Kiesstelsel, verkiezingen en kiesgedrag
7 belangrijke vragen over Kiesstelsel, verkiezingen en kiesgedrag
Wat kun je als voor- en tegenargument gebruiken voor de opkomstplicht?
- Voor: iedereen moet vertegenwoordigd worden, dus als de Kamer is gekozen moet iedereen vertegenwoordigd moeten. Er wordt vaak gezegd "hoe meer mensen stemmen, hoe gezonder de democratie". Het geeft meer diversiteit aan meningen en opvattingen binnen de volksvertegenwoordiging.
- Tegen: mensen gaan dan maar iets stemmen zonder dat ze weten wat de partijen inhouden, moet de stem van iemand die maar wat doet even zwaar meetellen als iemand die zich goed verdiept heeft?
Aan welke eisen moet je voldoen om te mogen stemmen?
- Eis van Nederlanderschap, met uitzondering op lokaal niveau.
- Kiesgerechtigheid:
- 25 jaar (vanaf 1917)
- 23 jaar (vanaf 1946)
- 21 jaar (vanaf 1963)
- 18 jaar (vanaf 1972)
- In sommige landen mag je vanaf 16 jaar stemmen, of dat in Nederland komt moeten we afwachten: hier is recent een rapport over geschreven voor de ROB.
Hoeveel was de opkomst in 2021?
- 78,71%: dit verhoudt zich tot de opkomst van afgelopen jaren. Bij Kamerverkiezingen zitten we gemiddeld op 80%.
- Als je dit internationaal vergelijkt, zit Nederland behoorlijk goed.
- Hogere cijfers + sneller leren
- Niets twee keer studeren
- 100% zeker alles onthouden
Hoe komt het dat de opkomst in Nederland behoorlijk hoog is?
- Dit komt omdat stemmen in Nederland technisch-administratief "eenvoudig" is. Dit is een eenvoudig proces vergeleken met andere landen met andere kiesstelsels.
- Je krijgt een oproep van de verkiezingen, je gaat naar een stemlokaal (er zijn er heel veel in Nederland, in 2017 waren het er rond de 9000 en in 2021 zelfs bijna 10.000) en je kruist 1 vakje aan.
Hoe noem je een stem die niet op de lijsttrekker wordt gebracht?
- Een voorkeursstem: een stem op een lager geplaatste kandidaat dan nummer 1.
- Het aantal voorkeursstemmen is in de loop der tijd gegroeid. We zien in 2021 dat rond de 28% (1 op de 4) van de kiezers niet op de lijstrekker stemt. Uit onderzoek blijkt dat vooral politiek geïnteresseerde en hoogopgeleide een voorkeursstem uitbrengen.
Hoe komt de zetelverdeling tot stand?
- Land electoraal 1 district; alle stemmen worden samengevoegd.
- Kiesdeler: nodig voor 1 zetel = aantal geldige stemmen : 150: dit komt ongeveer uit tot 70.000 stemmen.
- Niet alle zetels worden verdeeld, je hebt ook restzetels.
- Dit gebeurt op landelijk niveau op basis van het grootste gemiddelde (methode d'Hondt) en op lokaal niveau via overschotten (largers remainders).
- Als partijen de kiesdeler gehaald krijgen ze een zetel (op basis voorkeurstemmen): vervolgens volgorde lijst. Er wordt dus eerst gekeken naar voorkeursstemmen.
Hoe groot is de kans dat het systeem van verkiezingen in Nederland veranderd?
- In Nederland zijn wij niet van plan het systeem van verkiezingen te wijzigen, want we zien in historische context dat het systeem weinig veranderingen kent.
- De kloof tussen burger en politiek: burgers moeten meer vertrouwen krijgen in de politiek.
- De geringe invloed van de kiezer op de regeringssamenstelling. De burgers kiezen de volksvertegenwoordiging, maar wij kiezen niet de uitvoerende macht. De relatie tussen de volksvertegenwoordiging en de regering is buitengewoon grillig.
De vragen op deze pagina komen uit de samenvatting van het volgende studiemateriaal:
- Een unieke studie- en oefentool
- Nooit meer iets twee keer studeren
- Haal de cijfers waar je op hoopt
- 100% zeker alles onthouden