Samenvatting: Natuurkunde Overal | pieter hogebrik

Studiemateriaal generieke omslagafbeelding
  • Deze + 400k samenvattingen
  • Een unieke studie- en oefentool
  • Nooit meer iets twee keer studeren
  • Haal de cijfers waar je op hoopt
  • 100% zeker alles onthouden
Gebruik deze samenvatting
Onthoud sneller, leer beter. Wetenschappelijk bewezen.
Trustpilot-logo

Lees hier de samenvatting en de meest belangrijke oefenvragen van natuurkunde overal | pieter hogebrik

  • 1 verbanden: meten en rekenen

  • 1.2 De doorbuiging van een hoog gebouw

    Dit is een preview. Er zijn 9 andere flashcards beschikbaar voor hoofdstuk 1.2
    Laat hier meer flashcards zien

  • als de kracht op een veer groter wordt, wordt de veer langerkwantitief of kwalitatief?

    kwalitatief
  • kenmerken van een rechtevenredig verband tussen 2 grootheden

    1. de grafiek is een rechte lijn door de oorsprong
    2. als de ene 2x zo groot wordt, wordt de andere ook 2x zo groot
    3. je krijgt een constante als je de ene grootheid deelt door de andere
  • 1. als je de kracht vier keer zo groot maakt dan wordt de uitrekking van de veer .................2. om de veer 2,5 keer zo ver uit rekken, heb je een ........... keer zo .............. kracht nodig3. door de kracht 2 keer zo klein te maken, wordt de uitrekking van de veer ...........

    1. 4 keer zo lang
    2. 2 keer zo grootte kracht nodig
    3. 2 keer zo klein
  • 2 veerunsters zijn beide even grootveerunster 1 kan maximaal een kracht van 1N aangevenveeruster 2 kan maximaal een kracht van 5N aangevenleg uit in welke veerunster de sterkste (stugste) veer zit

    die van 5 N
    het kost veeruster 2 5N om even ver uit te rekken als veeruster 1 die maar 1N nodig heeft
  • 1.3 Veerconstante

    Dit is een preview. Er zijn 10 andere flashcards beschikbaar voor hoofdstuk 1.3
    Laat hier meer flashcards zien

  • waar staat f,u,c voor in  f/u=c

    kracht F in N
    veerconstante C in N/cm
    doorbuiging U in cm
  • gevraagd: welke krachten en nodig voor een doobuiging van 1,6 cmgegeven: U = 1,6cm     C = 2,4 N/cmoplossing:

    oplossing: F = C x U = 2,4 x 1,6 = 3,8N
  • welke 3 eigenschappen ken je van grootheden die recht evenredig met elkaar zijn

    1 recht lijn door oorsprong
    2 als de ene grootheid A n x zo groot wordt, wordt de andere grootheid B ook n x zo groot
    3 constante als je de ene grootheid deelt door de andere grootheid
  • leg uit hoe je in de rekenvoorbeelden 1 en 2 snel de veerconstante kunt bepalen

    1: C=F/U=10/2,4=4,2 N/CM X 1,6 = 6,7
    2: C=F/U=0,55/12=0,046 N/CM slaper
  • gegeven: Fz= 32 Ngevraagd: moplossing: .............................

    oplossing: m=Fz/9,8=32/9,8=3,3 kg
  • bereken de zwaartekracht op:schooltas van 4,0 kgbrood van 0,75 kggum van 28 g

    Fz=9,8 X M = 9,8 X 4,0 = 39,2 N = 39N
    Fz=9,8 X M = 9,8 X 0,75 = 7,35 N = 7,4 N
    28 G = 0,028 KG Fz=9,8 X M = 9,8 X 0,028 = 0,27 N

Om verder te lezen, klik hier:

Lees volledige samenvatting
Deze samenvatting +380.000 andere samenvattingen Een unieke studietool Een oefentool voor deze samenvatting Studiecoaching met filmpjes
  • Hogere cijfers + sneller leren
  • Niets twee keer studeren
  • 100% zeker alles onthouden
Ontdek Study Smart