Ijzer en bloed: staatsvorming en nationalisme, 1848-1914 - inleiding: een tempel voor de natie

26 belangrijke vragen over Ijzer en bloed: staatsvorming en nationalisme, 1848-1914 - inleiding: een tempel voor de natie

Op welke manier benadert de auteur het nationalisme? Een welke uiteenlopende varianten ten opzichte van de staat onderscheidt hij? Betrek in uw antwoord de relativering van algemene patronen in de bestudering van het nationalisme

De auteur stelt de wisselwerking (interactie) tussen nationalisme en staatsvorming centraal en zoekt naar de varianten die daarbij optreden in de periode 1848-1914. Vooruitlopend op de behandeling daarvan wijst hij reeds op de grote verschillen tussen West-, Oost- en Midden- Europa waar zich respectievelijk vormen van centraliserend, unificerend en separatistisch nationalisme ontwikkelen. Een belangrijke kanttekening daarbij is de relativering van een algemeen patroon in de ontwikkeling van het nationalisme. Een illustratief voorbeeld daarvan is de visie van de historicus Kohn over de ruimtelijke verspreiding van de gesloten en open vorm van het nationalisme wordt gereviseerd.

Het nationalisme van 1848-1914 kan ook worden gezien als een fenomeen met een eigen en uniek karakter, dat allereerst binnen de contemporaine context moet worden begrepen.
juist/onjuist?

juist

Volgens de filosofe Hannah Arendt in the origens of totalitarism liep er een rechte lijn van het groeiende antisemitisme en nationalisme vanaf de jaren 70 19e eeuw naar de Holocaust. Hoe wordt deze benadering genoemd?

anachronistisch en finalistisch
  • Hogere cijfers + sneller leren
  • Niets twee keer studeren
  • 100% zeker alles onthouden
Ontdek Study Smart

Het Volkerslachtdenkmal is een tempel voor de Duitse natie en voor het nationalistische klimaat in Europa voorafgaand aan WO I
juist/onjuist?

juist

Het geld voor het volkerslachtdenkmal was bijeengebracht door een nationalistische vereniging, de Deutsche patriottenbund. De leden uit de geschoolde middenklasse vonden dat de natie werd bedreigd door zowel de internationale wedijver als binnenlandse vijanden, zoals de kosmopolitische sociaaldemocraten en communisten.
juist/onjuist?

juist

Wat werd er met het Volkerslachtdenkmal herdacht?

naast de Volkerslacht moest het monument de geschiedenis, grootheid en missie van het Duitse volk als onpersoonlijke entiteit herdenken. De oprichters wilden in de individuele duitser een versterkt nationaal bewustzijn wekken door aandacht te schenken aan het lijden en sterven van vorige generaties Duitsers, in het bijzonder die van 1813. Het monument droeg de boodschap uit dat de natie een tijdloze, organische gemeenschap was waarvoor gestreden en geleden moest worden.

Op 18-10-1913 vond in Leipzig de Duitse herdenking van de gewonnen volkerschlacht (volkerenslag) tegen Napoleon plaats. Welk monument werd ingewijd?

Het Volkerslachtdenkmal

Niet door woorden en meerderheidsbesluiten worden de grote vraagstukken van een tijd besloten, maar door ijzer en bloed. dit was een uitspraak van Otto van Bismarck, wat bedoelde hij hier mee?

Niet de politiek en parlementaire procedures maakten de duitse eenheid mogelijk, hiervoor as machtspolitiek en instrumentele oorlogsvoering nodig

Het nationalisme van de 1e helft van de 19e eeuw had een progressief en oppositioneel karakter. hoe kan het nationalisme in de 2e helft worden gekarakteriseerd?

Het nationalisme in de 2e helft van de 19e eeuw was in toenemende mate verweven met de staat en conservatieve staatselites.

Bij Guiseppe Mazzini en Jules Michelet, nationalistische denkers van 1e helft 19e eeuw, ging nationale zelfontplooiing vanzelfsprekend samen met kosmopolitisme en liberalisme. Hoe was dat in de 2e helft 19e eeuw?

Het nationalisme verbond zich met opkomende pseudowetenschappelijke stromingen als het sociaaldarwinisme en het raciale denken. Tegen het eind van de eeuw waren de verhoudingen tussen de Europese naties een bittere strijd om het bestaan. Een grote Europese oorlog werd als onvermijdelijk en zelfs wenselijk gezien. 

Het streven naar zuiverheid en de angst voor degeneratie van de eigen natie leidden in zowel West- als OostEuropa tot verregaande vormen van xenofobie en antisemitisme. Culturele en linguistische zuiverheid en homogeniteit werden in toenemende mate nagestreefd.
juist/onjuist?

juist

Ook de verspreiding van het nationalisme nam in 1848-1914 sterk toe. Het populistische nationalisme bereikte van een kleine culturele elite de burgerlijke middenklasse en aan het eind van de eeuw ook de rest van de bevolking. Wat was het gevolg en hoe kwam dit?

het nationalisme manifesteerde zich in steeds meer vormen en varianten.

door de spectaculaire ontwikkeling van de infrastructuur, de voortgaande alfabetisering, en groeiende communicatiemiddelen als onderdeel van de industriele revolutie, ontstond de geografische en demografische verspreiding van het nationalisme

Als gevolg van de verspreiding van nationalistische ideeen over de verschillende lagen van de bevolking nam ook het aantal nationale identiteiten flink toe. Noem een aantal voorbeelden

Litouwers en andere Baltische volkeren, Macedoniers, Albanezen, Roethenen (oekraine), Basken, catalanen, Vlamingen en Armeniers

Aan de vooravond van WO I waren naast politiek de andere facetten van de maatschappij niet of nauwelijks doordrongen van of beinvloed door het nationalimse.
juist/onjuist?

onjuist. Alle facetten zoals cultuur, economie waren doordrongen van het nationalisme.

