij welke dieren komen ze voor?
Open vraag: Wat is naast candida albicans en aspergillus fumigatus de meest voorkomende mycose?
Open vraag: Hoe noem je het als een dermatofyt direct wordt geisoleerd vanuit de omgeving.
Open vraag: Hoe noem je het als een dermatofyt wordt geisoleerd uit mens of dier?
Open vraag: Wat is de macroscopie van de T.rubrum.
Wat heeft de T.mentagrophythes wel wat de T.rubrum, T.tonsurans en T.verucossum niet hebben?
A. Spiraalhyfen.
B. Chlamydosporen.
C. Arthrosporen.
D. Geweivormige vertakte eindhyven.
Open vraag: Hoe herken je de T.tonsurans? (Te maken met macroconidia en microconidia)
Open vraag: Hoe herken je de T.verucossum? (Te maken met conidia, sporen en uiteinden).
Open vraag: Wat zijn de 4 meest voorkomende microsporum?
Wat klopt er niet over de E.floccosum?
A. Heeft macroconidia.
B. Heeft microconidia.
C. Heeft chlamydosporen.
D. Je kunt onderscheid maken tussen de macroconidia en de jonge macroconidia.
Welke beschrijving behoort tot de macroconidia van de Microsporum?A. Dikwandig, peer/ovaalvormig, 4 of minder septa.B. Dunwandig, uitsulpinkjes, 4 of minder septa.C. Dunwandig, 4-6 septa en glad.D. Dikwandig, uitstulpinkjes 5 of meer septa.
Open vraag: Kunnen dermatomycosen ook veroorzaakt worden door andere schimmels? Zo ja, welke?
Waar is terbinafine (lamisil zalf) niet werkzaam tegen?
A. Candida en S.cervisae.
B. A.fumigatus en T.rubrum
C. Candida en M.canis.
D. Lamisil zalf is overal tegen werkzaam.
Wat kan er gebruikt worden als behandeling tegen tinea cororis en tinea pedis? Er zjin meerdere antwoorden goed.
A. Terbinafine (lamisil zalf). B. Miconazole zalf 2%. C. Oraal 2 tot 6 weken intraconazole gevolgd door terbinafine. D. Er zijn geen behandelingen tegen.
Open vraag: Hoe heet de therapie die onychomycosen behandeld?
Waarom is het belangrijk bij infecties die veroorzaakt zijn door Candida species de gevoeligheid te bepalen?
A. Candida is gevaarlijk.
B. Infecties zijn gevaarlijker en Candida groeit snel.
C. Candida kan uitzaaien.
D. Candida is slecht voor de volksgezondheid.
Waarvan is de bepaling van de werking van een antimycotisch middel afhankelijk?
A. De situatie van de patiënt en de soort infectie.
B. De soort schimmel infectie.
C. De levensomstandigheden van de schimmel.
D. De weg van infectie van de schimmel.
De vragen op deze pagina komen uit de samenvatting van het volgende studiemateriaal:
- Een unieke studie- en oefentool
- Nooit meer iets twee keer studeren
- Haal de cijfers waar je op hoopt
- 100% zeker alles onthouden