De ontwikkelingen op het gebied van infrastructuur, transport en communicatie waren belangrijke voorwaarden voor de vorming van moderne nationale identiteiten, maar vormden ook een tegenkracht. Leg uit?

zij bevorderden ook het ontstaan van internationale netwerken van wetenschappers en idealisten die ijverden voor wereldvrede.

De wereldtentoonstellingen die vanaf het midden van de 19e eeuw werden georganiseerd om de vooruitgang en verbroedering van de mensheid te demonstreren waren enerzijds het symbool van een door technische ontwikkelingen geintegreerde wereld, maar kenden ook een andere kant, welke?

het waren ook arena's waarin de verschillende landen streden om het nationale prestige en waar nationale rivaliteit hoogtij vierde.

Kosmopolitisch en universeel ingestelde religies en ideologieen als het katholicisme, het communisme en de sociaaldemocratie representeerden bewegingen tegengesteld aan het nationale denken.
juist/onjuist?

juist

De Europese vorstenhuizen en een groot deel van de adel bleven door nauwe internationale familiebanden verenigd. daartegenover werden lokale en regionale identiteiten rond 1900 opnieuw uitgevonden, vaak juist als reactie op en in wisselwerking met de opkomst van het nationalisme.
juist/onjuist?

juist

In 1848 braken in veel Europese steden revoluties uit. De desillusie die op deze mislukte revoluties volgde, was van grote invloed op het nationale denken en bepaalde in hoge mate de intellectuele geschiedenis van de 2e helft van de 19e eeuw.
juist/onjuist?

juist

Hans Kohn maakte een onderscheid tussen een progressief en meer open nationalisme, geent op de idealen van de Franse Revolutie en een conservatief, gesloten en exclusief nationalisme, dat is gebaseerd op de noties van ras, taal en etniciteit. Wat zei hij over de verspreiding van deze twee varianten in Europa?

De eerste variant (progressief en meer open) zou vooral in West- en NoordEuropa voorkomen. de tweede variant was typerend voor Duitsland en de Midden-, Zuid- en OostEuropese landen.

Wat is de kritiek van Timothy Baycroft en Mark Hewitson op de theorie van Kohn?

een dergelijke dichotomie als analysemodel is sterk beinvloed door de ervaringen tijdens WO II en de Koude Oorlog. Zij benadrukken dat beide vormen van het nationalisme zoals in West als OostEuropa voorkwamen.

De interactie tussen nationalisme en staatsvorming en niet het karakter van het nationalisme op zich staat centraal, waarom?

de relatie tussen de verschillende varianten nationalisme tot de staat verschilt in West-, Midden-, en Oosteuropa wel van elkaar.

In West-Europa ontwikkeld het nationalisme zich vooral binnen oudere, gevestigde staten. Groot-Britannie, Spanje, Frankrijk, Denemarken, Zweden, en Nederland waren al voor de 19e eeuw zelfstandige politieke entiteiten. Welke functie had het nationalisme hier en welke uitzonderingen kun je benoemen?

Het nationalisme had vooral een centraliserende functie: staats- en natievorming versterkten elkaar. Uitzonderingen waren Ierland, Noorwegen, Ijsland, Catalonie en BAskenland: het nationalisme was gericht tegen een van de gevestigde staten.

In westelijk Centraal-Europa, Duitsland en Italie staat de rol van het nationalisme bij de eenwording centraal. Nationalisme was zowel oorzaak als gevolg van de vorming van beide staten.
juist/onjuist?

juist

Het nationalisme in 3 uitgestrekte veelvolkerenstaten van Oost- en Zuidoost-Europa (het Habsburgse rijk, tsaristisch Rusland en het Turks-Ottomaanse rijk) had veelal een separatistisch en desintegrerend karakter. Het nationalisme was gericht op de zelfstandigheid van de afzonderlijke naties ten opzichte van het multinationale rijk
welke andere ontwikkeling speelde daar ook?

de ontwikkeling van een nationale identiteit, die de samengestelde staten bevestigde en legitimeerde

Welke tegenkrachten kende het nationalisme?

  1. Snelle modernisering  <==> structuren ancien regime
  2. vooruitgangsgeloof <==> pessimisme decadente heden
  3. Uitvindingen mbt nationale identiteit <==> netwerken wetenschappen voor wereldvrede
  4. wereldtentoonstellingen als symbolen technische ontwikkelingen, maar ook nationale rivaliteit.
  5. Globale economie, maar groot deel bevolking platteland bleef eerder regionaal georiënteerd.

De vragen op deze pagina komen uit de samenvatting van het volgende studiemateriaal:

  • Een unieke studie- en oefentool
  • Nooit meer iets twee keer studeren
  • Haal de cijfers waar je op hoopt
  • 100% zeker alles onthouden
Onthoud sneller, leer beter. Wetenschappelijk bewezen.
Trustpilot-logo